Keniaanse leerkrachten "beschamend" slecht in wiskunde

Zes op tien voor wiskunde. Dat is het gemiddelde resultaat van de tests die leerkrachten van het lager onderwijs in Kenia dit jaar voorgelegd kregen. Leerlingen die dezelfde test aflegden, hadden gemiddeld 47 procent van de vragen juist.
Een van de geteste leerkrachten, een man die al vijf jaar voor de klas stond, haalde maar 17 procent. “Dat is beschamend”, zegt Moses Oketch, de projectleider van het Afrikaans Onderzoekscentrum voor Bevolking en Gezondheid (APHRC), die het onderzoek coördineerde. “We verwachtten dat de leerkrachten meer dan 90 procent zouden halen.”

Hakken over de sloot

Volgens de onderzoekers van het APHRC is daarmee meteen de belangrijkste oorzaak aangegeven van de slechte prestaties van Keniaanse scholieren bij wiskunde. Het gemiddelde resultaat voor de leerlingen van het achtste jaar van het lager onderwijs is een D+, slechts iets beter dan met de hakken over de sloot.
Veel Keniaanse leerkrachten staan duizend angsten uit als de inspectie op bezoek komt. Zo ook Nemwel Mokua, die het achtste jaar van de school Le Pic in Nairobi onder zijn hoede heeft. Hij moet zes vakken geven, waaronder exacte vakken. In 2008 haalde zijn klas gemiddeld ook maar een D+ voor wiskunde. “De voorbije twee jaar zijn mijn leerlingen verbeterd in exacte vakken, maar het Keniaanse onderwijssysteem vergt te veel van de leerkrachten. Ik heb niet genoeg tijd om me te verdiepen in de technische vakken.” Maar het Keniaanse ministerie van Onderwijs blijft er voorlopig bij dat leerkrachten in de lagere school minstens zes vakken moeten geven.
De onderwijsvakbonden verwijten de overheid dat ze niet genoeg leerkrachten klaarstoomt die gespecialiseerd zijn in exacte vakken. Dat is vooral een probleem sinds het lager onderwijs in 2003 gratis werd. Prompt kregen de basisscholen er 1,3 miljoen nieuwe scholieren bij. Volgens Njeru Kanyamba, de secretaris-generaal van de Keniaanse Vakbond van het Voortgezet Onderwijs, stelde de regering niet voldoende middelen ter beschikking om die aanstorm te verwerken. Tot op vandaag zijn de leerkrachten daardoor overvraagd. “Leerkrachten in het lager onderwijs hebben te veel kinderen in hun klas. Omdat ze ook nog eens zware verantwoordelijkheden dragen, krijgen ze de kans niet om zich professioneel verder te ontwikkelen.”
Peter Githinji, een leraar wiskunde in de lagere school van Gikandu in het centrum van Kenia, vindt dat de regering ook werk zou kunnen maken van nieuwe handboeken en andere leermiddelen die leerkrachten en leerlingen warm maken voor wiskunde. Volgens Githinji kan aantrekkelijk lesmateriaal helpen de mythe te doorprikken dat exacte vakken moeilijk zijn.