Geld kun je niet eten

Volgens de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties FAO bedroeg de totale houtproductie in 2003 ruim 3,3 miljard kubieke meter, waarvan 1,6 miljard kubieke meter hout voor industriële verwerking (ook rondhout genoemd) en 1,7 miljard brandhout.
De industriële rondhoutproductie is de afgelopen veertig jaar sterk toegenomen. In 1960 werd iets meer dan 1 miljard kubieke meter geproduceerd, in 2003 dus 1,6 miljard en volgens de FAO zou dat volume tegen 2010 nog stijgen tot 1,9 miljard. De sterkste groei doet zich voor in de papiersector.

Tropisch hout maakt maar een klein deel uit van de totale houtproductie, maar is voor een aantal landen toch van belang. Opnieuw volgens de FAO vertegenwoordigt de tropische rondhoutproductie ongeveer 15 procent van de wereldwijde industriële rondhoutproductie. In 2003 leverden de 33 producentenlanden binnen de Internationale Organisatie voor Tropisch hout ITTO bijna 136 miljoen kubieke meter industrieel rondhout. De ITTO verenigt producenten- en consumentenlanden van tropisch hout. De 59 leden vertegenwoordigen ongeveer tachtig procent van de tropische bossen en negentig procent van de wereldwijde handel in tropisch hout. De belangrijkste producenten zijn Indonesië, Brazilië en Maleisië.

Volgens de FAO is de uitvoer van tropische houtproducten tussen 1970 en 1994 over het algemeen gestegen, maar de export van stammen is gedaald. Deze daling is onder meer te wijten aan de uitputting van bosgebieden en aan het instellen van beperkingen op de export van stammen, bijvoorbeeld in Indonesië en Kameroen. De export van gezaagd hout en multiplex is wel toegenomen. De grootste exporteur van gezaagd hout is Maleisië, gevolgd door Brazilië, Thailand en Kameroen. De grootste exporteurs van tropisch multiplex zijn Indonesië en opnieuw Maleisië. Samen vertegenwoordigen deze twee landen 88 procent van de uitvoer van multiplex. Brazilië en China volgen op verre afstand. Bij alle cijfers over de uitvoer en invoer van tropisch hardhout moeten we rekening houden met een te lage aangifte door landen als Indonesië, waar massaal stammen uit het land gesmokkeld worden.


Impact van de houtkap op het bosareaal

In tropische regenwouden staan maar betrekkelijk weinig boomsoorten die commercieel interessant zijn. Daarom gebeurt de houtkap in deze regio’s vaak ‘selectief’. Het aantal bomen dat per hectare gekapt word, is onder meer afhankelijk van de samenstelling van het bestand en de commerciële waarde van het aanwezige hout. In Zuidoost-Azië kan de intensiteit van de exploitatie wel oplopen tot twintig bomen of meer per hectare. In het Amazonewoud is dit vaak maar drie tot vijf bomen. In Centraal-Afrika is het soms minder dan één boom per hectare. Kaalkap komt weinig voor en wordt veeleer toegepast wanneer het bos moet wijken voor een andere vorm van grondgebruik. Volgens een rapport van het World Resources Institute uit 1997 wordt veertig procent van de resterende intacte bosgebieden wereldwijd bedreigd en vormt de commerciële houtkap de belangrijkste bedreiging. Toch wordt de impact van de houtkap vaak niet weerspiegeld in het cijfermateriaal over ontbossing. Volgens FAO-statistieken uit 2005 worden wereldwijd elk jaar 13 miljoen hectaren ontbost. Deze cijfers zijn niet alleen gebaseerd op onbetrouwbare gegevens, maar zijn ook misleidend. Door een te brede definitie van het begrip ‘bos’ wordt de aantasting van bossen veroorzaakt door onder meer de houtkap niet meegerekend.

