Het rapport benadrukt het belang van kleinschalige landbouw als een cruciale weg om uit de armoede te geraken en roept op om volop te investeren in de sector. Vandaag gaat slechts vier procent van de officiële ontwikkelingshulp naar landbouw, terwijl 75 procent van de armen op het platteland leeft in ontwikkelingslanden. Tussen 1980 en 2002 daalde de officiële ontwikkelingshulp voor landbouw van 6,2 miljard dollar per jaar naar 2,3 miljard dollar. In de leningen van de internationale financiële instellingen daalde het aandeel voor landbouw in de loop van de jaren negentig van twintig procent naar negen procent. In Afrika beneden de Sahara, een regio die voor zijn groei erg afhankelijk is van landbouw, bedraagt de officiële regeringssteun voor landbouw ook niet meer dan vier procent. Nochtans levert investeren in landbouw viermaal zoveel op voor de allerarmsten dan investeren in andere sectoren.
De hernieuwde aandacht voor landbouw heeft alles te maken met de stijgende voedselprijzen en slinkende voorraden onder druk van de toegenomen vraag naar voedsel, veevoer en biobrandstoffen. Ook de druk op grond, de waterschaarste en de effecten van de klimaatwijziging verklaren mee de aandacht. De Wereldbank formuleert in het rapport aanbevelingen voor meer duurzame productiesystemen en wijst op het belang van de zorg voor het milieu.
Vredeseilanden, Broederlijk Delen en andere Vlaamse ngo’s voeren momenteel met ‘Landbouw 2015’ campagne rond de voedselproblematiek. Juichen zij de hernieuwde aandacht van de Wereldbank toe? ‘De Wereldbank is niet echt van visie veranderd’, stellen Sophia Murphy en Tilman Santarius van de Ecofair Trade Dialoge, een platform van diverse ngo’s, waaronder Misereor en Broederlijk Delen. Zij verwijten de Wereldbank een gebrek aan historisch perspectief. De structurele aanpassingsprogramma’s, opgelegd door het Internationaal Monetair Fonds en de Wereldbank, zijn in tal van ontwikkelingslanden verantwoordelijk voor de aftakeling van de kleinschalige landbouw. Een tweede kritiek heeft te maken met de visie op landbouw die het rapport hanteert. Volgens de Wereldbank komt het er voor de ontwikkelingslanden nog steeds op aan zo snel mogelijk het landbouwmodel van de geïndustrialiseerde landen te kopiëren. ‘Eens het model van agrobusiness in voege is, is landbouw nog slechts een restsector van de economie en geen sleutel voor duurzame ontwikkeling’, aldus Murphy en Santarius. ‘Het Wereldbankrapport wijst wel op de milieu-impact van landbouw, zoals het gigantische waterverbruik, problemen van bodemerosie of de klimaatwijziging, maar het trekt die opmerkingen niet door naar een nieuwe visie op het landbouwsysteem.’