Chávez vreest voor zijn leven

24 juni is in Venezuela de nationale dag van het leger. Elk jaar herdenken Venezolanen met een grote militaire parade het gevecht van Carabobo in 1921, een beslissende overwinning in de strijd voor onafhankelijkheid van Spanje. Maar vandaag blijft het ongewoon stil op het veld van Carabobo, op 80 kilometer van de hoofdstad Caracas. De president heeft de plechtigheid afgelast. Hij moest wel, want hij kreeg te horen dat hij vlakbij het veld vermoord zou worden. Zegt hij zelf.

De president schijnt intussen met alles rekening te houden. Als ik zou worden omgebracht, zei hij zondag tijdens zijn wekelijkse radio- en televisieprogramma Aló Presidente, weet de rest van de regering en het leger wat ze moeten doen. De plannen zijn in kannen en kruiken. We zullen niet toelaten dat eender wie binnenvalt en de macht overneemt. En tijdens de Mercosur-top eerder deze week in Paraguay zei hij dat ze denken dat ze door Chávez te elimineren de revolutie onthoofden. Maar als ze er ooit in slagen me te vermoorden, zal de Venezolaanse bevolking hen dubbel en dik doen betalen.

Ze, dat zijn volgens Chávez oppositiegroepen uit Miami die werken aan samenzweringen om hem te vermoorden. Ze willen zijn vreedzame revolutie van economische en sociale veranderingen in Venezuela de kop indrukken. Volgens de Venezolaanse minister van Binnenlandse Zaken Jesse Chacón behoren ook oppositieleden en mogelijk legerdissidenten en subversieve elementen uit Colombia tot de samenzweerders. Chacón zegt dat de bewijzen voor de theorie van een mogelijke aanslag elke dag sterker worden.

Nog maar een paar weken geleden gonsde Venezuela van de geruchten dat Chávez inderdaad was vermoord, of minstens ernstig ziek was. In het weekend van 28 en 29 mei was de president opvallend afwezig tijdens een protestmars voor de uitlevering van terrorist Luis Posada Carriles aan Venezuela. Zondag werd zijn televisieprogramma zonder enige uitleg afgelast. Honderden aanhangers stroomden toe voor het presidentieel paleis.

Toen Chávez eindelijk opdaagde, zei hij laconiek dat hij gekidnapt was door zijn achtjarige dochter en dat hij zijn programma had afgelast om een partijtje volleybal niet te moeten onderbreken. Maar later zei hij dat militaire inlichtingendiensten met harde bewijzen waren gekomen dat groepen bezig waren met de voorbereiding van een staatsgreep en dat sommige van de betrokken vanuit de Verenigde Staten via Colombia naar Venezuela waren gereisd. Om die reden kreeg hij het advies niet naar de optocht van 29 mei te gaan.

Ik heb de verantwoordelijkheid naar dit soort dingen te luisteren. Dus zeg ik het nu opnieuw. De militaire parade is om dezelfde reden afgelast, zei de president. In de plaats van de parade is er vandaag een ceremonie in Caracas zelf.

Al dat gepraat over moordcomplotten is niet meer of minder dan een rookgordijn, beweren leden van de Venezolaanse oppositie. Het moet de aandacht afleiden van de problemen waarmee de staatsgeleide olie-industrie ondanks de hoge olieprijzen kampt en van de wetswijzigingen om politieke misdaden te bestraffen en de staatscontrole op de economie te verhogen.

De directeur van de Veneolaanse krant Ultimas Noticias, Eleazar Díaz Rangel, gelooft dat het gevaar op een moordcomplot reëel is. Alle eerdere pogingen om van Chávez af te raken hebben gefaald. Er was een mislukte coup in april 2002, een maandenlange staking eind 2002 en een referendum over de president dat het land bezighield van begin 2003 tot augustus 2004, zegt Díaz Rangel. Hij herinnert aan de rol die de VS speelden in de moord op de Chileense president Salavdor Allende in 1973, na jarenlange door de VS gesteunde pogingen om het land te destabiliseren.

In maart werd bekend dat de voormalige VS-ambassadeur in Venezuela, Charles Shapiro, de Venezolaanse autoriteiten heeft gewaarschuwd voor een mogelijke aanslag op hun president. Dat bevestigde Shapiro’s opvolger, William Brownfield. En een maand voordien zei Fidel Castro al dat hij zich meer zorgen maken over de veiligheid van Chávez en Venezuela dan over die van hemzelf. (ADR/MM)