Helft van de vis in de winkel is gekweekt
De helft van alle vis die wereldwijd geconsumeerd wordt, is afkomstig van een kwekerij. Toch is dat geen goed nieuws voor het milieu: omdat de vis gevoed wordt met in het wild gevangen vis, is de ecologische impact dramatisch.
Joren Gettemans . 10 september 2009
Het volume vis uit aquacultuur verdriedubbelde bijna tussen 1995 en 2007. Dat is voor een deel het gevolg van de stijgende vraag naar omega-3-vetzuren, die goed zijn tegen hart- en vaatziekten. “Aquacultuur zal in 2009 de helft van de vis en zeedieren voor menselijke consumptie uitmaken”, schrijven de wetenschappers van de Universiteit van Stanford in de Proceedings of the National Academy of Sciences.
“De snelle expansie wordt gevoed door de enorme vraag”, zegt hoofdauteur Rosamond Naylor, professor aan de Universiteit van Stanford. “Onze honger naar omega-3-vetzuren blijft een enorme druk op het ecosysteem, tenzij we op korte termijn rendabele alternatieven kunnen ontwikkelen.”
Om de dieren snel te doen groeien en de smaak te optimaliseren, gebruiken de viskwekerijen tonnen visvoer en visolie die afkomstig is van minder waardevolle soorten die in het wild gevangen worden, zoals sardienen en ansjovis. “Om één kilo zalm te kweken is er bijvoorbeeld vijf kilo aan wilde vis nodig”, zegt Naylor.
Vegetarische vissen zoals Tilapia kunnen gevoed worden met planten en zijn in principe dus een pak beter voor het milieu. Maar begin jaren negentig begonnen viskwekerijen ook aan die vissen visvoer te geven om hun opbrengst te verhogen.
De enorme honger naar wilde vis is niet het enige milieuprobleem van viskwekerijen. Uit een rapport van het Amerikaanse Government Accountability Office in mei 2008 blijkt dat door de kwekerijen grote hoeveelheden geconcentreerd visvoer, afval, chemicaliën en antibiotica in de oceanen terechtkomen. Bovendien brengen ontsnapte vissen het lokale ecosysteem in gevaar en verspreiden ze ziektes en parasieten.
De onderzoekers breken een lans voor alternatieven, zoals gesloten viskwekerijen op het land, die gebruik maken van een circulair systeem dat gebruikt water zuivert. Op die manier kan er geen vis ontsnappen, is er geen vervuiling met afval, antibiotica of chemicaliën en geen kans op besmetting.
Wilde vis
“De snelle expansie wordt gevoed door de enorme vraag”, zegt hoofdauteur Rosamond Naylor, professor aan de Universiteit van Stanford. “Onze honger naar omega-3-vetzuren blijft een enorme druk op het ecosysteem, tenzij we op korte termijn rendabele alternatieven kunnen ontwikkelen.”
Om de dieren snel te doen groeien en de smaak te optimaliseren, gebruiken de viskwekerijen tonnen visvoer en visolie die afkomstig is van minder waardevolle soorten die in het wild gevangen worden, zoals sardienen en ansjovis. “Om één kilo zalm te kweken is er bijvoorbeeld vijf kilo aan wilde vis nodig”, zegt Naylor.
Vegetarische vissen zoals Tilapia kunnen gevoed worden met planten en zijn in principe dus een pak beter voor het milieu. Maar begin jaren negentig begonnen viskwekerijen ook aan die vissen visvoer te geven om hun opbrengst te verhogen.
Milieuproblemen
De enorme honger naar wilde vis is niet het enige milieuprobleem van viskwekerijen. Uit een rapport van het Amerikaanse Government Accountability Office in mei 2008 blijkt dat door de kwekerijen grote hoeveelheden geconcentreerd visvoer, afval, chemicaliën en antibiotica in de oceanen terechtkomen. Bovendien brengen ontsnapte vissen het lokale ecosysteem in gevaar en verspreiden ze ziektes en parasieten.
De onderzoekers breken een lans voor alternatieven, zoals gesloten viskwekerijen op het land, die gebruik maken van een circulair systeem dat gebruikt water zuivert. Op die manier kan er geen vis ontsnappen, is er geen vervuiling met afval, antibiotica of chemicaliën en geen kans op besmetting.
Maak MO* mee mogelijk.
Word proMO* net als 2790 andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.
Meer verhalen
-
Nieuws
-
Nieuws
-
Wereldblog
-
Nieuws
-
Interview
-
Commentaar