Congolese mijnindustrie klapt in elkaar

Het is druk aan de poorten van de Bralima-brouwerij in Lubumbashi, de hoofdstad van de Congolese provincie Katanga. Zestig mannen wachten tot ze openzwaaien en iemand hen werk aanbiedt. Hun aantal is gegroeid sinds de crisis de mijnindustrie in Congo in elkaar heeft doen klappen en honderdduizenden mensen op straat zijn beland.
De internationale economische crisis heeft de Democratische Republiek zwaar geraakt. Vooral het zuidoostelijke Katanga, dat zwaar van de koper- en kobaltontginning afhangt, kreeg flinke klappen. Sinds september 2008 is de internationale vraag naar natuurlijke grondstoffen gedaald en zijn de prijzen voor koper en kobalt naar een historisch dieptepunt gezakt.

Meer dan de helft van 75 koper- en kobaltbedrijven in Katanga schorsten of verminderden hun productie. 300.000 mensen verloren daardoor hun baan, de komende maanden worden nog 60.000 ontslagen verwacht.

Een van de getroffen bedrijven is het Australische Anvil Mining. In december sloot het zijn Dikulushi-mijn tot nader order. De meeste van de 1.000 werknemers belandden op straat. Zo spaart het bedrijf ongeveer 2 miljoen dollar per maand uit. “De Dikulushi-mijn maakt verlies”, zegt voorzitter en ceo  Bill Turner. “Het is geen gemakkelijke beslissing geweest en het is erg voor onze werknemers, voor de mensen die rond de mijn wonen en voor onze aandeelhouders, maar wij geloven dat het de beste keuze is om onze cashreserves te vrijwaren tot de marktomstandigheden weer beter worden.”

Straatkinderen



Ondertussen heeft de Conglose franc bijna de helft van zijn waarde verloren. “Dat heeft een enorme impact op het leven van de mensen aangezien veel Congolezen niet meer dan 100 dollar per maand verdienen”, zegt Marijke Splinter, een Nederlandse die in Lubumbashi woont. “De prijzen voor voedsel, steenkool en keukenolie zijn de hoogte in gegaan. Ik zie ook steeds meer bedelaars en kinderen op straat in vergelijking met enkele maanden geleden.”

Eric Meert, die in Lubumbashi Bakanja Ville leidt, een opvangcentrum voor straatkinderen, bevestigt dat. “Tot voor kort kenden we elk kind dat op straat leefde. Maar de laatste weken zien we heel wat nieuwe gezichten. Dat heeft absoluut te maken met de economische situatie en de besparingen in de mijnindustrie. Vóór de crisis was het voor de ouders al zeer moeilijk om voor hun kinderen te zorgen, de huidige ontwikkelingen hebben dat alleen maar verergerd. Kinderen worden nu de straat op gestuurd, om te werken en hun ouders te onderhouden, of permanent.”

Veiligheid



Monuc, de VN-missie in Congo, is alert. “De economische crisis is zo alarmerend dat we de sociale en veiligheidsproblemen scherp in de gaten houden”, zegt de organisatie in een persmededeling. In Lumbumbashi nemen de gewelddelicten toe.
Tijdens de laatste week van december werd 11 mensen vermoord in de provinciehoofdstad. In Likasi werden twee mensen omgebracht. “Deze ontwikkeling lijkt een gevolg te zijn van de crisis die Katanga treft”, zegt Marie-Gregoire Tambila, burgemeester van Lumbumbashi. “Ten minste, daar gaan we vanuit, aangezien de aanvallen er kwamen na de aankomst van mijnwerkers in Lubumbashi na de sluiting van verscheidene mijnen in Katanga.”

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.