Achterstallen doen VN broeksriem nog verder aanhalen

Om het etiket MOL opgekleefd te krijgen, moet een land minder dan 75 miljoen
inwoners tellen, een Bruto Binnenlands Product (BBP) van minder dan 800
dollar per hoofd halen en een score van minder dan 59 jaar op de Augmented
Physical Quality of Life Index, een gemiddelde van indicatoren voor
kindersterfte, levensverwachting en alfabetisering. Bangladesh, Mali,
Senegal en Sierra Leone horen tot de MOL, maar betaalden toch al hun
VN-bijdrage. Bangladesh legde 135.000 dollar onder de VN-kerstboom, Mali
110.800 dollar, Senegal 67.500 en Sierra Leone 13.500 dollar.

Anwarul Karim Chowdhury, VN-ondersecretaris-generaal voor MOL, is
stomverbaasd: Deze landen vormen het zwakste segment van de internationale
gemeenschap, maar hun steun en engagement voor de VN zijn het grootst. De
internationale donorgemeenschap is hun nu ook steun en economische bijstand
verschuldigd bij hun ontwikkeling.

De andere zes landen die op tijd hun duit in het zakje deden zijn Armenië
(27.000 dollar), Wit-Rusland (27.000 dollar), Congo (13.500 dollar),
Honduras (67.500 dollar), Letland (135.000 dollar) en Oekraïne (715.500
dollar).

De VN hebben traditiegetrouw af te rekenen met slechte betalers, maar 2002
was financieel wel een bijzonder slecht jaar: slechts 117 landen voldeden
aan hun verplichtingen, vergeleken met 135 in 2001. De Verenigde Staten, de
rijkste natie ter wereld, zijn momenteel de grootste wanbetaler: ze staan al
voor 800 miljoen dollar in het krijt. In totaal moeten de VN nog 2,6 miljard
dollar ontvangen van hun leden, precies evenveel als het VN-budget
2002-2003. De goedkeuring van dat budget werd echter gekoppeld aan een
aantal besparingsmaatregelen. Zo moest het VN-secretariaat in New York 75
miljoen dollar werkingkosten prijsgeven. Zelfs de verwarming wordt er nu op
een laag pitje gezet.

Voor 2004-2005 stelde secretaris-generaal Kofi Annan een budget van 2,9
miljard dollar voor. Om dat te halen, zal ook op andere vlakken de
broeksriem moeten worden aangehaald. Zo mogen vergaderingen van VN-comités
en regionale groepen voortaan niet later uitlopen dan zes uur ‘s avonds; ook
in het weekend mag niet meer worden vergaderd. Op dergelijke momenten mogen
ook geen stafpersoneel of tolken meer worden betaald. Die besparing wordt
vooral bij de G77, de coalitie van 133 ontwikkelingslanden, op boegeroep
onthaald. De enige uitzonderingen op de regel zijn de bijeenkomsten van de
Veiligheidsraad en de Algemene Vergadering.

Annan stelde ook een herziening van de administratieve en
managementprocedures in het vooruitzicht. De VN willen onder meer minder
papier gaan verbruiken. De VN bedrukken jaarlijks 700 miljoen bladzijden
papier. De kantoren in New York en Genève geven jaarlijks 250 miljoen dollar
uit aan printfaciliteiten. De komst van e-mail, internet en van
videoconferenties heeft op dat vlak geen kentering gebracht. Van de meeste
van de 300.000 VN-documenten op het web bestaat ook nog altijd een papieren
versie.