“Inzicht scheppen in een tsunami aan feiten”

Veto interviewt Gie Goris

Media hebben een enorme verantwoordelijkheid in tijden van mondialisering, maar ze maken die niet altijd waar. Het Leuvense studentenblad Veto sprak zowel over de rol van de media als over de mondialisering zelf met MO*hoofdredacteur Gie Goris. ‘Het Westen zal ruimte moeten maken voor de opkomende machten en de geschiedenis leert ons dat een dergelijke transitie nooit rimpelloos verloopt.’

Mondialisering is een containerbegrip dat met zowat alle aspecten van ons dagelijkse leven geassocieerd kan worden. Dit hemelsbreed fenomeen probeert MO* begrijpbaar te maken voor het Vlaamse lezerspubliek.

Veto: Wat onderscheidt MO* van andere buitenlandberichtgeving in ons medialandschap?

Gie Goris: “Het voorbije decennium is er in de media erg onverstandig omgesprongen met de redacties. Men heeft journalisten behandeld als vervangbare instrumenten, in de veronderstelling dat je dagelijks nieuws kan laten coveren door stagiaires of mensen zonder achtergrond. Dit wordt door sommigen zelfs geïnterpreteerd als een voordeel: de journalist stelt de vragen die de onwetende lezer zich ook afvraagt.”

“Voor mij is dat allemaal bullshit. Uiteraard moet je als journalist voeling hebben met je lezerspubliek, maar je moet ook een meerwaarde aanbieden. Dat kunnen enkel mensen doen die kennis hebben opgebouwd. Daarom hebben wij bij MO* van in het begin geïnvesteerd in een goede redactie. Bijvoorbeeld hebben redacteurs elk een zekere specialisatie, meestal per werelddeel. Dat levert op lange termijn een journalistieke voorsprong op.”

Veto: Doet de nieuwe generatie journalisten hun job nog wel naar behoren?

Goris: “Het probleem ligt niet bij de journalisten maar bij het bedrijf en de sector. Deze is als een gewone bedrijfssector gaan functioneren, waarbij men de winst op korte termijn voorop stelt tegenover een opbouw op lange termijn. Ik geloof nog steeds in de toekomst van de media, zelfs de gedrukte, op voorwaarde dat ze iets brengen waar de mensen een meerwaarde in zien. Dit kan door in de tsunami van feiten en nieuws ankerpunten te creëren en inzichten te geven. En nogmaals: dat kan enkel door te bouwen aan een sterke redactie en aan werkingsmiddelen.”

“Wij hebben met MO* bijvoorbeeld van in het begin gezegd dat een mondiaal blad niet kwalitatief gemaakt kan worden zonder een redelijk reisbudget. Aan dit soort journalistiek doe je niet vanachter je computer: je moet op terrein kunnen ervaren hoe armoede ruikt of ervaren hoe groot de afstand is van 300 kilometer in Oost-Congo.”

“Je ziet hoe langer hoe meer op grote redacties dat reizen afhankelijk worden gemaakt van uitnodigingen van bedrijven, ministers of ngo’s. Wij zeggen op zo’n uitnodigingen ook niet doctrinair ‘neen’ maar we houden wel de middelen om te kunnen inspelen op wat echt nodig is. Zo kunnen we een afweging maken op basis van nieuwswaarde en actualiteit en niet op basis van een toevallige uitnodiging. Het buitenlands nieuws wordt al te veel bepaald door secundaire agenda’s en niet door het nieuws zelf.”

Veto: Heeft u als klein blad het gevoel dat u moet opboksen tegen de grote spelers in de buitenlandberichtgeving?

Goris: “Wij positioneren ons zeker niet als concurrenten van pakweg BBC of Al-Jazeera. We zijn een Nederlandstalig blad en richten ons op de Nederlandstalige lezer in België. Dat is een beperking, want het is een erg kleine lezersmarkt. Bovendien hebben wij niet dezelfde middelen als De Standaard of Knack.”

“Volgens de laatste CIM-cijfers hebben we 220.000 lezers per nummer. Dat is voor een markt als Vlaanderen gigantisch veel. Zeker als je in rekening brengt dat we ingaan tegen zowat elk advies van de marketing: we brengen buitenlands nieuws, schrijven lange analyses en concentreren ons op de complexiteit van dossiers.”

“We hebben dus een duidelijk profiel gekozen. Binnen die berichtgeving is er enorm veel nood aan langetermijnsdenken en de opbouw van inzicht. Dat is niet iets wat verwezenlijkt wordt met één straffe reportage, maar door die reportage te brengen in een bedding waarbij nieuws niet als entertainment maar als een soort democratische grondstof wordt benaderd. Daarbij moet die kwaliteit ook constant gehandhaafd worden. Redactionele autonomie tegenover de eigenaars –bij ons zijn dat acht ngo’s– is dan een noodzakelijke voorwaarde.”