De degradatie van bos kan tegenwoordig beter gedetecteerd worden door het analyseren van satellietbeelden. Een recente studie over het Braziliaanse Amazonewoud onderzocht satellietbeelden van de vijf belangrijkste houtproducerende deelstaten in de periode 1999 - 2002. Uit deze studie bleek dat jaarlijks tussen 1,6 en 2 miljoen hectaren werden ontbost, maar dat daarnaast ook nog eens een oppervlakte van 1,2 à 2 miljoen hectaren werd gedegradeerd door de houtkap. Selectieve houtkap lijkt minder dramatisch dan kaalkap, maar de selectieve houtkap opent gesloten bosgebieden voor andere gebruikers, met complete ontbossing als mogelijk gevolg. Bij het kappen van de gegeerde bomen worden heel wat andere bomen meegesleurd. Bossen waarin houtkap heeft plaatsgevonden, zijn bovendien kwetsbaarder voor bosbranden.


Houtinvoer in Europa en België

Een deel van het hout op de Belgische markt is afkomstig van roofbouw in primaire bossen. Een aanzienlijk deel is bovendien illegaal gekapt. De houtsector is doorgaans niet in staat om aan te tonen dat het hout een legale herkomst heeft, laat staan dat het hout afkomstig is van verantwoord bosbeheer. In 2002 importeerde de EU meer dan zes miljoen kubieke meter tropisch hout. 52 procent daarvan kwam uit Afrika, 26 procent uit Zuid-Amerika en 22 procent uit Azië. Frankrijk, Groot-Brittannië en Italië zijn de grootste importeurs. Frankrijk, Italië en Spanje importeren vooral uit Afrika en Groot-Brittannië voert het meest in uit Azië en Zuid-Amerika. In 2002 kwam 78 procent van de invoer van tropisch hout in Europa uit slechts zes landen: Brazilië, Kameroen, Gabon, Indonesië, Maleisië en Ivoorkust. De belangrijkste producten die in de EU worden geïmporteerd zijn stammen, gezaagd hout, fineerhout en multiplex.

In België wordt het grootste deel van het tropisch hout binnengebracht via de invoerhandel. De afgelopen vijftien jaar stelde de beroepsvereniging Union pour le Commerce des Bois Durs (UCBD) de volgende trends vast:
• In 2004 werd meer dan een miljoen kubieke meter tropisch hout ingevoerd. De afgelopen jaren is de import gestegen. Maar in deze cijfers zit ook een deel naaldhoutmultiplex uit plantages in Brazilië verwerkt. Azië is de belangrijkste leverancier van tropisch hout op onze markt. De belangrijkste producten die worden ingevoerd zijn multiplex en gezaagd hout.
• Rondhout komt vooral uit Afrika. Aanvankelijk was Kameroen marktleider, maar sinds een vijftal jaar heeft Gabon de eerste plaats ingenomen.
• Gezaagd hout komt voornamelijk uit Maleisië, Kameroen en Brazilië. De import van zaaghout uit Maleisië is de afgelopen vijftien jaar meer dan gehalveerd. De import van zaaghout uit Kameroen en Brazilië is daarentegen bijna vertienvoudigd.
• Indonesië blijft een van de belangrijkste leveranciers van tropisch multiplex op onze markt. Maar de import is de laatste vijftien jaar gehalveerd. China is aan een echte opmars bezig en is de tweede belangrijkste leverancier van multiplex. Hoewel een groot deel van het Braziliaanse multiplex afkomstig is uit naaldhoutplantages, blijft Brazilië toch een belangrijke leverancier van tropisch multiplex.


De belangrijkste producentenlanden

Maleisië

Maleisië behoort tot de top van de exportlanden van tropisch hout. Hout is altijd een belangrijke inkomstenbron geweest voor het land. Vooral de houtkap in Sarawak (een van de twee Maleisische deelstaten op het eiland Borneo) is op internationaal niveau al jaren omstreden. Aan het begin van de jaren 1990 onthulde een ITTO-rappot dat de houtkap in Sarawak ver boven een ‘duurzaam’ niveau lag. Een Wereldbankrapport uit 1991 bracht verder aan het licht dat de deelstaten al sinds de jaren 1960 te weinig taksen van de houtkapbedrijven hadden geïnd. Politieke steun werd verkregen via het uitreiken van kapconcessies. Sommige van de grootste houtkapbedrijven in de tropen hebben hun eerste ‘ervaring’ opgedaan in Sarawak. De houtkap vindt nog altijd plaats zonder de instemming van de lokale bevolking. In Sarawak zorgt de houtkap voor ernstige conflicten tussen de overheid en de inheemse volkeren. De NGO Tahabas verklaarde onlangs dat er in Sarawak meer dan honderd klachten lopen over conflicten tussen inheemse volkeren en de industrie over grondrechten.

