Grootschalige irrigatie houdt moesson tegen
Grootschalige irrigatie en industriële landbouw spelen een rol in het vertragen van de opmars van moessonregens naar het noorden van India. Dat blijkt uit onderzoek van satellietgegevens door de Amerikaanse Purdue Universiteit en de Indiase Organisatie voor Ruimteonderzoek.
Joren Gettemans . 21 april 2010
De studie, die verscheen in het wetenschappelijke tijdschrift Water Resources Research, onderzocht Indiase meteorologische data van de afgelopen vijftig jaar en vergeleek die met het veranderende landgebruik in de dezelfde periode op basis van satellietbeelden.
Hoewel de gemiddelde neerslag in de heel India stabiel bleef, bleek uit de data dat de neerslag in het noordwesten van het land met 35 tot 40 procent gedaald was. Vooral de staten Punjab, Haryana en Uttar Pradesh werden getroffen, precies die staten die het meeste voordeel haalden uit de Indiase Groene Revolutie in de jaren zestig.
Uit verder onderzoek van satellietbeelden van de Amerikaanse National Oceanic and Atmospheric Administration bleek dat de vochtigheidsgraad van de grond de oorzaak kan zijn. Tussen 1988 en 2002 steeg die vochtigheidsgraad met 300 procent in de periode voor de moesson.
“Om de moesson te doen opschuiven, heb je een warm, droog aardoppervlak nodig”, zegt Dev Niyogi, professor Regionale Klimatologie aan de Perdue Universiteit. “Door de irrigatie krijg je een nat, groen oppervlak, waardoor de moesson niet ver genoeg kan vorderen. Meer irrigatie betekent dus minder neerslag, waardoor je meer moet irrigeren, en zo krijg je een vicieuze cirikel.”
Hoewel de gemiddelde neerslag in de heel India stabiel bleef, bleek uit de data dat de neerslag in het noordwesten van het land met 35 tot 40 procent gedaald was. Vooral de staten Punjab, Haryana en Uttar Pradesh werden getroffen, precies die staten die het meeste voordeel haalden uit de Indiase Groene Revolutie in de jaren zestig.
Vochtige grond
Uit verder onderzoek van satellietbeelden van de Amerikaanse National Oceanic and Atmospheric Administration bleek dat de vochtigheidsgraad van de grond de oorzaak kan zijn. Tussen 1988 en 2002 steeg die vochtigheidsgraad met 300 procent in de periode voor de moesson.
“Om de moesson te doen opschuiven, heb je een warm, droog aardoppervlak nodig”, zegt Dev Niyogi, professor Regionale Klimatologie aan de Perdue Universiteit. “Door de irrigatie krijg je een nat, groen oppervlak, waardoor de moesson niet ver genoeg kan vorderen. Meer irrigatie betekent dus minder neerslag, waardoor je meer moet irrigeren, en zo krijg je een vicieuze cirikel.”
Maak MO* mee mogelijk.
Word proMO* net als 2790 andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.
Meer verhalen
-
Wereldblog
-
Nieuws
-
Interview
-
Commentaar
-
Nieuws
-
Analyse