Jonge Oostendenaars portretteren Gambia

In de zomer van 2007 trokken de twintigers Ellen Goegebuer, Lisa Van Damme en Annemie Goegebuer naar Banjul, de hoofdstad van Gambia. Ze fotografeerden en interviewden de lokale bevolking. Onder de naam ‘Ma Natal La, Can I take a picture?’ stellen ze tot 12 mei hun werk voor in de Venetiaanse Gaanderijen in Oostende. MO* sprak met hen.
  • Ellen Goegebuer Ellen Goegebuer, Lisa Van Damme en Annemie Goegebuer trokken in 2007 naar Banjul, de hoofdstad van Gambia. Ellen Goegebuer
In 2003 besloten de stad Oostende en Banjul een stedenband aan te gaan. Dit kadert in het beleid van de Vlaamse Ontwikkelingssamenwerking. Oostende ondersteunt Banjul bij de modernisering van de stadsadministratie en het milieubeleid. Oostende organiseerde de voorbije jaren meerdere projecten in Banjul. Leerlingen van de Gambiaanse hoofdstad kwamen vervolgens op uitwisseling in de Vlaamse zusterstad. Oostende telt een kleine 70.000 inwoners, Banjul 50.000 en is daarmee de kleinste hoofdstad van Afrika.
Lisa en Ellen, studenten fotografie, gingen met de steun van hun leerkracht naar Banjul om het dagelijkse leven in beeld te brengen. Annemie hield een dagboek bij, gebaseerd op interviews met de lokale bevolking, en verwerkte het tot teksten bij de foto’s. In de reportage verwerkten de jongeren ook foto’s van Oostende waarmee ze een visuele band creëren tussen de zustersteden.
-Wat betekent ‘Ma Natal La’?
Annemie: ‘Ma Natal La wil in het Wolof, een taal die veel in Banjul wordt gesproken, zeggen ‘mag ik een foto nemen’. We vonden de naamkeuze wel gepast omdat we hiermee direct duidelijk maken dat het om een beeldreportage gaat over het dagelijkse leven van de inwoners van Banjul.’
-Wie hebben jullie allemaal gefotografeerd en geïnterviewd?
Annemie: ‘Visrokers en ziekenhuispersoneel maar ook bakkers, een bankdirecteur… De hoofdverpleger van een lokaal ziekenhuis was heel positief over zijn ervaringen, ook al wordt het land geteisterd door een malariaplaag.’
Lisa:’Inderdaad, ik vond het wel opmerkelijk dat er zich tussen de patiënten in het ziekenhuis een heel sociaal leven afspeelde. Tussen de kamers waren grasveldjes en daar werd op gekookt door familieleden.’
-Banjul is een kleine stad, merkte je dat aan de sfeer?
Annemie: ‘Zeker, iedereen kent elkaar en de mensen zijn er zeer gastvrij. Er hing een gemoedelijke sfeer. Banjul is geen toeristische stad, maar wel een multiculturele stad omdat vluchtelingen van omliggende landen naar Banjul trekken. De mensen zijn zeer tolerant tegenover elkaar.’
Lisa: ‘Een beetje anders dan bij ons waar katholieken en moslims het soms moeilijk met elkaar kunnen vinden. Negentig procent van de inwoners van Banjul zijn moslim, een zeer beperkte groep is katholiek. Opmerkelijk is dat ze met elkaar mogen trouwen. Een groot verschil met andere Afrikaanse steden is dat iedereen in Banjul onderdak heeft.’
Ellen: ‘Als ik de sfeer met een woord moet beschrijven, zou ik ook ‘gastvrij’ zeggen. De Gambianen hebben wel een ander levensritme dan ons. Zij zijn veel relaxter, ook in het regelen van afspraken. Dit bemoeilijkte ons werk soms wel.’
-Vaak wordt gesproken over onveiligheid in Afrikaanse steden, was dat ook een probleem in Gambia?
Lisa: ‘Eigenlijk niet. We liepen rond met duur opnamemateriaal en dat is nooit gestolen. Onze paspoorten zijn wel gestolen, maar nadat we met de dief onderhandeld hadden, hebben we die teruggekregen omdat er veel sociale controle is.’
-Wat is de meest aangrijpende ervaring die jullie er hebben meegemaakt?
Lisa: ‘Ongetwijfeld de geboorte en het naamgevingproces van baby Aisha. We kwamen de moeder van Aisha tegen toen ze hoogzwanger was en tijdens ons verblijf is ze bevallen.’
Annemie: ‘We werden uitgenodigd op het naamgevingfeest. In Gambia krijgen kinderen pas acht dagen na hun geboorte een naam.’
Lisa: ‘Tijdens de ceremonie wordt een dier geslacht, een kip of schaap. De financiële status van de familie bepaalt de grootte van het dier.’
Ellen: ‘We waren om drie uur onderweg met de taxi en plots stopt iedereen in het midden van de straat om te bidden. Alle voertuigen stopten abrupt en de Gambianen rolden hun matje uit om te bidden. Wel spectaculair om te zien.’
-Had je in het begin moeilijkheden om je aan te passen?
Annemie: ‘Gambianen zijn heel sociale en familiale mensen. In het midden van de straat klampten ze zich aan mij vast en vroegen me ten huwelijk. Soms had ik wel nood aan privacy.’
Lisa: ‘Ik had het in het begin moeilijk om de Gambianen te fotograferen. Door hun donkere huidskleur, gecombineerd met bijvoorbeeld een wit T-shirt kreeg ik in het begin niet het gewenste resultaat.’
-Was het een leerrijke ervaring?
Ellen: ‘Absoluut, het is een echte levenservaring. Ik heb er ook mijn fotografische technieken kunnen verbeteren. Zeer leerrijk.’
Lisa: ‘Daar sluit ik me volledig bij aan. Wat onze fotoreportage zo uniek maakt, is dat we het Afrikaans land op een positieve manier in beeld brengen. Ik heb het gevoel dat veel soortgelijke reportages enkel Afrikaans drama tonen.’

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2781   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2781  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.