Veto: Dus MO* wil de mondialisering begrijpbaar maken voor het Vlaamse publiek. Wat houdt die term precies in?

Uiteraard moet je als journalist voeling hebben met je lezerspubliek, maar je moet ook een meerwaarde aanbieden. Dat kunnen enkel mensen doen die kennis hebben opgebouwd.
Goris: “De economische mondialisering is het hele proces dat vanaf de jaren ‘70 op gang gezet is. Maar het hele proces is natuurlijk al meer dan 500 jaar bezig, van de ontdekkingsreizigers tot het postkoloniale tijdperk. Vanaf de jaren ‘70 is er een puur neoliberaal model ingetreden, wat dan vanuit de Westerse wereld is doorgevoerd in de rest van de wereld. Daardoor is er een soort uniformisering gekomen, gebaseerd op exporteconomie, privatisering, minimale overheden. Dat zijn we vanaf de tweede helft van de jaren ‘80 dan mondialisering of globalisering gaan noemen. Het is een complex proces met politieke, culturele en sociale consequenties. De vraag is nu of en hoe we het kunnen doorgronden. Wie iets wil begrijpen van de wereld, moet dit tegen het complexe canvas van mondialisering kunnen plaatsen.”

Veto: Het Europese welvaartssysteem staat hierin onder druk. Is dit model op lange termijn houdbaar?

Goris: “Dat hangt af van politieke machtsevenwichten. Op het moment dat het goed gaat, is het gemakkelijk om machthebbers te overtuigen om de taart te delen. Tijdens een crisis houdt de gegoede klasse dat verhaal echter tegen. De laatste tijd is er steeds meer delegitimatie. Men ziet nu een herhaling van de neoliberale jaren ‘80, toen de ongelijkheid begon toe te nemen. Neem nu de huidige besparingen van de Britse regering: die zullen aan de laagste sociale groep een inlevering van 6% van zijn levensstandaard vragen, maar aan de hoogste sociale groep slechts 1,5%. Ondertussen raakt men niet aan de oorzaak van het debacle en blijven de banken bijvoorbeeld bonussen uitkeren.”

“Dit veranderen is een kwestie van maatschappelijke keuzes en van het organiseren van macht. Democratie is hierin een noodzaak om op een langdurige manier aan een rechtvaardige maatschappij te bouwen. Amartya Sen stelt: als je geen democratische controle hebt op een politieke beleid, is dat beleid ook te weinig responsief ten opzichte van maatschappelijke groepen. Maar democratische structuren zijn zeker niet voldoende. Er zijn democratieën die absoluut geen rechtvaardigheid realiseren, zoals de Verenigde Staten.”

Veto: Ziet u een conflict naderen tussen de opkomende groeilanden en de westerse landen?

Goris: “Er komen uiteraard conflicten, over politieke macht en over toegang tot grondstoffen bijvoorbeeld. Het Westen zal ruimte moeten maken voor de opkomende machten en de geschiedenis leert ons dat een dergelijke transitie nooit rimpelloos verloopt. Dat moet niet eindigen in een wereldbrand, maar aan de andere kant zijn gewapende confrontaties jammer genoeg eerder de regel dan de uitzondering.”

“Dit was ook zo in de zogenaamde ‘naoorlogse periode’, die eigenlijk alleen voor Europa naoorlogs is. Geopolitieke tegenstellingen worden sinds de tweede helft van de 20ste eeuw vaak in gelokaliseerde oorlogen uitgevochten. Cambodja was daar in de jaren tachtig een voorbeeld van, Afghanistan vandaag.”

Veto: U bent naast hoofdredacteur van MO* ook voorzitter van Africalia. Wat hebben journalistiek en kunst gemeen?

Goris: “Het zijn allebei manieren om een maatschappelijk discours of ideologie open te breken en te confronteren met zichzelf. Zowel kunstenaars als journalisten moeten zich niet afvragen wat mensen vinden van wat zij schrijven of creëren: feiten zijn feiten. Journalisten moeten de werkelijkheid proberen weer te geven op een toegankelijke manier, ongeacht wat lezers of belangengroepen met de informatie doen. De lezer kan zelf interpreteren op voorwaarde dat hij de feiten en de context meekrijgt.”

“Die context speelt zich steeds meer af op het mondiale niveau. Als we ons permitteren om consumptiegoederen uit andere werelddelen te gebruiken, zijn we verbonden met die realiteit en zijn we verplicht na te denken over hoe een rechtvaardige productie daarvan mogelijk is in de rest van de wereld. Ik vind het jammer dat we er tijdens de economische crisis niet in geslaagd zijn om legitimiteit te geven aan een ander verhaal, waar duurzaamheid en herverdeling centraal staan.”

 

© 2010 – Veto

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2781   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2781  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.