Wole Soyinka: ‘Boko Haram nam seksslaven en zelfs de president deed niets’

‘De mensheid heeft al problemen genoeg zonder dat religie er nog ‘s aan toevoegt.’ Nobelprijs Literatuur Wole Soyinka (82) hekelde in Brussel de onverdraagzaamheid van de wereldreligies, de wreedheid van Boko Haram en de volledige gelaatsbedekking van moslima’s. ‘Een vrouw die moet eten via een flap in haar kleed, is een vernedering voor de mensheid.’

  • © Brecht Goris Toen ik voor het eerst in mijn leven in een blanke samenleving was gegooid, moest ik ervaren en aanvaarden dat ik door anderen werd benaderd met neerbuigende verdraagzaamheid © Brecht Goris
  • © Brecht Goris Overal waar de slaven heen gingen, is hun religie blijven voortbestaan, ondanks de zeer harde represailles vanwege de slaveneigenaars © Brecht Goris
  • © Brecht Goris Telkens ik een lofzang hoor die vrouwen tot onzichtbaarheid veroordeelt, hun waarde vernietigt, heb ik het gevoel dat ze hun rechtmatige deelname aan de mensheid ontzegd wordt. Ik kan daar gewoon niet bij. © Brecht Goris
  • © Brecht Goris © Brecht Goris
  • © Brecht Goris Soyinka ging tweemaal in ballingschap en werd wereldbekend nadat hij in 1986 de Nobelprijs Literatuur in ontvangst mocht nemen. Hij was de eerste van drie Afrikanen die ooit zo’n eer te beurt viel. © Brecht Goris
  • © Brecht Goris Het ene bewijs na het andere komt nu bovendrijven hoe de militairen samenspanden met de vorige regering om elk democratisch proces volledig te ondergraven. © Brecht Goris
  • © Brecht Goris De Yoruba-religie is één van de weinige wereldgodsdiensten is - ik noem ze wel eens "onzichtbare" religies, omdat die niet erg bekend zijn - die nooit ten strijde is getrokken voor de eigen zaak, om de eigen ideeën te promoten © Brecht Goris
  • © Brecht Goris Ik hou van de rituelen die we in groep doen voor we vertrekken en wanneer een dier gedood wordt. © Brecht Goris

De Nigeriaan Wole Soyinka, of voluit Akinwande Oluwole Soyinka, is de belangrijkste nog levende auteur uit Afrika. Hij schreef talloze theaterstukken, romans, gedichten en essays. Daarnaast was deze professor ook een politiek activist, die onvermoeibaar ten strijde trok voor democratie en tegen machtsmisbruik en corruptie.

In een erg openhartig publieksinterview sprak de intussen 82-jarige schrijver met het weelderige kapsel over zijn voorliefde voor theater, zijn afkeer van religieuze onverdraagzaamheid, over Boko Haram, Nigeria en president Buhari alsook over ’s mans eigen hobby’s en kinderen. ‘Ik hou van kinderen, zolang ze op afstand blijven. En niet de mijne zijn’. Dikwijls tongue in cheek, dan weer bloedserieus en immer charmant, pakte hij moeiteloos een volle Bozar in.

Soyinka ging tweemaal in ballingschap en werd wereldbekend nadat hij in 1986 de Nobelprijs Literatuur in ontvangst mocht nemen. Hij was de eerste van drie Afrikanen die ooit zo’n eer te beurt viel.

Een van de vele dictators die Nigeria rijk was liet Soyinka in 1967 zonder proces meer dan twee jaar opsluiten omwille van zijn houding in de nakende burgeroorlog tussen de federale staat Nigeria en de afvallige “republiek” Biafra (‘67-‘70). Tegenwoordig trekt hij vooral hard van leer tegen onder meer religieus fundamentalisme.

© Brecht Goris

Soyinka ging tweemaal in ballingschap en werd wereldbekend nadat hij in 1986 de Nobelprijs Literatuur in ontvangst mocht nemen. Hij was de eerste van drie Afrikanen die ooit zo’n eer te beurt viel.

Soyinka over religie

Uw laatste boek Of Africa dateert uit 2006. Schrijft u vandaag nog enkel poëzie? Of bent u van plan nog eens een theaterstuk uit te brengen?

Wole Soyinka: Ik denk niet dat ik ooit helemaal met schrijven zal stoppen. Componeren, zou ik het noemen. Er gaat geen week, zelfs niet een paar dagen voorbij, dat ik niet iets componeer. Daarom belandt het niet allemaal op papier. Er is zoveel tumult dat ons omringt dat ik nooit met schrijven stop.

