De Centraal-Amerikaanse landen zijn te afhankelijk van maïs. De komende vier jaar zoeken ze, met Europese steun, naar manieren om de landbouw te diversifiëren.
Het leger heeft nog te veel macht in Honduras, zeggen academici en activisten. Na de staatsgreep van 2009 is de demilitarisering in de koelkast beland. Samen met voormalig defensieminister Orellana pleiten ze voor een grondwetsherziening.
De vervanging van de Hondurese minister Óscar Álvarez heeft het vermoeden doen rijzen dat de invloed van de drugsmaffia's tot in de hoogste politieke regionen van het land reikt. Álvarez wilde de politie zuiveren van corrupte elementen.
Hondurese militairen hebben de laatste vijf jaar 11.404 hectare bos aangeplant. De militairen maken deel uit van de zogeheten groene bataljons. Ze proberen een van de laatste stukken tropisch regenwoud in Midden-Amerika te redden.
Honduras wil in het noorden van het land een autoweg aanleggen maar de Wereldbank geeft de miljoenen pas vrij als de Hondurese amazilia (Amazilia luciae), een sterk bedreigde kolibriesoort, bescherming krijgt.
Twee jaar na de staatsgreep woedt in het noordoosten van Honduras een vuile oorlog die de regio dreigt te destabiliseren. Boerenorganisaties in Bajo Aguán zijn het slachtoffer van intimidaties en moorden, uitgevoerd door de privémilities van een handvol schatrijke grootgrondbezitters die in Honduras de lakens uitdelen.
Het sturen van grote contingenten militairen doet een oud landconflict in de Hondurese regio Bajo Aguán herleven. In het conflict zijn grootgrondbezitters en boeren die hervormingen eisen betrokken, maar ook leden van de georganiseerde misdaad.
De Hondurese regering wil over zowat de helft van het land een nachtelijk vliegverbod afkondigen. Dat moet het Mexicaanse en Colombiaanse drugshandelaars moeilijker maken hun ladingen door het land te sluizen. Er worden ook meer agenten en militairen naar afgelegen streken gestuurd die worden opgeschrikt door moordpartijen.
In nauwelijks een paar generaties zijn de gezinnen in Centraal-Amerika heel klein geworden. In de regio met grote armoede en sterke sociale ongelijkheid hopen de paren hun levensomstandigheden te verbeteren door minder kinderen te krijgen.
De afzetting van de Hondurese president Manuel Zelaya in 2009 was wel degelijk een staatsgreep. Tot die conclusie komt de Waarheids- en Verzoeningscommissie.
De regering van Honduras en het VN-Ontwikkelingsprogramma (UNDP) bestuderen een plan om de komende vijf jaren vijftig kleine waterkrachtcentrales te bouwen.