De Europese Unie speelt ver onder haar niveau

Soms zet de EU de toon in de wereld, maar op tal van terreinen blijft de Unie een reus in zakformaat, “gedwergd” door ingebeelde reuzen.
Vijfhonderd miljoen inwoners, de grootste economie ter wereld, bakken diplomatieke ervaring als continent dat de voorbije eeuwen de wereld heeft beheerst, een zeer goed geschoolde en gezonde bevolking dankzij de beste sociale bescherming ter wereld: het zijn enkele parameters van de Europese Unie. Je zou denken dat dat genoeg zou moeten zijn om invloed uit te oefenen op de gang van zaken in de wereld. Toch valt dat tegen.
Behalve wat haar militaire slagkracht betreft moet de EU op weinig terreinen onderdoen voor de VS, en toch weet iedereen dat de VS een veel grotere rol spelen in de wereld. ‘Ach, eigenlijk kijken de Chinezen alleen naar de VS’, zucht een Europese diplomaat in Peking. ‘Gewoon omdat de Europeanen elkaar hier eerder voor de voeten lopen dan samen te werken.’
Als de Chinezen Frankrijk in de koelkast stoppen omdat de Franse president Sarkozy de Dalai Lama ontmoet, kijken Duitsers en Britten de andere kant op, in de hoop dat zij de voorkeurspartner van de Chinezen worden. Als de VS Irak binnenvallen, doen Britten en Polen mee, en zijn Fransen, Duitsers en Belgen vierkant tegen.
De verdeeldheid onder vooral de grote lidstaten, die op een eigen buitenlands beleid blijven staan –en dus niet willen dat de EU echt een rol speelt op het wereldtoneel– is dan ook de grootste rem op de EU-invloed in de wereld. Als het Verdrag van Lissabon wordt aanvaard, komt er een soort Europese minister van Buitenlandse Zaken en een permanente voorzitter van de ministerraad. Dat kan een stap vooruit zijn, maar de vraag is of die elkaar niet voor de voeten zullen lopen.

Klimaatleider


Als de EU invloed uitoefent, is het op terreinen waar de lidstaten wel als één blok optreden. De EU noemt zichzelf, bij monde van haar Commissievoorzitter José-Manuel Barroso, de leider inzake klimaatbeleid. Dat klopt ook. De EU heeft Kyoto gemaakt en gered: zonder de EU was er geen mechanisme voor de beperking van de uitstoot van de rijke landen geweest.
De vraag is wat er van dat leiderschap overblijft nu de VS een groenere en mediageniekere president hebben. Tijdens deze financiële crisis slaagt de Unie er niet echt in Europa een groene New Deal te bezorgen, dus overheidsinvesteringen die de Unie krachtig richting duurzame economie duwen. De lidstaten trekken in verspreide slagorde op. Ook inzake energiebeleid trekken ze niet één lijn als ze tegenover de Russische president Poetin staan.
Intern blijft de EU een van de sociaalste regio’s: in de oude lidstaten gaat een kwart van het inkomen naar sociale bescherming en dat helpt om de inkomensongelijkheid binnen de perken te houden. Toch heeft de Unie hier een dubbele houding. Door te kiezen voor uitbreiding zonder harmonisering van sociale normen, creëert de EU druk op de sociaalste landen.
Door te kiezen voor mondialisering heeft de EU haar werknemers, vooral de laaggeschoolde, onder toenemende concurrentiedruk gezet: de werkende mens zag zijn deel in de koek afbrokkelen, kapitaalinkomens gingen erop vooruit.
Zeker, de Europese lidstaten zijn de grootste verdedigers van de Internationale Arbeidsorganisatie en haar normen, maar die arbeidsnormen zijn niet bindend. De Unie heeft de verdediging van minimale arbeidsnormen nooit echt hard gespeeld door respect ervoor te koppelen aan de toegang tot haar markt.