De mensheid heeft al problemen genoeg zonder dat religie er nog ‘s aan toevoegt.

Eén van uw bekendste boeken in Vlaanderen is Jeugd in Aké, omdat het al vroeg in het Nederlands werd vertaald. Daarin beschrijft u hoe u grootgebracht werd in een christelijk gezin. U gaf uw moeder “Wilde Christen” als bijnaam en uw vader was directeur van een Anglicaanse school. In uw recente gedicht Hymne aan het Humanisme en ook in uw laatste boek schrijft u dat we beter af zouden zijn zonder religie. Religie helpt de mensheid eigenlijk niet vooruit. Laat ons er maar gelijk komaf mee maken. Of vat ik het iets te kort samen?

Wole Soyinka: Oh neen, ik heb het nog in veel hardere bewoordingen neergeschreven. Er zijn nu al zoveel problemen in de samenleving en de mens: psychologische problemen, heel tastbare zoals hoe miljoenen mensen te voeden, meer natuurrampen dan je kan opnoemen. De mensheid heeft al problemen genoeg zonder dat religie er nog eens aan toevoegt.

Aan veel problemen kun je weinig of niets verhelpen, maar religie kan je tenminste onder controle houden, kan je beteugelen. Helaas is religie verworden tot een reusachtig obstakel, een instrument van onderdrukking. Ik heb vaak genoeg gezien dat religie geestdodend werkt. Iedereen weet dat, ook al benoemt iedereen dat niet zo. Men wijt het aan sociale vervreemding, aan een psychologische afwijking, maar men vraagt zich niet af hoe de geest überhaupt verwrongen werd.

Ik heb briljante geesten in de ban zien raken van religie en hun individueel potentieel zien vergooien, zelfs waar ze een bijdrage hadden kunnen leveren aan de samenleving. Ze waren zo gebrainwasht dat ze zelfs elke menselijke prestatie als een zonde gingen ervaren. Briljante jonge gasten die mij zeiden: ik besef dat al mijn talent eigenlijk van Satan komt die hoopt dat ik zo God zou verlaten. Zo grof is het.

Diezelfde mentaliteit vaart in de moorddadige extremisten die we vandaag kennen, Boko Haram, Al Shabab, Al Qaeda, Taliban. Soms worden zij inderdaad wel gemotiveerd door een verlangen de mens te verheffen. Meestal echter staren zij zich zo blind op wat buiten de werkelijkheid ligt dat ze het zelfs ok vinden om de mensheid volledig te vernietigen, om de weg vrij te maken voor een eeuwig verblijf in het hiernamaals of de komst van een of andere Messias.

Ik denk dat zulke mensen ziek zijn. Mensen die het ok vinden om de mensheid te vernietigen vanuit hun visie op de eeuwigheid. Ik denk dat ze ziek zijn en dat de mensheid een heel duidelijk standpunt moet innemen daartegen.

Daarmee wil ik niet ontkennen dat religie de wereld veel heeft nagelaten. De esthetica van architectuur die echt ingegeven was door een religieus gevoel. Niemand kan dat ontkennen. Muziek die voortvloeide uit een innerlijke gemeenschap met een een onbekende godheid of een bovenmenselijke entiteit of omgeving.

Ik zou alleen willen dat iemand hen zou leren dat het hun eigen innerlijke creativiteit is die zulks voortbracht, al is het dan vanuit een spoor dat we godsvrucht noemen, devotie, enzovoort. Alleen zo is religie goedaardig.

U noemt zichzelf nochtans religieus. Of op zijn minst spiritueel.

Wole Soyinka: Ik maak een verschil tussen religiositeit en spiritualiteit. Volgens mij heeft elke mens een filosofische kant. Wanneer hij zich afvraagt: Waarom ben ik hier? Hoe is de eerste mens ontstaan? Wat is het doel? Wat doe ik op deze aarde?

En ze stellen zich niet tevreden met gewoon het concrete alledaagse, maar ze hebben ergens het aanvoelen dat hun bestaansreden neigt naar iets dat ze niet in staat zijn te vatten. Spiritualiteit zit dus op verschillende niveaus, maar het is meestal goedaardig. Het is persoonlijk, het is innerlijk. Of het lost je vragen op, of niet. Vanuit die grond van onzekerheid communiceer je met anderen en verhoog je eigenlijk het niveau van je bestaan.