Het verlies aan natuurlijk bos leidt al een paar jaar tot een daling van de houtproductie. Ondanks pessimistische voorspellingen over de toekomst van het bosareaal in Maleisië, blijft de overheid verkondigen dat de bosbouw in het land op duurzame wijze gebeurt. In het begin van de jaren 1990 kende de houtproductie een piek van ongeveer veertig miljoen kubieke meter, maar aan het eind van de jaren 1990 was de productie teruggevallen tot amper 22 miljoen. De sterk uitgebouwde houtverwerkende industrie zoekt nu naar houtbevoorrading in andere streken. De import van illegaal gekapt hout speelt hierbij een belangrijke rol. Een studie uit 2002 toont aan dat 39 procent van de nationale houtconsumptie niet kan verklaard worden door houtkap in Maleisië of door legale import. De afgelopen jaren hebben rapporten van de Britse organisatie Environmental Investigation Agency (EIA) aangetoond hoe illegaal gekapt hout uit Indonesië in de Maleisische houthandel terechtkomt. Ook al heeft Maleisië in 2002 de invoer van Indonesische stammen verboden, toch wordt er nog altijd veel hout uit Indonesië het land binnengesmokkeld. In welke mate is het Maleisische hout dat op onze markt terechtkomt, wel degelijk van Maleisische oorsprong?

België importeert veel gezaagd hout uit Maleisië. Volgens de statistieken van UCBD importeerde België in 2004 de grootste hoeveelheid gezaagd hout uit Maleisië, namelijk 121.600 kubieke meter RHE of rondhoutequivalent (dat is de hoeveelheid rondhout die nodig is om een bepaalde hoeveelheid van een product te maken, uitgedrukt in kubieke meter zonder schors). Toch is het aandeel gezaagd hout uit Maleisië de afgelopen 15 jaar gestaag gedaald. In 1991 bedroeg het volume nog meer dan het dubbele. Een ander exportproduct is multiplex, maar qua volume is dat toch veel minder belangrijk dan gezaagd hout.

Indonesië

Ook dit land is een koploper in de export van tropisch hout, en de houtkap heeft in Indonesië ook een ware ecologische en sociale catastrofe veroorzaakt. Volgens de Wereldbank heeft de commerciële houtkap in de jaren 1990 een doorslaggevende rol gespeeld in de ontbossing van het land. De multiplexindustrie is lang de dominante houtverwerkende industrie in Indonesië geweest en heeft een belangrijke invloed gehad op de ontwikkeling van het beleid en het bestuur in de bosbouwsector. Er is wel een terugval waarneembaar, onder meer door bevoorradingsproblemen. De laatste jaren neemt het belang van de pulp- en papierindustrie toe.

Tussen 2000 en 2005 schommelde de ontbossing jaarlijks rond twee miljoen hectaren. Hoewel de schattingen over de omvang van de illegale houtkap sterk uiteenlopen, zou ongeveer tachtig procent van de houtkap illegaal zijn! De Wereldbank schat het verlies aan belastinginkomsten door de illegale houtkap voor 1998 op 1,5 miljard dollar. De vernietiging van de regenwouden wordt niet alleen in de hand gewerkt door corruptie en een falend controlesysteem, maar ook door overcapaciteit in de houtverwerkende nijverheid en de internationale vraag naar goedkope houtproducten. In een poging om de overexploitatie van de regenwouden in Indonesië tegen te gaan, heeft de overheid het jaarlijks toegelaten kapvolume voor de houtindustrie in primaire bossen ernstig teruggeschroefd. In 2003 bedroeg dat toegelaten kapvolume nog 6,9 miljoen kubieke meter, in 2004 was het nog 5,7 miljoen. Maar zonder een vergelijkbare vermindering van de vraag naar hout, wordt een groot deel van het gereduceerde kapvolume gecompenseerd met hout uit illegale bronnen.

