Latijns-Amerikaanse vredesmissie voor Haïti stuit op verzet

De VN-missie voor Haïti kreeg begin mei het groene licht van de VN-Veiligheidsraad. De troepen moeten op 1 juni de internationale interventiemacht aflossen die begin maart de orde op Haïti hielp herstellen nadat rebellen president Aristide hadden verdreven. De vredesmacht, die een mandaat van zes maanden heeft, bestaat uit 6.700 soldaten en 1.622 politiemensen. Brazilië levert 1.200 soldaten; ook het bevel over de VN-troepenmacht is in handen van een Braziliaanse generaal.

De 1.200 Braziliaanse manschappen gaan in Haïti politietaken uitvoeren waar ze in eigen land niet aan toe komen, werpt de Braziliaanse volksvertegenwoordiger Antonio Carlos Pannunzio op. Troepen vrijmaken om de orde te garanderen in de grote steden waar de misdaad heer en meester is, wil de regering niet. Andere critici stellen dat Brazilië het zich niet kan veroorloven deel te nemen aan militaire missies overzee. Er is nu al zo weinig geld in kas dat er moet beknibbeld worden op sociale uitkeringen en de ambtenarensalarissen.

Pannunzio verwijt de Braziliaanse regering ook dat ze aan de missie begonnen is zonder de goedkeuring van het parlement af te wachten. Vorige week woensdag vertrok al een eerste konvooi met Braziliaanse pantservoertuigen van het zuiden van Brazilië naar Rio de Janeiro om daar ingescheept te worden naar Haïti, al werd de missie pas donderdag goedgekeurd door de Kamer van Volksvertegenwoordigers in Brasilia. De definitieve stemming in de senaat moet nog volgen. Niet alleen politici uit de oppositie als Pannunzino, maar ook leden van de regerende Arbeiderspartij zijn het niet eens met die voortvarende aanpak. De regering zegt dat de troepen gewoon in Brazilië zullen blijven als de senaat tegen stemt. In de Kamer haalde de regering haar slag echter makkelijk thuis.

Ook Chili, Argentinië en Uruguay willen soldaten leveren aan de VN-vredesmacht voor Haïti, maar ook in die landen komt er protest los. Uruguay wil bijna 600 soldaten naar Haïti sturen. Het land neemt wel vaker deel aan VN-vredesmissies; momenteel zijn er ook 1.733 Uruguayaanse blauwhelmen in de Democratische Republiek Congo en 1.650 in andere landen. Maar vooral de linkse partijen, die 40 procent van de zetels in het parlement bezetten, hebben bedenkingen bij de vredesmacht voor Haïti. Ze willen de plannen van de Braziliaanse bevelvoerders goed bekijken vooraleer hun goedkeuring te hechten aan de Uruguayaanse inbreng. En in elk geval moet het mandaat van de troepen heel nauwkeurig omschreven worden, stelt José Bayardi, een parlementslid van de linkse formatie Encuentro Progresista-Frente Amplio. Bayardi vindt het problematisch tussenbeide te komen in een land dat op helemaal op z’n kop is gezet door de gebeurtenissen van begin dit jaar, waar nu het recht van de sterkste geldt en dat sinds maart bezet wordt door Franse en Amerikaanse troepen.

Ook de Argentijnse regering krijgt tegenwind. De oppositiepartij Unión Cívica Radical wil instemmen met het uitzenden van Argentijnse troepen, maar alleen op voorwaarde dat het parlement duidelijke grenzen kan stellen. De Argentijnse troepen zouden alleen geweld moeten helpen te voorkomen, en zouden in geen geval mogen deelnemen aan gevechtshandelingen.

Het Chileense parlement vond al in maart dat het voor voldongen feiten was geplaatst. Toen stuurde de Chileense regering 300 manschappen naar Haïti ter versterking van de door Frankrijk en de VS geleide interventiemacht. Nu wil de Chileense president Ricardo Lagos dat de volksvertegenwoordiging instemt met zijn voorstel om een Chileens contigent te beschikking te stellen van de VN-troepenmacht die de eerste buitenlandse eenheden in Haïti moet aflossen. Chili wil ook 36 politiemensen naar Haïti sturen om te helpen bij de opleiding van nieuwe plaatselijke ordediensten. Bij haar kritische vragen over dat extraatje krijgt de oppositie steun van sommige volksvertegenwoordigers van de regeringscoalitie. (PD)