Coëxistentie voor ggo’s?

De intrede van Genetisch Gemanipuleerde Gewassen is al langer een feit, op wereldschaal gaat het reeds om 114 miljoen ha. In eerste instantie werd de commerciële teelt van GGG’s in de Europese Unie geweerd, maar door lobbywerk vanuit multinationals zoals Monsanto en door de druk vanuit de VS, is Europa momenteel bezig haar beleid grondig te herzien. Ze staat de introductie van GGG’s toe op basis van advies van de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA).
Vlaanderen stond met Van Montagu aan de wieg van de gentechnologie en wil nu graag weer het voortouw nemen.Zowel Wallonië als Vlaanderen kiest voor een coëxistentieregeling.
Waar Wallonië opteert voor een zo groot mogelijke bescherming door een isolatieafstand van 600 meter in te stellen om kruisbestuiving te voorkomen, kiest Vlaanderen voor een minimale bescherming met een isolatieafstand van 50 meter. De exacte afstanden en details worden dinsdag goedgekeurd door het Vlaams Parlement.
Ter voorbereiding daarvan vond er op 25 november een symposium plaats over ‘groene biotechnologie’, georganiseerd door het Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB) en het Vlaams Instituut voor Wetenschappelijk en Technologisch Aspectenonderzoek (viWTA).

Onzekerheden en risico’s

De algemene boodschap was duidelijk: de multinationals hebben er alle baat bij om de toelating van GGG’s zo snel mogelijk te laten gebeuren, en de wetenschap en overheid helpen hen graag een handje, steunend op tal van argumenten. De vele onzekerheden en risico’s van de gentechnologie werden op deze dag niet uitgesproken maar wel achteraf meegegeven via een publicatie van het viWTA. Daaruit blijkt dat nieuwe genen toevoegen niet kan zonder de oude te verschuiven, en dat het effect daarvan niet wetenschappelijk te voorzien valt.
Ook blijken er reeds studies te bestaan die bewijzen dat stuifmeelkorrels van GGG’s al op 3 km afstand zijn teruggevonden, wat niet verwonderlijk is als stuifmeelverspreiding voornamelijk gebeurd door insecten en wind, maar ook door ons wereldwijd transportsysteem. Zelfs het feit dat multinationals in de eerste plaats uit zijn op winst door het patenteren van de genen, en het daarmee boeren verplichten van een jaarlijkse aankoop, wordt niet ontkend.

Europa, en niet in de laatste plaats Vlaanderen, legt met zijn coëxistentieregeling de basisstenen om van elke mens een proefkonijn te maken in het GGG-experiment.

Mensen worden proefkonijnen

Met andere woorden: Europa, en niet in de laatste plaats Vlaanderen, legt met zijn coëxistentieregeling vandaag de basisstenen om mee van elke mens een proefkonijn te maken in het GGG-experiment. Verspreiding valt immers, door de wetten van de natuur, nooit volledig te voorkomen en er is nog amper onafhankelijk onderzoek gedaan dat voldoende bewijst dat GGG’s geen schadelijke effecten kan hebben op gezondheid, milieu en biodiversiteit.
Daarnaast weten we nu ook dat er, volgens de aanpak van de gentechnologie, bij elke nieuwe plaag of resistentie een nieuw gen zal moeten worden ingebouwd, aangezien het steeds over een eenmalige oplossing gaat.  Al 59 regeringen in een VN-vergadering (april 2008) verklaarden dat GGG’s geen oplossing vormen voor de honger in de wereld.