Familieleden van 'verdwenen' Pakistanen protesteren op WSF

Familieleden van ‘verdwenen’ Pakistanen willen vrijdag met een sit-in bij de Aziatische editie van Wereld Sociaal Forum (WSF) aandacht vragen voor hun situatie. De demonstranten wijten de verdwijningen van familieleden aan de Amerikaanse strijd tegen het terrorisme in buurland Afghanistan.

De Pakistaanse mensenrechtencommissie schat dat tussen een paar honderd en een paar duizend mensen verdwenen. Nasima Bibi is bang dat haar verdwenen zoon gemarteld wordt. Ik weet dat ze dat doen, uit de krantenartikelen over mensen die zijn teruggekeerd uit gevangenschap, zegt ze. Deze Pakistaanse is in hongerstaking en posteerde zich voor de Karachi Press Club, in de hoop dat iemand haar daar kan vertellen wat er met haar zoon Sharif is gebeurd.

Ze wil de protestactie bij het Wereld Sociaal Forum, dat morgen van start gaat, samen met een andere getroffen familie houden. Ze hebben ons gezegd dat buitenlanders dan over ons zullen horen en dat ze de rest van wereld vertellen over ons leed, snikt ze, terwijl ze koranverzen reciteert.

I.A. Rehman, de voorzitter van de Pakistaanse mensenrechtencommissie HRCP, bevestigt dat het afgelopen jaar mensen zijn verdwenen. Hij wijt die alarmerende trend aan een gebrek aan respect voor de normale rechtsgang. Als gevolg van de strijd tegen het terrorisme zouden functionarissen het volgens hem niet zo nauw nemen met de wet.

In heel Pakistan verdwijnen mensen, maar de meeste gevallen doen zich voor in Punjab (de provincie waar Islamabad en Lahore liggen), de Noordwestelijke Grensprovincie (waar Peshawar ligt) en het dunbevolkte Baloetsjistan. In die laatste provincie gebruikt een een nationalistische beweging de laatste maanden steeds meer geweld.

Volgens de Pakistaanse mensenrechtencommissie zitten sommige arrestanten in gevangenissen in de Punjab en Baloetsjistan. Van de meeste arrestanten is niet bekend waar ze worden vastgehouden.

Ook Nasima Bibi weet niet waar haar zoon is. Vlak voor zijn verdwijning was hij aangesteld als arts in het gezondheidscentrum in het Kechdistrict. Hij zat vorig jaar november met vrienden bij een theestalletje langs de weg, toen hij werd gearresteerd door de militaire inlichtingendienst . Ze zaten daar elke avond en praatten over poëzie en literatuur. Mijn broer schreef korte verhalen. Er was niets ongewoons aan die dag, zegt jongere broer Ghani Sharif. Een derde broer, die rechten studeert in Karachi, heeft dit semester vrij genomen om een protest te organiseren voor de Quetta Press Club.

Pogingen om Sharif op te sporen, mislukten. De plaatselijke politie weigerde een klacht van de familie te registreren, met het argument dat optreden tegen een andere overheidsdienst onmogelijk is. We probeerden vervolgens een klacht in te dienen voor ontvoering door onbekenden, maar toen kregen we te horen dat dit niet mogelijk was omdat we wisten dat hij was meegenomen door de militaire inlichtingendienst, zegt Ghani.

Toen een poging om een zaak aan te spannen bij een gewone rechtbank faalde, vroeg de familie het hooggerechtshof van Baloetsjistan om in te grijpen. Ghani: We hebben nog geen uitsluitsel gehad en deze zaak duurt nu al vier maanden. Toen de vertegenwoordiger van de grenspolitie (een paramilitaire kracht in de tribale regio’s) en de politie door de rechtbank werden opgeroepen, ontkenden ze dat ze iets over mijn broer wisten.

Ontkennen dat je iets weet is onmenselijk en onwettelijk, zegt secretaris-generaal van de Pakistaanse mensenrechtencommissie en ex-senator Syed Iqbal Haider. Een rechtbank hoeft niet noodzakelijk de aanklacht bekend te maken, maar wel waar iemand is. In dit geval ontkennen de betreffende autoriteiten glashard dat ze iets weten.

Dat doet vermoeden dat de beschuldigingen tegen de verdwenen personen ongegrond zijn en dat er geen aanklacht is, zegt hij. Willekeurige arrestaties beschadigen de geloofwaardigheid van de militaire inlichtingendiensten en zijn contraproductief voor de zaak waarvoor de VS zeggen te strijden. Niemand is ervan overtuigd dat de arrestanten iets met terrorisme te maken hebben.

De gepensioneerde rechter Rashid Rizvi vindt de antiterrorismewet uit 1997, die in 2003 werd geamendeerd, onrustbarend. Die wet geeft de autoriteiten toestemming om iemand zonder opgave van reden te arresteren en maximaal een jaar vast te houden.

Haider legt de schuld bij de Verenigde Staten. Volgens hem wordt de Pakistaanse president Pervez Musharraf gedwongen op deze manier te handelen. De VS zetten Pakistan onder zware druk om met name in het grensgebied met Afghanistan terrorismeverdachten op te sporen. Wat de autoriteiten zich niet realiseren, is dat dit barbaarse optreden vredelievende burgers naar strijdbaarheid drijft, zegt hij. (ADR/JS)

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.