Kortfilm van Rachida Lamrabet over boerka neemt onze gangbare controledrang op de korrel

De commotie rond het ontslag van Unia-juriste en schrijfster Rachida Lamrabet is nog niet gaan liggen. Aanleiding voor het ontslag waren uitspraken van Lamrabet over het al dan niet zinvol zijn van een boerkaverbod , uitspraken die ze deed in een interview met Knack over haar kortfilm “Project Deburkanisation”. Sarah De Mul licht in deze bijdrage toe waarover deze kortfilm precies gaat en welke boodschap er in schuilgaat. Het gaat immers om meer dan het in vraag stellen van het boerkaverbod.

  • Patrick Denker (CC BY 2.0) Patrick Denker (CC BY 2.0)

Het Goethe instituut in Washington vroeg Rachida Lamrabet om na te denken over de betekenis van het begrip privacy in deze digitale tijd. De bedoeling van hun transatlantische theaterproject was om een ‘artistieke en culturele dialoog’ op te zetten over de verschillende invullingen van dit begrip. In plaats van dialoog, riep Lamrabets bijdrage echter via een interview met tijdschrift Knack de gramschap op van staatssecretaris Zuhal Demir. Een week later werd ze ontslagen door haar werkgever Unia.

Als we na de hetze nu terugkeren naar Project Deburkanisation waar alles mee begon, dan blijkt deze kortfilm niet eenvoudigweg een politiek pamflet tegen het boerkaverbod te zijn, zoals nu eenvoudigweg wordt aangenomen. In de plaats hiervan wordt erin de gangbare controledrang op de korrel genomen, waar ook haar maker nu mee te maken krijgt.

Project Deburkanisation vangt aan met een blik op een oude witte man die over een stadsplein schuifelt. Een witte vrouw en ook een moslimvrouw wandelen voorbij, tegen de gevel ligt een dakloze opgekruld in een slaapzak. De publieke ruimte is niet neutraal, zo blijkt, er heerst verschil en sociale ongelijkheid, de straat is het kruispunt van wegen van witte vaders met kinderwagens, moeders met een hoofddoek, joggers en voetballende kinderen met een migratieachtergrond.

De publieke ruimte is niet neutraal, zo blijkt, er heerst verschil en sociale ongelijkheid

Het beeld zoomt in op een van de balkons van een aangrenzend flatgebouw. Een satellietschotel richt er zich opwaarts naar de hemel, ontvangt nieuws van een andere plek. Dit Vlaanderen strekt zich uit naar de wereld, wordt aangeraakt door culturele invloeden van buitenaf. ‘De gemeenschap is een poort, geen vestingmuur,’ zoals ook Mohamed El Bachiri via David van Reybrouck schreef in Een jihad van liefde. Maar de doorlaatbaarheid van haar grenzen bemoeilijkt de controle erover en stemt velen onrustig.

Daarna neemt de camera ons, toeschouwers, mee naar binnen, naar een verduisterde woonkamer met neergelaten rolluiken. We zien een computerscherm. Handen die typen. De ogen van een vrouw. Ze draagt een boerka. We zijn in het privédomein van een gesluierde vrouw aanbeland, gluren binnen in haar diepste gedachten, lezen over haar schouder de brief die ze aan het intikken is. Zal Project Deburkanisation de vrouw achter de sluier tonen en het mysterie onthullen van dit ‘storende schepsel zonder mond en borsten’ waarover wij niets weten?

Lamrabet zinspeelt hier op een bekende voyeuristische fantasie uit de westerse literatuur en fotografie. De gesluierde oosterse vrouw werd al eeuwenlang door Westerlingen beschreven als het voorwerp van intense afkeer en verlangen, als icoon van immoraliteit en transgressieve seksualiteit, tegelijk als voor eeuwig verblijvend in een verwerpelijke staat van een door de islam opgelegde vorm van slavernij. Keer op keer brachten fotografen oosterse vrouwen die zich ontsluieren voor hun lens, alsof ze zo hun angstaanjagende fascinatie voor hen trachtten te bezweren. Talloze reisschrijvers probeerden een glimp op te vangen van hun verborgen levens in harems en privévertrekken.

De vrouw in boerka blijkt helemaal niet oosters en exotisch, maar juist opvallend herkenbaar.

Ook Project Deburkanisation roept de belofte van het ontsluieren op, maar weigert die vervolgens in te lossen. De vrouw in boerka blijkt helemaal niet oosters en exotisch, maar juist opvallend herkenbaar. Ze zit aan de computer, haar interieur is westers, ze spreekt Antwerps dialect, net als vele Vlamingen, net als wij, haar toeschouwers.