© Brecht Goris

De Yoruba-religie is één van de weinige wereldgodsdiensten is - ik noem ze wel eens “onzichtbare” religies, omdat die niet erg bekend zijn - die nooit ten strijde is getrokken voor de eigen zaak, om de eigen ideeën te promoten

In veel van uw stukken - A Dance of the Forests is maar een voorbeeld - maar ook in Of Africa zet je de eigen Yoruba-religie op de voorgrond. Zeggend tegen de wereld: Hier is het antwoord. U schrijft dat de hele mensheid veel baat zou hebben bij meer Afrikaanse spiritualiteit.

Wole Soyinka: Is de Yoruba-cultuur niet het antwoord? (lacht)

Zegt u het mij! Waarom kent de Yoruba-religie dan zo weinig volgelingen in Nigeria?

Wole Soyinka: Neen, ik gebruik het als een paradigma, grotendeels. We spraken daarnet over gevaarlijke religies of de gevaarlijke wegen die religie inslaat of waartoe zij de mensheid aanzet. Wel, ik laat geen gelegenheid voorbijgaan om te benadrukken dat de Yoruba-religie één van de weinige wereldgodsdiensten is - ik noem ze wel eens “onzichtbare” religies, omdat die niet erg bekend zijn - die nooit ten strijde is getrokken voor de eigen zaak, om de eigen ideeën te promoten. Geen kruistocht, geen jihad of iets dergelijks.

Het is een heel verdraagzame godsdienst, de religie van de Orisha. En ondanks die terughoudenheid heeft zij niettemin met succes de Atlantische Oceaan overgestoken, in het hart van de slaven, naar de Cariben, Latijns-Amerika, Brazilië, Cuba, de Dominicaanse Republiek, Puerto Rico, noem waar wat. Overal waar de slaven heen gingen, is hun religie blijven voortbestaan, ondanks de zeer harde represailles vanwege de slaveneigenaars. Bovendien was deze religie zo aanstekelijk dat ze samensmolt met het katholicisme. De Orisha-goden werden hernoemd naar katholieke heiligen.

Daarom denk ik trouwens dat de huidige paus één van de meest succesvolle ooit wordt, want hij lijkt wel een product van Yoruba-cultuur. Laat mij even mijn visitekaart uithalen (grijpt naar zijn vestzak).

© Brecht Goris

Overal waar de slaven heen gingen, is hun religie blijven voortbestaan, ondanks de zeer harde represailles vanwege de slaveneigenaars

Over wijn en de Paus

Uw kaart gaat over wijn, niet over religie! (lacht)

Wole Soyinka: (onverstoord) Kijk hier, de paus! (toont de kaart aan het publiek). Hier staat het. (leest voor) De ontbrekende, negende zaligheid. Gezegend zij de wijnmakers. En hier staat de paus (toont de foto van paus die fles wijn in ontvangst neemt).

Wijn is gezonder dan water. En de Paus heeft dat bevestigd. Kijk hier maar!

Wat hebt u eigenlijk met wijn? Ooit zei u: de Nobelprijs is lang niet de belangrijkste die ik ooit kreeg. U heeft ook eens een bekroning gekregen van een obscure secte van wijnmakers en die vond u, ik citeer, belangrijker dan de Nobelprijs.

Wole Soyinka: (monkelend) Wel, soms zegt men wel eens iets, tongue in cheek. Zeker als je een beetje wijn laat rondgaan in je mond, letterlijk dan (lacht). Maar het was half ernstig, dat zeker. Ik was ingewijd in het Broederschap van Sint-Niklaas en.. het is zoveel jaren geleden. Ik ben vergeten hoe…

Rabelais en Voltaire maakten er ook deel uit vanuit..

Wole Soyinka: Ja, ja. Oud-leden waren inderdaad literaire figuren zoals Rabelais. Niet te verwonderen dat een dokter ingewijd werd in een wijnbroederschap. Er waren er nog veel meer en dus voelde ik mij echt vereerd. Het inwijdingsritueel was trouwens een zuiver Yoruba-ritueel.

Wat betekent dat?

Wole Soyinka: Echt waar! Ik weet niet waar en wanneer ze het precies gestolen hadden, maar het was zonder enige twijfel van de Yoruba (lacht).

Klopt het dat u gedurende een decennium geen druppel water meer hebt gedronken en alleen maar wijn? Dat gerucht wou ik toch even afchecken met u. Klopt het dat u weigerde water te drinken?