Ontwikkeling


De EU kan terecht zeggen dat ze, van alle rijke landen, het meest aan ontwikkelingshulp besteedt. De EU-15 besteedden er vorig jaar 0,42% van hun inkomen aan, terwijl de rijke landen gemiddeld maar 0,30% halen. Natuurlijk moet je de impact van die hulp relativeren: hulp helpt, maar is niet de oplossing van een ontwikkelingsprobleem.
Het is even belangrijk om te weten of de EU ook op andere beleidsterreinen rekening houdt met de noden van ontwikkelingslanden: het helpt niet met de ene hand te geven en met de andere te nemen. Het Amerikaanse Center for Global Development (CGD) probeert dat bij 22 donoren in kaart te brengen door te kwantificeren in hoeverre landen ook in hun beleid inzake milieu, migratie, investeringen of handel rekening houden met de noden van ontwikkelingslanden. ‘De 14 EU-landen halen een score van 5,4, de acht niet EU-landen 4,3. Dat is een vrij groot verschil. Zelfs inzake handel zit de EU boven het gemiddelde, al is er daar geen reden tot trots’, zegt David Roodman van het CGD.
Hij bedoelt daarmee dat de EU haar landbouw fors blijft subsidiëren en afschermen, en zo ontwikkelingslanden uitvoerkansen ontzegt, en soms aan oneerlijke concurrentie blijft doen op de wereldmarkt en zelfs op de thuismarkt van de ontwikkelingslanden zelf.
Nochtans afficheert de EU zich graag als verdediger van vrijere handel. Daarover spreekt ze evenwel met dubbele tong. In de Wereldhandelsorganisatie verdedigt de EU keihard haar belangen, ook als het gaat om het behoud van landbouwsubsidies. Dat verhindert de Unie evenwel niet om haar vroegere kolonies – de landen van Afrika, de Stille Oceaan en de Caraïben – onder druk te zetten om met haar een vrijhandelszone aan te gaan, via de zogenaamde Economische PartnerschapsAkkoorden (EPA’s).
Ook in het Internationaal Muntfonds (IMF) ageren veel EU-landen als verdedigers van de vrijhandel. Ze hebben er ongeveer een derde van de stemmen en hebben dus ongetwijfeld bijgedragen tot de liberalisering/privatisering die het IMF in tientallen ontwikkelingslanden heeft doorgedrukt.
Dat roept vragen op: hoe is het mogelijk dat het IMF, waar de EU-lidstaten dubbel zoveel stemmen hebben als de VS, toch een zeer Amerikaanse economische visie uitdraagt? Een deel van het antwoord is dat de nationale vertegenwoordigers uit de ministeries van Financiën en de nationale banken komen, en die neigen doorgaans meer naar marktfundamentalisme.
En verder vormen de EU-landen in het IMF en de Wereldbank geen echt blok. In de Wereldbank vormden de Scandinavische landen, Nederland en het Verenigd Koninkrijk jarenlang de zogenaamde Like-minded Group, die afstand nam van de harde aanpak van de jaren tachtig en negentig. Vaak stonden ze daarbij lijnrecht tegenover andere EU-landen.

Kampioen van de internationale rechtsstaat?


De EU werpt zich mondiaal op als verdediger van het multilateralisme: ze gelooft in sterke internationale instellingen met regels die voor alle landen gelden. Ze heeft daarin geloofwaardigheid omdat ze zelf bewijst dat staten die eeuwenlang oorlog voerden hun relaties met regels en instellingen inderdaad een andere richting kunnen uitsturen.
Het klopt bovendien dat de EU een gulle financier is van veel internationale instellingen. Tegelijk houdt de Unie, of beter houden de grote lidstaten van de Unie vast aan hun oververtegenwoordiging in bepaalde mondiale instellingen. Dat zowel Frankrijk als het Verenigd Koninkrijk, beide met amper 1 procent van de wereldbevolking, over een veto in de Veiligheidsraad beschikt, roept vragen op.
Dat de EU-lidstaten met 8 procent van de wereldbevolking 32 procent van de stemmen in het IMF hebben ondergraaft de geloofwaardigheid van de instelling.
Sterke instellingen kunnen niet zonder legitimiteit. Als de EU door haar oververtegenwoordiging die legitimiteit ondergraaft, is dat in strijd met haar zelfverklaarde geloof in multilateralisme. Hoeveel decennia zal het de grote lidstaten vergen om de oude dromen over hun grootsheid te offeren op het altaar van Europese geloofwaardigheid en slagkracht?

Jean-Luc Dehaene, CD&V


Rol
De EU speelt al een gewichtige rol in de wereld inzake klimaatbeleid. Het was ook de Unie die, bij monde van haar voorzitter Nicolas Sarkozy, het initiatief nam om de G20 bijeen te roepen om te beginnen aan een hertekening van de financiële wereld. Op andere terreinen blijft de EU zwak. We staan voor een immense opdracht: de mondialisering kan niet werken zonder mondiale regels die de wereldeconomie socialer en milieuvriendelijker maken. De EU kan daarin een beslissende rol spelen, maar alleen als ze met één stem kan spreken.
Perceptie
Speelt de EU die rol al? Is dat glas halfvol of halfleeg? Beide. Het probleem is dat sinds de oprichting van VTM al onze media vanwege de commercialisering lokale media zijn geworden, waardoor de belangrijkste ontwikkelingen van vandaag aan de mensen voorbijgaan. Niet omdat die informatie niet beschikbaar is, maar omdat voor de meerderheid tv-journaals de belangrijkste informatiebron zijn. Dat kan problemen scheppen: als burgers, bij gebrek aan informatie, te zeer openstaan voor simplismen en oneliners, bedreigt dat het democratisch bestel, zoals we in de jaren dertig hebben gezien. Een pure marktbenadering in medialand is uit den boze.
Verandering
De EU moet met één stem leren spreken, maar dat is een zaak van lange adem. Wie geen rekening houdt met die spankracht tussen het ideaal en wat nu realistisch mogelijk is, schept verkeerde verwachtingen. Ik voorkom dat liever. Verhofstadt is anders, maar dat is de aard van het beestje. Hebt u ondertussen al de modelstaat België gezien, die hij nochtans beloofde toen paarsgroen aantrad?

