CPJ onderscheidt journalisten die flirten met de dood

De winnaars van de Internationale Prijs van de Persvrijheid komen dit jaar uit Mexico, Pakistan, Rusland en China. De onderscheiding van het Comité voor de Bescherming van Journalisten (CPJ) huldigt journalisten die weigeren zich de mond te laten snoeren, op gevaar van hun eigen leven.
De prijsuitreiking vond dinsdag plaats op een galadiner in het Waldorf-Astoria Hotel in New York. Het CPJ, dat ook elk jaar een zwartboek publiceert van aanvallen tegen de pers, wil met de onderscheiding journalisten belonen die zich verzetten tegen censuur of intimidatie.

De vier laureaten hebben met elkaar gemeen dat ze uit landen komen waar geweld tegen journalisten meestal onbestraft blijft. De CJP registreerde in de voorbije vijftien jaar vijfhonderd moorden op journalisten, die in 85 procent van de gevallen onbestraft bleven.
“Die straffeloosheid is een groot probleem voor journalisten in Mexico”, zegt de 39-jarige Adela Navarro Bello, een van de laureaten, “Als iemand bij ons een journalist het hoekje omhelpt, dan weet je gewoon dat die persoon daarvoor niet zal worden gestraft.”
Bello is de directrice van het weekblad Zeta dat wordt uitgegeven in de grensstad Tijuana. Het is een van de weinige bladen die regelmatig aan onderzoeksjournalistiek doet over de georganiseerde misdaad, de drugshandel en de corruptie bij de politie in de noordelijke deelstaten van Mexico.
In de geschiedenis van het blad zijn enkele pagina’s met bloed geschreven. Een van de oprichters, Héctor Félix Miranda, werd vermoord in 1988 en uitgever Francisco Ortiz Franco in 2004. In 1997 mislukte een aanslag op de toenmalige directeur Jesús Blancomelas. Sindsdien loopt ook Bello voortdurend rond in een kogelvrije vest en met twee lijfwachten.
“Ik sta mezelf niet te toe te beginnen piekeren over wat er zou kunnen gebeuren”, zegt Bello, “anders zou ik de boel sluiten en naar huis gaan. Dit is ons werk, en we doen het graag.”
De tweede prijswinnaar, Mazhar Abbas, is vice-directeur van de Pakistaanse nieuwszender ARY One World Television en secretaris-generaal van de Pakistaanse Federale Journalistenunie. Hij is een van de journalisten in Pakistan die blijft doorwerken, ondanks doodsbedreigingen aan zijn adres en dat van zijn familie. In mei vond hij een enveloppe met kogels aan zijn auto gekleefd. Hij staat al geruime tijd op de zwarte lijst van de Mohajir Rabita Council, een politieke groep uit de zuidelijke provincie Sindh die tot het kamp van president Pervez Musharraf wordt gerekend.