Wole Soyinka: Het is geen kwestie van weigeren! Sommigen vinden hun wijsheid pas op late leeftijd. Ik was erg vroeg en ik wist al heel vroeg, intuïtief, dat wijn gewoon beter is voor de mens dan water. En de paus heeft mij gelijk gegeven. Het staat hier op deze kaart.

© Brecht Goris

Toen ik voor het eerst in mijn leven in een blanke samenleving was gegooid, moest ik ervaren en aanvaarden dat ik door anderen werd benaderd met neerbuigende verdraagzaamheid

Over racisme en migranten

Laat ons even naar een ander gedicht van u grijpen. Een ernstig thema: de migrant. Eén van uw bekendste gedichten, herinner ik mij, was Telefoongesprek. U schreef het toen u in de jaren vijftig in Groot-Brittannië studeerde. In uw laatste memoires schreef u hoe mensen zelfs niet naast u op de bus wilden zitten, omdat u zwart was. In dat gedicht verhaalt u hoe een verhuurster liever geen zwarten wil en er ontwikkelt zich een erg grappig en tegelijk pijnlijk gesprek aan de telefoon. Vijftig jaar geleden schreef u Telefoongesprek, vijftig jaar geleden schreef en sprak u over racisme. Is er iets veranderd al die tijd?

Wole Soyinka: Misschien toevoegen dat ik, in één van mijn vroegste bloemlezingen, en dat wordt vaak verkeerdelijk geciteerd, ook twee gedichten gepubliceerd heb, ongeveer gelijktijdig met Telefoongesprek die De Immigrant en De Andere Immigrant heetten. Weinig mensen weten dat. Ik was mij erg bewust van het racisme natuurlijk, zowel tegenover mij persoonlijk en als een feit.

Ik vond dat de Britten stonken. Het heeft tijd gekost om daaraan gewend te raken.

Toen ik naar Engeland ging als student, was de Apartheid sterker dan ooit. Aan de basis daarvan lag racisme, niets anders. Het “anderen” van mensen, tot in het extreme. En je voor het allereerst in je leven echt anders voelen, vond ik heel moeilijk om aan te nemen.

Weet je, en dat meen ik nu wel echt, Yoruba en veel nationaliteiten in West-Afrika en heel Afrika trouwens zijn erg meegaand. Ik ben opgegroeid met witte kolonialen, de koloniale meesters, met Libanese en Griekse handelaars. Italianen hadden constructiebedrijven. Ik had ze nooit zo echt als anders ervaren.

Natuurlijk wist ik wel wie ze waren en soms zat het er wel eens tegen, waren er gevallen van discriminatie, maar meestal ging de storm snel liggen. Toen ik voor het eerst in mijn leven in een blanke samenleving was gegooid, moest ik ervaren en aanvaarden dat ik door anderen werd benaderd met neerbuigende verdraagzaamheid, en gebombardeerd werd met onnozele en onwetende vragen.

Laat mij u een anecdote vertellen, en ik zeg dat alleen omdat je soms iets leest over “de geur van Afrikanen”, het feit dat ze vuil zouden zijn, enzovoort. Ik vond dat zeker de Britten stonken. Ze stonken echt. Ik vond dat Britten een heel andere geur hadden dan de mensen met wie ik tot dan was omgegaan.

U beschrijft inderdaad hoe u allebei vond dat de andere stonk…

Wole Soyinka: Hoe ik dat beschreef? (…) Ik wist gewoon dat het een vieze stank was. Het heeft wat tijd gevergd om eraan gewend te raken.

Hoe reageerde u toen? U was jong en vrijpostig. Nigerianen hebben een reputatie…

Wole Soyinka: Wel, ik kan me voorstellen dat racisme veel Afrikanen erg agressief heeft gemaakt.

U niet?

Wole Soyinka: Ik? Ik weet niet of het feit dat ik begon op te trekken met een paar, nogal militante West-Indiërs beschouwd kan worden als agressief gedrag (monkelt). Misschien was het een vorm van zelfverdediging.

In die tijd werden Afrikanen nog nagezeten in donkere steegjes. Londen kende toen het fenomeen van de Teddy Boys, een straatbende met heel sterke racistische inslag en gesponsord door een intellectueel zoals Enoch Powell van de extremistische nationalistische beweging.

De Teddy Boys haalden kracht uit zijn rally in Hyde Park en zaten ons na in de steegjes. De West-Indiërs reageerden erg agressief. West-Afrikanen waanden zich echte prinsen. De West-Indiërs waren binnengehaald als goedkope werkkrachten, na de Wereldoorlog. Zij waren niet zinnens eender wiens onzin zomaar te pikken. Zij stonden hun mannetje.