Indonesië is voor België vooral belangrijk voor tropisch multiplex. Het is de belangrijkste leverancier van multiplex op de Belgische markt, volgens de UCBD-statistieken was het land in 2003 goed voor 115.000 kubieke meter rondhoutequivalent. Het belang van Indonesisch multiplex is de afgelopen jaren wel afgenomen. Brazilië en vooral China zijn belangrijke concurrenten geworden. Naast multiplex importeert België ook gezaagd hout en papier uit Indonesië.
Brazilië
Brazilië is een heel bosrijk land. Ongeveer 65 procent van de totale landoppervlakte bestaat uit bos, waarvan ongeveer twee derde tot het Amazonewoud behoort. Dat woud is het grootste tropische regenwoud ter wereld en strekt zich uit over negen landen (65 procent in Brazilië). Het Amazonewoud vertegenwoordigt ongeveer 53 procent van de nog resterende tropische regenwouden in de wereld.

De Braziliaanse bossen kennen een stijgend economisch belang. In 2002 maakte de papier- en celluloseproductie, plantagehout, houtproductie en niet-houtproducten uit het Amazonewoud vier procent van het Bruto Nationaal Product uit. In 2004 kapte de commerciële houtsector 24,5 miljoen kubieke meter in het Braziliaanse Amazonewoud, een volume dat uiteindelijk 10,4 miljoen kubieke meter verwerkt hout opleverde (multiplex, gezaagd hout en afgewerkte producten). In 1998 werd slecht 14 procent van dat hout geëxporteerd, in 2004 werd na verwerking 36 procent geëxporteerd.

De deelstaat Para is de belangrijkste houtproducent in het Amazonegebied, goed voor 45 procent van de totale rondhoutproductie. In Para is ook de helft van de houtverwerkende bedrijven gevestigd. Mato Grosso is de tweede belangrijkste houtproducerende staat met 33 procent van de totale rondhoutproductie. Eind 2003 publiceerde Greenpeace een rapport over illegale landbezetting en illegale houtkap in Para. De houtexploitanten halen de interessantste boomsoorten weg en laten het land vervolgens over aan veetelers of grootschalige sojakwekers. Omdat er nu langzamerhand een eind komt aan de extractie van hoogwaardige soorten als mahonie, worden andere houtsoorten gecommercialiseerd. In de deelstaat Para heerst wetteloosheid en wordt de illegale landbezetting bestendigd met geweld en moord.

Op basis van cijfers van de overheid blijkt dat in 2004 ruim zestig procent van de houtkap in het Braziliaanse Amazonewoud illegaal was. Dat cijfer is het resultaat van de vergelijking van de hoeveelheden hout waarvoor een kapvergunning was verkregen met het volume hout dat effectief is gekapt. Maar in werkelijkheid lag het illegaal gekapte volume nog hoger dan de cijfers aangeven. Heel wat bosbeheerplannen respecteren namelijk niet altijd de wetgeving en verder misbruiken houtkapbedrijven hun vergunningen om illegaal gekapt hout te legaliseren. De Braziliaanse overheid doet wel pogingen om de illegale houtkap in te dijken. In juni 2005 werd in Mato Grosso een bende opgerold die sinds veertien jaar vergunningen vervalste en ongeveer 1,9 miljoen kubieke meter illegaal hout had gekapt.

Van alle Latijns-Amerikaanse landen is Brazilië de belangrijkste leverancier van tropisch hout voor de Belgische markt. Onder meer gezaagd hout is een belangrijk product en de import ervan is de afgelopen jaren voordurend gestegen. In 2004 ging het volgens de statistieken van de UCBD om een volume van 100.600 kubieke meter rondhoutequivalent. Ook is Brazilië een belangrijke leverancier van multiplex.