De prijsuitreiking vond dinsdag plaats op een galadiner in het Newyorkse Waldorf-Astoria Hotel. Het CPJ, dat ook elk jaar een overzicht een zwartboek publiceert van aanvallen tegen de pers, wil met de onderscheiding journalisten belonen die zich verzetten tegen censuur of intimidatie. De vier laureaten hebben met elkaar gemeen dat ze uit landen komen waar geweld tegen journalisten meestal onbestraft blijft. De CJP registreerde in de voorbije vijftien jaar vijfhonderd moorden op journalisten, die in 85 procent van de gevallen onbestraft bleven. “Die straffeloosheid is een groot probleem voor journalisten in Mexico”, zegt de 39-jarige Adela Navarro Bello, een van de laureaten, “Als iemand bij ons een journalist het hoekje ombrengt, dan weet je gewoon dat die persoon daarvoor niet zal worden gestraft.” Bello is de directrice van het weekblad Zeta dat wordt uitgegeven in de grensstad Tijuana. Het is een van de weinige bladen die regelmatig aan onderzoeksjournalistiek doet over de georganiseerde misdaad, de drugshandel en de corruptie bij de politie in de noordelijke deelstaten van Mexico. In de geschiedenis van het blad zijn enkele pagina’s met bloed geschreven. Een van de oprichters, Héctor Félix Miranda, werd vermoord in 1988 en uitgever Francisco Ortiz Franco in 2004. In 1997 mislukte een aanslag op de toenmalige directeur Jesús Blancomelas. Sindsdien loopt ook Bello voortdurend rond in een kogelvrije vest en met twee lijfwachten. “Ik sta mezelf niet te toe te beginnen piekeren over wat er zou kunnen gebeuren”, zegt Bello, “anders zou ik de boel sluiten en naar huis gaan. Dit is onze job, en we doen het graag.” De tweede prijswinnaar, Mazhar Abbas, is vice-directeur van de Pakistaanse nieuwszender ARY One World Television en secretaris-generaal van de Pakistaanse Federale Journalistenunie. Hij is een van de journalisten in Pakistan die blijft doorwerken, ondanks doodsbedreigingen aan zijn adres en dat van zijn familie. In mei vond hij een enveloppe met kogels aan zijn auto gekleefd en hij staat al geruime tijd op de zwarte lijst van de Mohajir Rabita Council, een politieke groep uit de zuidelijke provincie Sindh die tot het kamp van president Pervez Musharraf wordt gerekend. “Deze prijs is als een Oscar voor de journalistiek”, zegt Abbas, “Dit is een grote eer voor alle journalisten in Pakistan. vooral de laatste maanden zijn moeilijk geweest”, daarbij verwijzend naar de repressie van journalisten sinds Musharraf de noodtoestand heeft afgekondigd. Volgens Abbas is Pakistan een politiek erg onverdraagzaam land, “maar wel zowat het enige moslimland waar journalisten openlijk kunnen protesteren tegen schendingen van mensenrechten.” Dmitry Muratov, de oprichter en hoofdredacteur van de Novaya Gazeta, heeft de leiding over een van de weinige echt kritische kranten die zijn overgebleven in het Rusland van Vladimir Putin. Na de dood van zijn journalisten, waaronder de beroemde Anna Politkovskaya, overwoog hij ernstig ermee op te houden. Hij kreeg de onderscheiding voor de moedige manier waarop zijn krant de vuile geheimen van het Kremlin blijft oprakelen. De vierde laureaat, de Chinees Gao Qinrong, kon niet op de prijsuitreiking aanwezig zijn, omdat hij van de Chinese overheid geen paspoort kreeg. Gao maakte naam met berichten over corruptie bij een irrigatieproject in de provincie Shanxi. Zijn kritische zin werd bestraft met acht jaar gevangenisstraf op basis van een gefingeerde aanklacht.
“Deze prijs is als een Oscar voor de journalistiek”, zegt Abbas, “Dit is een grote eer voor alle journalisten in Pakistan. Vooral de laatste maanden zijn moeilijk geweest”, verwijzend naar de repressie van journalisten sinds Musharraf de noodtoestand heeft afgekondigd. Volgens Abbas is Pakistan een politiek erg onverdraagzaam land, “maar wel zowat het enige moslimland waar journalisten openlijk kunnen protesteren tegen schendingen van mensenrechten.”
Dmitry Muratov, de oprichter en hoofdredacteur van de Novaya Gazeta, heeft de leiding over een van de weinige echt kritische kranten die zijn overgebleven in het Rusland van Vladimir Poetin. Na de dood van drie van zijn journalisten, waaronder de beroemde Anna Politkovskaya, overwoog hij ernstig ermee op te houden. Hij kreeg de onderscheiding voor de moedige manier waarop zijn krant de vuile geheimen van het Kremlin blijft oprakelen.
De vierde laureaat, de Chinees Gao Qinrong, kon niet op de prijsuitreiking aanwezig zijn, omdat hij van de Chinese overheid geen paspoort kreeg. Gao maakte naam met berichten over corruptie bij een irrigatieproject in de provincie Shanxi. Zijn kritische zin werd bestraft met acht jaar gevangenisstraf op basis van een gefingeerde aanklacht.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.