Belgische ontwikkelingssamenwerking krijgt goede punten

België krijgt lof van de OESO voor de kwaliteit en kwantiteit van zijn ontwikkelingshulp. Ons land zal in 2010 wellicht de vijf landen vervoegen die 0.7 procent van hun inkomen aan hulp besteden. De OESO doet tegelijk ook een suggestie aan de toekomstige premier: teken een begrotingspad uit opdat die 0.7 procent behouden blijft en leg een verklaring af dat België zich ertoe verbindt in de toekomst een samenhangend beleid te voeren inzake ontwikkelingssamenwerking.
België krijgt heel wat goede punten van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) voor zijn ontwikkelingssamenwerking. De OESO is de club van rijk landen die met zijn Comité voor Ontwikkelingshulp de officiële ontwikkelingshulp van zijn leden op gezette tijden evalueert.
Die zogenaamde ‘peer review’ bevestigt dat België in 2009 2.6 miljard euro of 0.55 procent van zijn inkomen aan ontwikkelingshulp besteedde. Dat is een stijging in reële termen met liefst 44 procent tegenover 2004 toen België nog op 0.41 procent stond. Met die 0.55 procent komt België internationaal op de zesde plaats. Qua volume staat België veertiende in de ranglijst van donoren.
Het lijkt waarschijnlijk dat België dit jaar voor het eerst 0.7 procent, het internationale streefcijfer, van zijn inkomen aan hulp zal besteden. Dat zal onder meer te danken zijn aan een grote schuldkwijtscheldingsoperatie tegenover Congo. Vermits er in 2011 geen gelijkaardige schulden meer kwijt te schelden zijn, zal België volgens de OESO een begrotingsplan moeten opstellen indien het de komende jaren de 0.7 procent (een belofte die toenmalig premier Verhofstadt in 2002 maakte) wil blijven waarmaken.
De OESO vindt het ook positief dat België bijna 60 procent van zijn bilaterale hulp in Afrika bezuiden de Sahara besteedt en daarmee zijn hulp echt afstemt op de minst ontwikkelde landen. 21 procent van die bilaterale hulp gaat naar onze drie vroegere kolonies Rwanda, Burundi en Congo. Een derde van de Belgische hulp gaat naar zogenaamde fragiele staten.
De OESO vindt dat lovenswaardig maar raadt de regering aan om alle relevante beleidsdomeinen te betrekken bij het beleid in fragiele staten. Door de aanpak van ontwikkelingssamenwerking, buitenlands beleid in brede zin en defensie beter op elkaar af te stemmen, kunnen ter zake betere resultaten worden bereikt.
Een van de krachtigste aanbevelingen in het rapport is de oproep tot een verklaring op het hoogste politieke niveau, en dat is dus eigenlijk een oproep tot de toekomstige premier, waarmee België zich zou verbinden tot meer samenhang in zijn ontwikkelingsbeleid.
Tot nu toe verengt België die samenhang of coherentie teveel tot een betere coördinatie van de verschillende actoren in de ontwikkelingssamenwerking. Coherentie is evenwel veel breder en houdt in dat alle ministeries in hun beleid rekening houden met de ontwikkelingsdoelen, en dus alvast geen maatregelen nemen die tegen het ontwikkelingsbeleid ingaan. Simpel gezegd: zorg er als land voor dat je niet met het ene hand geeft, en met het andere hand weer wegneemt. Sommige landen zoals Zweden legden die noodzaak van samenhang zelfs vast in een wet. De OESO laat België de ruimte hoe het die samenhang realiseert maar vindt wel dat ons land best vastlegt hoe het daaraan zal werken.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2781   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2781  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.