Dus dacht ik dat het beter was om met die gasten op te trekken dan met mijn Nigeriaanse vrienden (lacht). Samen liepen we door de straten van Notting Hill. Hun agressie was hun antwoord. Echt, ik was verzot op de West-Indiërs, vooral de Jamaicanen (goedkeurend gejuich en applaus achterin de zaal. Soyinka glimlacht).

Die van Trinidad waren zo Brits geworden dat als iemand ze lastig viel, ze zeiden: ‘Kom binnen voor een kopje thee. Laat ons het even uitpraten!’ Die van Jamaica waren een ander paar mouwen.

U wilde zelfs begraven worden in Jamaica, toen u dacht Nigeria nooit meer in te mogen. U ging zelfs op zoek naar een begraafplaats!

Wole Soyinka: Neen neen. Ik wilde daar zeker niet terechtkomen. Ik wou een prins zijn, maar als er gevochten werd, wilde ik liefst in hun buurt blijven (lacht).

© Brecht Goris

Het ene bewijs na het andere komt nu bovendrijven hoe de militairen samenspanden met de vorige regering om elk democratisch proces volledig te ondergraven.

Over Buhari, Boko Haram & the Chibok Girls

U bent tot twee keer in ballingschap gegaan, de eerste keer vrijwillig, de tweede keer om aan de dood te ontkomen. Ook vandaag blijft u de wereld afreizen. U vertelde dat u tot voor kort één derde van uw tijd in de VS doorbracht. Vandaag bent u iets vaker dan vroeger in Nigeria. Hoe ging u daarmee om? Met het feit dat u gescheiden werd van uw geliefden, van de mensen voor wie u strijd leverde?

Wole Soyinka: Die tijd is eindelijk voorbij. Ik ben gedomicilieerd in Nigeria en natuurlijk neem ik nog deel aan evenementen zoals deze. Maar destijds, zeker de tweede keer, weigerde ik te aanvaarden dat ik een balling was. Ik zei tegen mijzelf: ‘Het is gewoon een ietwat langer uitgelopen politiek sabbatjaar. En weldra is het voorbij.’ Terug willen keren hield mij aan de gang. Samen met andere Nigerianen mensen mobiliseren om de dictator te bevechten en te verdrijven. Zo kwam ik op veel plaatsen, onder meer in Brussel, om daar met leden van de Europese Unie te spreken.

Als een lobbyist?

Wole Soyinka: Ja, als een lobbyist. Heel dikwijls op uitnodiging. De Europese Unie en sommige andere landen waren zeer positief. Telkens Sani Abacha ministers uitstuurde om zijn propaganda-boodschap te verkondigen, kreeg ook ik een ticket toegestuurd, om hen van weerwoord te dienen, hier. In Brussel, in Londen, de US, Canada,…

Je had bijna een groepsticket samen met Abacha. Je werd altijd tegelijkertijd uitgestuurd..

Wole Soyinka: Neen, neen. Eens ze lucht hadden gekregen van een ministeriële delegatie, dan brachten ze me op de hoogte. En soms stuurden ze mij een ticket. Ik was bijna altijd op de baan. Natuurlijk miste ik zo nu en dan de geuren, de mensen…

En uw familie? Uw kinderen?

Wole Soyinka: Op bepaald ogenblik moest ik zelfs mijn vrouw en kinderen het land uitsmokkelen. Het was een heel moeilijke operatie, bij nacht via de Beninese grens. Abacha was immers begonnen met “verdwijningen”. Hij verklaarde een journalist of activist “wanted” en gijzelde zijn kinderen. Dus werd ik aangeraden om ze weg te halen uit Nigeria, dus zijn we vertrokken en zijn we eerst, erg kort, in Groot-Brittannië gaan wonen en dan in de VS.

Heeft u deze leiders vergeven? Ik herinner dat u in The Open Sore of a Continent heel hard was over Buhari. U noemde hem en zijn rechterhand “partners in terreur”. De stomme “zelfverklaarde redders van de natie”. Nadien, toen hij president is geworden, hebt u hem de hand geschud. U zei zelfs dat we allemaal mini-mandela’s moesten worden en hem vergeven.