De voice-over onthult haar diepste gedachten, maar algauw blijken die enkel te gaan over zij die haar bekijken. ‘Geachte onzichtbare bespieders, dames en heren, makers van onmogelijke kledingregels. Gij die wetten maakt om mij in kaart te brengen en onder controle te houden.’ De vrouw spreekt de beleidsmakers aan die haar verbieden de boerka te dragen. Maar ook wij, die haar bekijken in Project Deburkanisation, worden aangesproken, want ook wij worden aangestoken door het mysterie dat deze vrouw ons voorhoudt, verlangen dat ze zich kenbaar maakt en zich aan ons vertoont. Haar brief is een weerwoord op onze blik.

De brief bevat een verwijzing naar een opvallende passage uit de novelle Hart der duisternis van Joseph Conrad. Het verlangen om de vrouw te ontsluieren, zo wordt gesuggereerd, is vergelijkbaar met de jongensdroom van het personage Marlow om het ‘duistere’ Afrika, die onbekende plek op de wereldkaart, te doorgronden: ‘O wat haat u het, dat mijn lichaam een duister continent is. Een territorium zonder landkaart. Ik weet dat u ervan droomt om met een zwarte stift grenzen te trekken op mijn lichaam. En met een rode de plekken aan te duiden waar wat te halen valt.’

Zoals Hart der duisternis een grimmige parodie is op de koloniale avonturenroman, zo herhaalt Project Deburkanisation de westerse norm die vrouwelijke vrijheid gelijkstelt met onthullen en lichamelijkheid, maar enkel om die meteen weer ter discussie te stellen. ‘Een echte vrouw toont zich aan iedereen. Vrijwillig en trots,’ klinkt het, om dan te wijzen op de gevolgen voor hen die niet aan die norm wensen te voldoen: ‘En dus krijg ik een dag gevangenschap voor elk lichaamsdeel dat ik aan uw blik onttrek.’

Joseph Conrad was schrijver van wellicht het bekendste literaire bezwaarschrift tegen de Europese expansie en beschavingsdrang in Afrika, maar hij was ook zelf een tijdlang kapitein op een stoomboot op de Congo-rivier, werkzaam in de ivoorhandel. De novelle Hart der Duisternis levert een weergave van dit dubbelperspectief: In de koloniale handel leerde Conrad het Europese beschavingsdiscours van binnenuit kennen. Als schrijver en Britse koloniaal van Poolse afkomst kon hij het tegelijkertijd van op een kritische afstand bekijken.

Ook Project Deburkanisation weerspiegelt in zekere zin Lamrabets status van tussenfiguur, als Vlaamse vrouw met een loyaliteit aan een moslimcultuur, met een dubbele rol als werknemer bij Unia en schrijfster. De juriste Lamrabet kent de Belgische wetgeving over het dragen van een boerka van binnenuit. De artieste met een migratieachtergrond is tegelijkertijd in staat om afstand te nemen van diezelfde wetgeving en deze te verbeelden vanuit het perspectief van de vrouwen op wie deze wetgeving van toepassing is. In Project Deburkanisation brengt Lamrabet deze meervoudige perspectieven samen: de ervaringen en perspectieven van vrouwen die zich wensen te kleden in boerka én de westerse percepties van, en rechtspraak over hen.

De samenleving verdraagt steeds minder blinde vlekken

Maar in die ambivalentie staat Project Deburkanisation haaks op deze onzekere tijdsgeest, waarin een grote behoefte aan duidelijkheid heerst. Mensen klampen zich vast aan de vermeende standvastigheid van normen en waarden, willen weten wie thuishoort en wie niet, de samenleving verdraagt steeds minder blinde vlekken en dagelijks lijkt de ongerustheid over wat dubbel, ongekend of afwijkend is nog te groeien.

In Project Deburkanisation kondigt de vrouw in boerka aan dat zij slechts symbool staat voor een wil tot weten die ons allemaal, de zwaksten eerst, in onze privésfeer zal treffen. Individuele bewegingsvrijheid wordt steeds vaker opgeofferd op het altaar van de controleerbare zekerheid. Ze eindigt haar brief dan ook met een onheilspellend toekomstbeeld, waar misschien zelfs een vooruitwijzing in te lezen is naar het publieke onderzoek waar haar maker nu aan onderworpen wordt: ‘Het begint altijd met de verovering van het vrouwenlichaam. Maar het eindigt niet bij mij. Na mij zijn de anderen aan de beurt. Iedereen zal ontbloot worden en er zal altijd wel een reden zijn.’

Sarah De Mul is hoofddocent Letterkunde aan de Open Universiteit Nederland.

 

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2770   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2770  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.