Kameroen

De houtproductie is een belangrijke sector in Kameroen en was in 1999 goed voor 27 procent van de exportinkomsten. Van de 22 miljoen hectaren bos (ongeveer de helft van het grondgebied) zijn 17 miljoen hectaren aangeduid als productiebos. Sinds 1999 geldt in het land een beperking op de export van stammen en verloor Kameroen zijn marktleiderspositie in de regio aan Gabon. Maar voor de export van gezaagd hout is Kameroen de leider in West- en Centraal-Afrika. In 2002 was Kameroen goed voor 45 procent van alle export van gezaagd hout uit de regio (voor een volume van ongeveer 700.000 kubieke meter). Gezaagd hout uit de regio gaat vooral richting Europa.

Onder druk van de Wereldbank werd de Kameroense boswetgeving in 1994 grondig hervormd. In theorie bevat deze nieuwe wetgeving vooruitstrevende elementen, zoals een hervorming van de belastinginkomsten uit de bosbouwsector, openbare aanbestedingen van kapvergunningen en een aanmoediging van duurzaam bosbeheer, onder meer door verplichte bosbeheerplanning. Hoe goed de boswetgeving op papier ook lijkt, op het terrein blijken de uitvoering en de controle minder voorbeeldig te verlopen. De corruptie blijft welig tieren in de sector. Er wordt massaal gefraudeerd met inkomsten uit de bosbouwsector, houtkapconcessies worden nog te vaak toegekend aan bedrijven die duidelijk betrokken zijn bij de illegale houtkap en er is de voorbije tien jaar in Kameroen op grote schaal illegaal gekapt. Het gaat dan over houtkap zonder vergunning, houtkap buiten de grenzen van de kapvergunningen, enzovoort. Een studie uit 2002 in opdracht van het Britse Departement voor Ontwikkelingssamenwerking (DFID) schatte dat Kameroen in een periode van vijf jaar 75 miljoen euro aan inkomsten had verloren door de illegale houtkap. In diezelfde periode werd de waarde van het gestolen hout op 400 à 600 miljoen euro geschat. De laatste jaren is er in Kameroen wel een groeiende bewustwording van de nadelen van de illegale houtkap. Zo heeft de internationale gemeenschap een onafhankelijk monitoringorgaan ingesteld dat erop toeziet hoe de Kameroense autoriteiten de houtkap controleren en hoe inbreuken op de boswetgeving worden bestraft. Maar na tien jaar boshervorming is er op het terrein nog te weinig veranderd. Door meer kapconcessies toe te kennen, kunnen bedrijven meer legale bronnen aanspreken, wat evenwel nog geen garantie biedt voor een duurzaam bosbeheer. Daarnaast blijft de illegale houtkap nog altijd een probleem vormen. In een recente studie in opdracht van de Wereldbank bleek dat vijftig procent van de geregistreerde houtkapbedrijven niet over geldige kapvergunningen beschikte. Waar halen deze bedrijven dan hun hout?

Voor België is Kameroen de belangrijkste leverancier van tropisch hout in West- en Centraal-Afrika. Het belangrijkste product is gezaagd hout. Volgens de UCBD-statistieken bedroeg de hoeveelheid gezaagd hout uit Kameroen in 2004 bijna 93.000 kubieke meter.


