Dollarzwakte bedreigt eenheidsmunt Golfstaten

Op 20 mei 2007 besloot de Centrale Bank van Koeweit de dinar niet langer exclusief aan de dollar maar aan een korf van voor de import belangrijke munten te koppelen. De exacte samenstelling van de korf werd niet meegedeeld, maar specialisten schatten de samenstelling op 70 procent dollar, 20 procent euro, 5 procent pond en 5 procent yen. Sinds mei is de Koeweitse dinar met 0,77 procent duurder geworden ten opzichte van de dollar.
De Verenigde Arabische Emiraten, de andere economische grootmacht in de Golfregio, hebben al laten weten dat zij hun munt, de dirham, aan de dollar gekoppeld houden. Ze verwezen daarbij naar de plannen van de Gulf Cooperation Council, het samenwerkingsverband van Golfstaten, om tegen 2010 een gemeenschappelijke munt te lanceren. Dat plan komt nu op de helling staan, niet alleen door de revaluatie van de munt in Koeweit maar ook omdat Oman enkele maanden geleden liet verstaan dat het nog niet klaar is.
“De Verenigde Arabische Emiraten zijn gebaat bij een zwakke dollar omdat die van het land een goedkope bestemming voor toerisme maakt en onze export erg competitief maakt”, zei de gouverneur van de Centrale Bank van de Emiraten, Sultan Nasser Al-Suwaidi, in juni tegen journalisten.
De zwakke dollar maakt echter ook importgoederen duurder. Veertig procent van de import komt uit Azië en 34 procent uit Europa, twee regio’s waar de dollar aan waarde verloren heeft. Analisten voorspellen een verdere daling van de dollar, onder meer door de betere economische prestaties in de Eurozone, een hogere inflatie in Groot-Brittannië en verwachte stijgingen van de rentes.
in 2006 bedroeg de inflatie in de Emiraten 9,3 procent, zo blijkt uit de jongste cijfers. Importgoederen worden duurder, maar Simon Williams, economist bij de HSBC Bank Middle East Limited relativeert een en ander: “De economieën in de Golf groeien en de salarissen stijgen. De impact van de zwakke dollar is dus minder ernstig dan in tijden van zwakke economische groei.”
Voor Eckart Woertz van het Gulf Research Centre zijn vooral de in de Emiraten werkende buitenlanders het kind van de rekening. “Zij krijgen minder terug voor hun dirhams wanneer ze geld naar huis sturen. Dat is vooral vervelend voor buitenlanders die bijvoorbeeld een hypotheek of andere betalingsverplichtingen hebben in een andere munt dan dollar.” Volgens specialisten zijn de munten in van de Golflanden 15 tot 25 procent ondergewaardeerd.
De voorzichtige revaluaties van Koeweit zetten volgens Woertz niet veel zoden aan de dijk: “De dinar blijft voor 70 tot 80 procent gekoppeld aan de dollar en aangezien de inflatie vooral binnenlandse oorzaken kent, haalt de revaluatie niet veel uit.” Het feit dat Koeweit de exclusieve koppeling aan de dollar heeft opgegeven, brengt volgens Woertz wel degelijk de slaagkansen voor een eenheidsmunt in het gedrang.
“Een eenheidsmunt staat internationaal sterker en biedt ook meer manoeuvreerruimte inzake rentevoetbeleid”, zegt Woertz. “Er valt zeker iets te zeggen voor een loskoppeling van de dollar, maar dan door alle Golfstaten samen.”