Boeddhistische nonnen willen erkenning als monnik

De mae chi worden net als de 300.000 Thaise monniken officieel tot de clerus of ‘Sagnha’ gerekend - wat inhoudt dat ze niet mogen stemmen. “We zijn in de praktijk volwaardig lid van de clerus, zegt Pratin Kuan-Orn, voorzitster van het Instituut voor Thaise Nonnen, dat al bestaat sinds 1969. Ook wij belijden de Dhamma. We mediteren en leveren spirituele bijstand aan mensen die daarom vragen. Maar omdat onze status op zijn minst ambigu is, kunnen we wettelijk geen financiële bijstand krijgen van onze volgelingen. We kunnen evenmin aanspraak maken op studiebeurzen van de overheid en subsidies voor gemeenschapsprojecten. In de praktijk betekent dat financiële afhankelijkheid van de monniken.

Een non staat in Thailand een trapje lager dan een monnik in het boeddhisme: ze worden verondersteld slechts vijf religieuze voorschriften en 80 boeddhistische regels te volgen terwijl monniken zich dienen te houden aan tien voorschriften en 227 regels. Nonnen mogen wel helpen bij het onderhoud van de tempels. Ze helpen de monniken bij het schoonmaken en in de keuken, maar eten wel apart. Omdat ze geen financiële bijstand hebben, vragen ze aalmoezen aan voorbijgangers. Dat geeft ons een slecht imago bij de mensen, zegt Pratin.

De spirituele carrière van de Mae Chi stopt al 300 jaar bij het nonnenschap. In het Thaise boeddhisme kunnen vrouwen zelfs geen novice worden. Vrouwen met spirituele aspiraties volgen dan ook meer en meer het voorbeeld van hun collega’s in Sri Lanka, waar de Theravada wordt gevolgd - een stroming waarin vrouwen het wel tot monnik kunnen schoppen. Chatsumarn Kabilsingh werd in februari erkend in Sri Lanka als de eerste Thaise vrouwelijke monnik (‘bhikkhuni’) in de Theravada. Ze heet voortaan Dhammananda en draagt saffraankleurige gewaden. Haar erkenning zorgde voor een golf van verontwaardiging bij het mannelijke religieuze establishment in Thailand, die Dhammananda ervan beschuldigt de Thaise boeddhistische traditie te schenden.

In 1991 probeerde het Instituut voor Thaise Nonnen en een reeks vrouwenorganisaties een ‘Nonnenwet’ in het parlement te loodsen maar ze kregen nul op het rekest. Het antwoord van het ministerie voor Religieuze Zaken was duidelijk: Het is onmogelijk. Het concept non heeft nooit bestaan in enige Thaise boeddhistische richtlijn.”

Toch gaan er meer en meer stemmen op om vrouwen een grotere rol te geven in het Thaise boeddisme. Dat baadt de laatste jaren in een schandaalsfeer. De Thaise pers pakt regelmatig uit met verhalen over monniken die zich misdragen tegenover de gemeenschap of er een luxeleventje op nahouden met verschillende vrouwen. “Het is onzin dat vrouwen de religie ondermijnen. Als de bewering dat het boeddhisme in verval is klopt, dan ligt dat zeker niet aan de vrouwen, zegt Tavivat Puntarigvivat van de World Buddhist University in Bangkok.

Steun voor de religieuze rechten van vrouwen is erg belangrijk voor het Thaise boeddhisme, meent Tavivat. Nonnen en vrouwelijke monniken kunnen beter op bepaalde sociale problemen inspelen dan mannen - ik denk aan seksueel misbruik, prostitutie en abortus. De academicus wijst erop dat de Boeddha zelf erkende dat beide geslachten dezelfde spirituele capaciteiten hebben. Door vrouwen - die de helft van de bevolking uitmaken - te omarmen als volwaardig deel van de religie zal de weg naar de verlichting dubbel zichtbaar zijn.



Xml=3

Ref: ap cr