Wole Soyinka: (lacht) Tja. De man die Buhari voorafging, was een catastrofe. Iedereen die het nieuws volgt uit Nigeria, alle onderzoeken die aan de gang zijn en de zaken die openbaar worden, zal beseffen waarmee Nigeria te maken heeft gehad. We stevenden recht op het bankroet af. Zelfs de informele economie ging de dieperik in, omwille van massale corruptie.

Bovendien hield dit democratische regime er een gedrag op na dat niet beter was dan dat van een militaire dictatuur. Ik zou zoveel voorbeelden kunnen noemen. Soldaten waren, opnieuw, gewoon losgeslagen. Het ene bewijs na het andere komt nu bovendrijven hoe de militairen samenspanden met de vorige regering om elk democratisch proces volledig te ondergraven.

Het was ronduit degoutant. En dan had je een parallelle regering onder de vrouw van de president, die ik het Nijlpaard noem. Een accurate beschrijving, want ze was erg inhalig. Alles komt nu naar buiten, dus ik ben niet de enige die daar zo over denkt.

Buhari heeft volgens mij een moeilijk te vergeven misdrijf gepleegd, namelijk de terechtstelling van enkele jonge drugskoeriers via de retroactieve toepassing van een wet. Dat was er echt over. Ik was ook van mening dat een soldaat altijd soldaat blijft, ook al leek hij dan een born again democraat. Hij heeft drie keer een gooi gedaan naar het presidentschap en telkens was ik totaal tegen.

Alleen waren er bij de laatste verkiezing maar twee opties: een massieve corruptie en het onvermijdelijke, nakende bankroet van een natie. En dan, aan de andere kant, iemand die maar bleef proberen, die vond dat er vals was gespeeld tijdens de voorgaande verkiezingen en zich niettemin aan de partijdiscipline wilde onderwerpen.

Ondanks het feit dat ik niet openlijk mijn steun kon betuigen voor hem, vond ik het uiteindelijk mijn burgerplicht om de kiezers te vragen niet opnieuw te stemmen voor de zittende president. Het was voor mij persoonlijk een heel moeilijke situatie. Toch komt er een moment waarop je kleur moet bekennen en dat heb ik gedaan.

Bent u hoopvol voor de toekomst van Nigeria? Is Buhari een goede zaak? In het noordoosten is er hongersnood, omwille van Boko Haram.

Wole Soyinka: Ik ben blij dat je Boko Haram vermeldt, want dat was het tweede element dat mijn keuze heeft bepaald. Zo’n 270 schoolmeisjes waren onder onze ogen gekidnapt.

Iedereen wist dat Boko Haram seksslaven wou, maar de president deed niets. Dat kon ik niet aanvaarden.

Boko Haram ging niet zomaar naar één school. Ze waren immers reeds samengebracht, in één van de examencentra, dus er zaten meisjes bij van allerlei staten in Nigeria, alsof we ze als levend voer hadden aangeboden aan die rabiate hyena’s.

We hadden ze kunnen redden, waren we meteen in actie gekomen, tot na een maand zelfs nog. De regering en de president echter weigerden te aanvaarden dat die meisjes vermist waren.

Enkelingen konden ontsnappen en hun ouders vertelden wat er gebeurd was. De leerkrachten deden hun relaas. En de president ontkende staalhard. Plus diens vrouw sommeerde politie en leger om iedereen te arresteren die protesteerde en om actie durfde vragen?! En dat soort man hoopte nog verder president te blijven van ons land. Dat vond ik veel erger.

Je kan moeilijk kwaad met kwaad vergelijken, maar dit was erger dan een onrechtmatige terechtstelling. Want wij stuurden die meisjes in Boko Haram’s armen waar ze als seksslaven zouden gebruikt worden. Het was duidelijk wat ze te wachten stond. Slaven van Boko Haram en alles ging zijn gewone gangetje? Die president had onmiddellijk ontslag moeten nemen.

Hij heeft op zijn minst zonder bloedvergieten de macht overgedragen.

Wole Soyinka: Dat moet je hem nageven, ja. Hij wist dat zijn uur gekomen was en zelfs zijn vrouw kon hem niet overtuigen aan te blijven.

Gepassioneerd door theater en jagen

Laat ons even over uw theater spreken. Theater genoot altijd uw voorkeur en in uw hart u was vooral een toneelschrijver. Waarom? Waarom paste theater u best? Is het omwille van de dialogen? Omdat u het als mobilisatietool kon inzetten?

Wole Soyinka: Eerst en vooral ben ik opgegroeid in een van theater doordrongen samenleving. Zitten we hier trouwens ook niet opnieuw op scène? Sorry (lacht).