Een nieuwe en belangrijke speler op de houtmarkt: China

China is de tweede grootste importeur van houtproducten ter wereld. De invoer van houtproducten in China is de afgelopen tien jaar met 450 procent toegenomen. In 2003 importeerde China ongeveer 42 miljoen kubieke meter houtproducten en 52 miljoen pulp en papier. De belangrijkste herkomstlanden waren Rusland, Indonesië en Maleisië, maar China bevoorraadt zich ook in Gabon, Birma en Papoea-Nieuw-Guinea. De helft van alle tropische hardhoutstammen die vandaag verhandeld worden, gaat richting China. De stijgende Chinese houtvraag heeft zonder meer een nefaste invloed op het bosareaal in sommige landen in Azië en Afrika. Uit talrijke rapporten valt af te leiden dat China een van de belangrijkste bestemmingen is voor hout uit roofbouw of zelfs voor illegaal gekapt hout. Een recente campagne van Greenpeace toonde aan hoe het grootste deel van de stammen uit Papoea-Nieuw-Guinea richting China gaat. De houtkap gebeurt in Papoea-Nieuw-Guinea hoofdzakelijk door Maleisische bedrijven en is doorgaans illegaal. In China wordt het hout verwerkt tot onder meer multiplex, waarna dit product ook geëxporteerd wordt naar Europa en België. Volgens schattingen van Forest Trends zullen de natuurlijke bossen in Papoea-Nieuw-Guinea binnen dertien tot zestien jaar uitgeput zijn als het huidige kaptempo aanhoudt.

China is nu ook ‘s werelds grootste houtverwerkende natie en speelt sterk in op de groeiende vraag in de wereld naar meubelen, multiplex en vloeren. Tussen 1993 en 2003 vervijfvoudigde de export van hout en aanverwante producten. Belangrijke exportmarkten zijn de Verenigde Staten, Japan, Hongkong en Europa. Naast een stijgend verbruik voor de interne markt is de internationale vraag naar (goedkope) Chinese houtproducten een belangrijke motor voor de enorme groei van import en verwerking van hout in het land.


Certificering van verantwoord bosbeheer en strijd tegen illegale houtkap en handel

Om tegemoet te komen aan de milieubekommernissen van de consument werden aan het begin van de jaren 1990 initiatieven genomen om via certificering een verantwoord bosbeheer te stimuleren. De consument zou het hout uit verantwoord beheerde bossen kunnen herkennen aan een label. In 1993 werd Forest Stewardship Council (FSC) opgericht door vakbonden, organisaties van inheemse volkeren, milieuverenigingen, houtbedrijven en boseigenaren. Als tegenreactie ging de houtindustrie ook van start met eigen certificeringsystemen, met het resultaat dat er zeer controversiële labels op de markt verschenen.

De illegale houtkap is geen nieuw fenomeen, maar de stijgende internationale vraag naar houtproducten heeft de problematiek in heel wat regio’s mee in de hand gewerkt. Het fenomeen blijft niet alleen beperkt tot landen in de tropen, maar is ook een ernstig probleem in Rusland of de Baltische staten Er is geen internationaal erkende definitie van illegale houtkap, maar algemeen gaat het om hout dat wordt geëxploiteerd, getransporteerd, verkocht of gekocht op een manier waarbij de wetgeving wordt overtreden. De problematiek staat sinds een paar jaar prominenter op de politieke agenda. In 1998 was illegale houtkap een van de actiethema’s in het Forestry Action Plan van de G8. Uit dit actieplan volgde een aantal politieke processen rond illegale houtkap in Oost-Azië, Afrika en Noord-Azië. In 2003 werd ook in Europa een actieplan gelanceerd met voorstellen om de illegale houtkap en de daarmee verbonden handel aan te pakken. Enkele Europese lidstaten zijn geen voorstander van nieuwe wetgevende maatregelen en blokkeren de discussie over nieuwe wetten die de import van illegaal gekapt hout in Europa moeten tegenhouden. Zij houden de eigen houtverwerkende industrie of houtexploitanten in het buitenland een hand boven het hoofd. De lidstaten hebben wel veel aandacht besteed aan de uitwerking van vrijwillige partnerschapsovereenkomsten met producentenlanden, gekoppeld aan een traceringsysteem voor de productie van legaal hout. Aangezien tot nu toe slechts een handvol producentenlanden over een dergelijk akkoord onderhandelt, ziet het er niet naar uit dat er op korte termijn een sterke terugval mag verwacht worden van de import van illegaal gekapt hout in Europa.