Bart Staes, Groen!


Rol
De EU is de meest geslaagde oefening in conflictpreventie van de geschiedenis. Ik denk dat dit model, met zijn sterke sociale bescherming, heel wat aantrekkingskracht heeft, maar op een zachte manier. Niet zoals de VS die Irak binnenvallen om er de democratie op te leggen. De invloed is veruit het grootst in Oost- en Midden- Europa, en nu ook in Turkije. In de grote wereld heeft de EU veel minder invloed, omdat ze verdeeld is. Bovendien vind ik dat de Unie vaak een januskop is: mooie principes die uiteindelijk commerciële belangen moeten laten voorgaan.
Perceptie
De perceptie is negatief, soms ten onrechte. Toch vind ik dat je niet bang moet zijn om negatieve punten te tonen, want daar leer je veel uit. Dat ik uitbracht dat het overgrote deel van de landbouwsubsidies niet naar boeren gaat, was bijvoorbeeld erg nuttig.
Verandering
De EU moet socialer, ecologischer en transparanter worden. Zonder de EU zou er inderdaad geen Kyotoprotocol zijn geweest, maar we dreigen het leiderschap te verliezen nu Zuid-Korea, China en de VS actief worden. We mogen nooit vergeten dat wij het klimaatprobleem hebben veroorzaakt en dus ook de grootste inspanningen moeten leveren.

Kathleen Van Brempt, lijsttrekster sp-a


Rol
De EU zou zóveel invloed kunnen hebben omdat ze economisch een enorm blok is. Omdat de grote lidstaten een eigen koers varen, blijft haar invloed beperkt. De EU heeft wel een verschil gemaakt inzake het klimaatbeleid. Waar ze te weinig het verschilt maakt, is in het verzekeren dat producten die hier worden verkocht gezond en sociaal verantwoord zijn. We moeten dat niet alleen aankaarten, we moeten ook dreigen met handelssancties. Vrijheid van vereniging is een mensenrecht dat iedereen moet respecteren, ook de Chinezen.
Perceptie
De mensen weten dat de EU een politieke dwerg is. Als de VS spreken, wordt er veel beter geluisterd.
Verandering
Het verdrag van Lissabon zal de eenheid van het buitenlands beleid versterken, maar nieuwe instellingen alleen volstaan niet, ook de mentaliteit moet veranderen. Daar zie ik evenwel nog niet veel verandering.

Guy Verhofstadt, OpenVLD


Rol
De EU is de grootste economische macht en de grootste donor van ontwikkelingshulp. Die hulp zou véél meer betekenen als we onze middelen en strategieën bundelden. Dat geldt op alle vlakken. De EU zou het economische centrum van de wereld kunnen zijn. Maar in de praktijk blijven vele bevoegdheden bij de 27 lidstaten, zodat we als geheel niet echt meetellen. Om de crisis aan te pakken, is er één financieel en economisch beleid nodig.
Perceptie
De EU wordt niet echt als een eenheid ervaren omdat de Europese feitelijkheid bijzonder ambigu blijft, vaak aarzelend tussen de Unie en de lidstaten. De G20 is een toppunt van Europese onduidelijkheid: de EU zit daar als twintigste lid van de G20, naast Duitsland, Engeland, Frankrijk en Italië. Zo raken we er nooit uit.
Verandering
Wat Europa eerst nodig heeft, is de ratificatie van het Verdrag van Lissabon, dat een bescheiden hervorming van de instellingen belooft. Dat is het absolute minimum. Op iets langere termijn hoop ik op een Unie die zwaarder weegt dan de lidstaten. Zeker in het buitenlands beleid en het veiligheidsbeleid. Met een Frans Pentagon komen we nergens. Als we hier een tegenhanger van het Amerikaanse Pentagon nodig hebben, moet het een Europees Pentagon zijn.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2781   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2781  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.