Ik was getuige van de voorouderlijke maskerades, van zowel heilige als seculiere gemaskerde opvoeringen. Je had een Yoruba rondreizend theater, Hubert Ogunde, een reizend gezelschap uit Ghana,… Theater reisde over de grenzen heen in West-Afrika en als een kind trad ik ook vaak op als acteur. Mijn vader was directeur van een school en ik moest opdraven in één van zijn eerste producties, De Tovenaar.

Op scène is er een vorm van communicatie die in andere kunstvormen ontbreekt. Muziek benadert misschien nog het dichtst, maar dat is dan weer gedepersonaliseerd, terwijl toneel is heel menselijk. Je kan de emoties voelen die mensen op scène ervaren. Het is een soort één op één communicatie.

Toneel sprak me heel vroeg aan als het medium waarin ik zelf wilde opereren. Voor het geval ik er dus niet in zou slagen om piloot te worden, matroos, advocaat, dokter en al die andere dingen die ik wilde worden (lacht).

U bent zoveel geworden. Een jager, een wijnmaker, …

Wole Soyinka: Een wijndrinker!

Neen! Ik heb foto’s gezien waarop u aan één van uw kleinkinderen of kinderen tracht uit te leggen hoe je wijn moet maken.

Wole Soyinka: Dat is een andere kant van mij, altijd die neiging om te willen onderwijzen. Toevallig was het onderwerp toen ‘hoe maak je wijn’, maar eigenlijk ben ik gewoon verzot op lesgeven.

En wat hebt u met jagen? Uw eerste zoon, Oloakun, vertelde in een interview dat u ooit zijn knuffel afnam omdat het een knuffel was met het silhouet van een slang. U de jager, de Aparo-koning, bang voor een slang?! Kom nou!

Wole Soyinka: Ik weet niet. Misschien omdat… Als kind was ik heel bang van slangen. Misschien was ik net daarom zo geneigd om ze te doden. Omdat ik bang van ze was. Serieus, neen. Het heeft grotendeels te maken met de bush. Soms zeg ik wel ‘s dat ik mijn geweer ga uitlaten. Of ik met lege handen thuiskom, doet er eigenlijk niet toe.

Ik hou van het woud. Daar voel ik mij thuis. Dat ik dieren dood, vind ik hatelijk, maar op zijn minst breng ik zo eten op tafel. Of eet jij geen vlees soms?

Zonder geweer of zonder wild, zal u bedoelen..

Wole Soyinka: Zonder wild, ja. Dat maakt mij niet uit. Ik hou er van om in het woud te zijn. Zoals je weet, staat mijn huis in het woud. Daar voel ik mij thuis. Rustig, vredig. Wat ik dieren aandoe, vind ik hatelijk, als ze zo onvoorzichtig zijn om in mijn weg te lopen. Op zijn minst betekent dat: avondeten! Eet jij geen vlees dan?

Tuurlijk! Met wijn…

Wole Soyinka: Zie je wel. Ik hou gewoon van het gevoel, in de bush te zijn, van de broederschap om in groep te jagen. Met traditionele jagers. Ik hou van de rituelen die we in groep doen voor we vertrekken en wanneer een dier gedood wordt. Dan breng je een soort hommage aan het dier, een klein ritueel dat je echter moet uitvoeren, althans bij viervoeters. Bij vogels hoeft dat niet. Die schiet je gewoon uit de lucht. En zet je op de kook.

© Brecht Goris

Ik hou van de rituelen die we in groep doen voor we vertrekken en wanneer een dier gedood wordt.

U gaat jagen met vrienden, kinderen?

Wole Soyinka: Ik heb erop toegezien dat al mijn kinderen ingewijd zijn in de bush, ja. Niet dat ik ze gedwongen heb om mee te gaan, maar ik wou dat ze tenminste ervaren hadden hoe het was om alleen in het woud te zijn. De laatste keer dat ze langskwamen op vakantie, ging ik ervan uit dat we nog ‘s zouden gaan jagen. Dus ik vroeg ze: hebben jullie gepast schoeisel mee?

Ik merkte algauw dat het enthousiasme niet zo groot meer was als vroeger en ze liepen wat bedremmeld achterop, om de ouwe een plezier te doen, wellicht. Daarna heb ik ze nooit meer uit jagen gevraagd. Ze wilden zo snel mogelijk terug, om die spelletjes te spelen, weet je wel?

Shooting games? Pokemon?