Ook in België zijn op politiek vlak enkele stappen gezet. Naast een vermelding in het federale regeerakkoord wijdde ook het Federaal Plan Duurzame Ontwikkeling (2004 – 2008) een volledig hoofdstuk aan de illegale houtkap. Politiek heeft België de afgelopen twee jaar op Europees niveau enkele belangrijke signalen gegeven, onder meer over de noodzaak van een nieuwe wetgeving.

Een nog veel belangrijkere speler is de houtsector zelf. Die sector heeft zich vorig jaar via het Europees Timber Trade Action Plan geëngageerd om tegen 2010 de houtstromen uit Indonesië, Maleisië, Kameroen en Gabon aantoonbaar legaal te maken. Tegen 2010 zullen onder meer de laaglandregenwouden in Kalimantan verdwenen zijn. Verder is legaal hout vaak verre van duurzaam geëxploiteerd hout. Er is heel veel informatie beschikbaar over illegale praktijken van bedrijven in producentenlanden, maar die gegevens worden vaak door de sector in twijfel getrokken en er wordt gesuggereerd dat enkel maatregelen in de producentenlanden de problematiek kunnen verhelpen. Ondertussen gaan Belgische houtimporteurs ongestoord door met het invoeren van illegaal gekapt hout. Er moeten dus ernstige vraagtekens worden geplaatst bij de wil en de capaciteit van de sector om tot oplossingen te komen.


Tot slot

De wereldwijde houtconsumptie blijft toenemen. Nieuwe technologieën in de houtverwerkende industrie leiden ertoe dat er minder rondhout nodig is. Ook plantages kunnen een deel van de toenemende vraag opvangen. Maar of deze maatregelen voldoende zijn om snel de verdere vernietiging van onze tropische regenwouden te keren, is een vraag die meer en meer retorisch dreigt te worden. De internationale onderzoeksinstellingen zijn zich ervan bewust dat het steeds moeilijker wordt om een evenwicht te vinden tussen een stijgende vraag naar houtproducten en een ecologisch en sociaal verantwoord bosbeheer. Wanneer zal het tot de consument doordringen dat het gebruik van tropisch hout, denken we maar aan het eenmalige gebruik van Indonesisch multiplex, niet te verantwoorden is?

De houtsector blijft intussen hout importeren dat afkomstig is van illegale en destructieve houtkap en verschuilt zich achter een beperkte hoeveelheid hout met een steeds groter aantal controversiële labels. De sector speelt handig in op de politieke agenda, maar heeft tot op heden zijn handelen niet drastisch veranderd. Pas als de laatste boom zal gekapt zijn, zullen de houthandelaren beseffen dat je geld niet kunt eten.

Literatuur

FOOD and AGRICULTURE ORGANISATION – FAO, The State of the World’s forests, 1999, 2001 en 2005

FOCHIVE, E., Etude comparative de la situation des entreprises forestières en 1998 et 2004, april 2005

GAUTAM , M., LELE , U., KARTODIHARDJO, H., KHAN, A., ERWINSYAH S., en RANA, S., Indonesia . The Challenges of World Bank involvement in Forests, Evaluation Country Case Study Series, The World Bank, 2005

ITTO, Annual review and assessment of the world timber situation, 2004

JOMO, K., CHANG, Y., KHOO, K., Deforesting Malaysia. The political economy and Social ecology of Agricultural expansion and Commercial logging, Zed Books, 2004

LENTINI, M., VERISSIMO, A., PEREIRA, D., The expansion of logging in the Brazilian Amazon. Imazon, State of the Amazon, 2, 2005

WHITE, A., SUN, X., CANBY, KU, J., ARR, C., KATSIGRIS, E., BULL, €€G., COSSALTER, C., NILSON, S., China and the global market for forest products. Transforming Trade to Benefit Forests and Livelihoods, Forest Trends, 2006

WORLD BANK/ WWF ALLIANCE, Forest Law Assessment in Selected African Countries, 2002

Veerle Dossche is expert illegale houtkap voor Greenpeace.
veerle.dossche@be.greenpeace.org

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.