Elk jaar drieduizend mensapen gedood

De cijfers in het rapport van het Milieuagentschap van de VN (UNEP) liegen er niet om: tussen 2005 en 2012 zijn naar schatting 22.218 mensapen omgekomen door de jacht. Het gaat om chimpansees, goed voor 64 procent van dat cijfer, gorilla’s, bonobo’s en orang-oetans. Alle mensapen zijn internationaal beschermd onder de Internationale Conventie omtrent de Handel in Bedreigde Diersoorten (CITES).

“Het stropen van mensapen voor de handel is niets nieuws”, zegt Achim Steiner, directeur van UNEP. “De praktijk bestaat al langer dan eeuw. Maar de schaal waarop het momenteel gebeurt, toont aan hoe belangrijk het is dat de internationale gemeenschap en de milieuvernietigingen waakzaam blijven. Ze moeten een stap voor blijven op degenen die geld willen verdienen met dergelijke illegale activiteiten.”

De handel mag dan al lang bestaan, er vindt wel duidelijk een verschuiving plaats. Terwijl de handel vroeger vooral een uitloper bleek van andere bedreigingen zoals ontbossing, mijnbouw en jacht om het vlees, is er een professionalisering bezig onder invloed van een stijgende vraag op de internationale markt. Die vraag komt vooral van de toeristische industrie, dierentuinen en rijke individuen op zoek naar een exotisch huisdier.

De illegale handel heeft steeds meer banden met georganiseerde misdaad, en de gevangen dieren worden via ingewikkelde netwerken over de grenzen gesmokkeld met andere verboden handelswaar zoals ivoor, wapens, drugs of neushoorns.

Onderschatting

Het cijfer is naar alle waarschijnlijkheid een onderschatting, zegt Doug Cress van de organisatie Grasp. “Maar het is belangrijk dergelijke cijfers te berekenen om een startpunt te hebben. Mensapen zijn extreem belangrijk voor de bossen in Afrika en Azië. Zelfs het verlies van tien of twintig exemplaren kan al een diepe impact hebben op de biodiversiteit.”

De politiediensten lopen achterop op de feiten. Tussen 2005 en 2011 werden amper 27 mensen gearresteerd in Azië en Afrika. Een vierde daarvan werd nooit vervolgd.