Wole Soyinka: Zoiets. Op gegeven ogenblik word ik ‘s nachts wakker en daar zat er eentje te roepen. (imiteert een dierlijk gegrom) Moem. Ah. Moem. Ah. Moem. Haba. Hier heeft er eentje een nachtmerrie, dacht ik. Bleek dat hij aan het spelen was met iemand in Oezbekistan. Wat een rare generatie toch. Rare generatie.

Familie & vrouwen en de vernedering voor de mensheid

Hoe belangrijk is familie voor u?

Wole Soyinka: Dat is een heel moeilijke vraag.

Dat weet ik…

Wole Soyinka: Laat mij stellen dat ik niet een perfecte familieman ben. Maar de familie is eraan gewend geraakt. Ik hou van kinderen, heel veel zelfs. Ik hou van ze liefst vanop afstand, en wanneer ze niet van mij zijn en gewoon even op doortocht zijn, zodat ik er mij nog vanaf kan maken. Neen, ik geef veel om kinderen, hoor…

© Brecht Goris

Telkens ik een lofzang hoor die vrouwen tot onzichtbaarheid veroordeelt, hun waarde vernietigt, heb ik het gevoel dat ze hun rechtmatige deelname aan de mensheid ontzegd wordt. Ik kan daar gewoon niet bij.

U was omringd door sterke vrouwen. Hoe hebben deze vrouwen hun stempel op u gedrukt, als man of zelfs als schrijver?

Wole Soyinka: Niet alleen mijn moeder was een sterke vrouw. Ook één van mijn tantes, mevrouw Ransome-Kuti, was heel militant. Letterlijk aan haar voeten heb ik voor het eerst geproefd was politiek activisme was. Briljante vrouw. Ik had veel respect voor haar.

Mijn moeder was één van haar luitenants, toen de vrouwen een feodale monarch verjaagd hebben, die zich heel repressief gedroeg en de vrouwen overlaadde met belastingen. Ik was het boodschapjongetje tussen de vrouwengroepen. Voor mij leek het vanzelfsprekend dat vrouwen zich zo opstelden. Dat was hun natuurlijke rol als het ware.

En later, met de toename van het religieuze fundamentalisme, ben ik die rol nog meer gaan appreciëren. Religieus fundamentalisme veracht vrouwen, beledigt vrouwen. Ik heb het over extremisme, niet over religie in het algemeen. Over die extreme tak van religies, niet alleen islamitische. Er zijn born again sektes die vrouwen verbieden om vanalles te doen. Ik kan zoiets niet uitstaan.

Telkens ik een lofzang hoor die vrouwen tot onzichtbaarheid veroordeelt, hun waarde vernietigt, heb ik het gevoel dat ze hun rechtmatige deelname aan de mensheid ontzegd wordt. Ik kan daar gewoon niet bij. Ik vind het een visceraal crimineel misdrijf.

Wat is er mis met die vrouw, vroeg ik me af. Heeft ze een besmettelijke ziekte dat ze via een flap moet eten? Dat iemand hieraan onderworpen wordt, vind ik een vernedering voor de mensheid.

Laat mij een voorbeeld geven, waarom ik vrouwen meer dan ooit ben gaan waarderen. Ik was in een hotel in Abuja, op lunch met mijn dochter en haar man en een van hun kinderen en daar komt een familie binnen.

De man en de kinderen, ze hadden er een zestal, konden vrijelijk rondlopen. Eten. Drinken, naar hartenlust, geen alcohol, kan ik u verzekeren. En dan was er die vrouw, van kop tot teen omhuld. Ze hield een flap omhoog. Daarin verdween haar lepel. Kwam weer tevoorschijn, leeg. Dus ik mocht redelijkerwijs aannemen dat ze aan het eten was. Want het eten was weg.

En dit ging zo maar door. Het maakt mij zo razend. Wat is er mis met die vrouw, vroeg ik me af. Heeft ze een besmettelijke ziekte dat ze via een flap moet eten?

Ik vond dat het hotel dat gezelschap gewoon had moeten buiten gooien. Afin, ik zou dat nooit doen, maar zo voelde ik mij vanbinnen. De mensheid werd vernederd in die vrouw.

Het kan mijn niet schelen welke religie het is. Maar dat een menselijk wezen hieraan onderworpen werd, een flap te moeten oplichten om te eten… Ik heb mij voor mijn uitspraken hierover nooit verontschuldigd. Zo voel ik nog altijd. Ik geloof dat dit een vernedering is van wat de mensheid zou moeten zijn.

 

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.