Manipur: India's geheime kruitvat

In de zeven noordoostelijke deelstaten van India vinden dagelijks mensen de dood in een bittere strijd om zelfbeschikkingsrecht. Indiase militairen en ondergrondse gewapende organisaties schenden er de mensenrechten voortdurend en maken het gebied onleefbaar voor de lokale bevolking. De Indiase federale regering in New Delhi houdt zich afzijdig hoewel het gebied een economische opening zou kunnen betekenen naar de rest van Azië. Een blik op de situatie in Manipur, één van de meest revolterende deelstaten door Anja Van der Borght.
Ingesloten door Bangladesh, Myanmar (Birma), China, Bhutan en Nepal en slechts door een smalle strook land van 42 kilometer verbonden met het ‘moeder-land’, liggen de zeven noordoostelijke deelstaten van India. Vier daarvan: Arunachal Pradesh, Manipur, Mizoram en Nagaland, zijn slechts onder strikte voorwaarden toegankelijk voor buitenlanders en zelfs voor Indiërs uit andere deelstaten gelden beperkingen. De officiële reden luidt dat de situatie er te gevaarlijk is, maar New Delhi probeert vooral het deksel op de beerput te houden en weert pottenkijkers. Dagelijks vallen in Manipur doden in een bittere strijd die draait om territoriale integriteit.

Bommengeweld
De politieke strijd in het gebied woedt al decennia. Manipur was een prinselijke staat – onder het gezag van een maharadja – die pas na de onafhankelijkheid van India in 1947 samen met enkele andere gebieden zoals Tripura en het Khasi-heuvelgebied ‘koloniaal’ werd aangehecht bij India. Het idee leeft dus bij de 2,3 miljoen inwoners van Manipur dat ze eigenlijk geen deel uitmaken van de Indiase republiek, maar dat ze zich onder dwang bij de grootmacht hebben moeten voegen. Na de aanhechting op 15 oktober 1949 begon dan ook de strijd om een eigen Manipurese identiteit en vooral een eigen onafhankelijke staat. In Manipur alleen al strijden een vijftigtal rebellenbewegingen voor territoriale integriteit en zelfbeschikkingsrecht. Om wat sterker te staan tegenover de centrale regering besloten in maart 1999 de drie voornaamste opstandige bewegingen – de People’s Revolutionary Party of Kangleipak (PREPAK), het Revolutionary People’s Front(RPF) en het United National Liberation Front (UNLF) – zich te verenigen in één enkele partij: het Manipur People’s Liberation Front (MPLF). Het MPLF en andere gewapende organisaties streven met bommengeweld naar onafhankelijkheid. Maar het blijft niet bij bomexplosies. Zo vallen de rebellen met de regelmaat van een klok binnen bij bemiddelde families en eisen ze met de wapens in de aanslag exuberante sommen geld of een auto. Het gevolg is dat veel rijkere gezinnen in Manipur hun voertuig van de hand deden of nu zelfs voor grotere aankopen een lening aangaan om niet de indruk te wekken dat ze geld bezitten.

Mensenrechten
Naast de chantagepraktijken van de rebellen staat de bevolking voortdurend bloot aan verschillende vormen van koloniale onderdrukking en uitbuiting door het Indiase leger. In Manipur arresteren Indiase soldaten constant jongeren onder het voorwendsel dat ze lid of aanhanger zouden zijn van de gewapende oppositie. Het verhaal van Yumlemban Sanamacha, onder meer terug te vinden in de rapporten van Amnesty International, is er zo een uit duizend. Op een avond vallen Indiase militairen van de Rajputana Rifles binnen bij de ouders van de vijftienjarige Sanamacha en nemen de jongen mee. Twee andere jongens uit het dorp, de broers Bimol (15) en Inao (12) Singh, worden ook opgepakt. Alle drie worden ze in elkaar geslagen. De broers Singh kijken toe wanneer Sanamacha wat later aan de kant van de weg door de soldaten wordt gemarteld. Ze zijn de laatsten die hem levend zien alvorens zij zelf naar een legerkamp worden meegenomen. De autoriteiten ontkenden aanvankelijk dat Sanamacha werd gearresteerd. Later vertelden ze dat hij uit voorhechtenis was ‘ontsnapt’. In elk geval deed de federale regering er alles aan om te voorkomen dat de zaak verder werd onderzocht. In Manipur, waar de bevolking heen en weer wordt geslingerd tussen de mensonterende activiteiten van de Indiase militairen en de afpersingen en chantage door de rebellen, heeft een mensenleven geen enkele waarde.

Zelfvoorziening
Sinds de Indiase onafhankelijkheid in 1947 luidde het credo ‘zelfvoorziening’. India zou alles zelf maken: eigen magazines, een eigen filmindustrie, eigen Maruti-auto’s en Tata-trucks. Het geloof in zelfvoorziening van de vaders van de onafhankelijkheid Mohandas Gandhi en Jawaharlal Nehru had dan wel geleid tot politieke onafhankelijkheid, maar het betekende op termijn ook isolatie. Manipur en het noordoosten in het algemeen zijn nog meer geosoleerd geraakt hoewel die staten zouden kunnen fungeren als economisch contactgebied met het oosten van Azië: China, Myanmar (Birma)… Een rit vanuit de Manipurese hoofdstad Imphal naar Guwahati of naar Shillong, twee handelscentra in het noordoosten, duurt respectievelijk vijf en tien uur, terwijl Dhaka, de hoofdstad van Bangladesh, nog geen vier uur rijden is. Waarom importeert het noordoosten zijn vis dan niet uit Dhaka – Bangladesh is trouwens gekend om zijn vis – in plaats van uit Andhra Pradesh of Gujarat? En waarom geen rijst uit Myanmar in plaats van uit het verafgelegen, maar Indiase Punjab? Voor zijn eigen economische ontwikkeling zou het beter zijn indien het noordoosten zich richtte tot zijn buurlanden in plaats van tot andere deelstaten van India.

Infrastructuur
Het noordoosten ligt ideaal tussen de rest van India en Zuidoost-Azi’ – op economisch vlak de sterkst groeiende Aziatische regio. Aangezien velen de 21ste eeuw bestempelen als de Aziatische eeuw – de verwachting is dat landen als China en India met rasse schreden vooruit zullen gaan – is het de hoogste tijd dat de infrastructuur ook in dit gebied wordt uitgebouwd. Geen sinecure daar slechts een kleine strook land van het noordoostelijk gebied nabij Siliguri aan India grenst; al de rest – meer dan 5.000 km – is internationale grens. Maar daar alleen ligt niet het probleem. Het is vooral de regering in New Delhi die absoluut niet begaan is met het lot van het noordoosten. Hoewel de opeenvolgende Indiase eerste ministers beloofden hun steentje bij te dragen tot de ontwikkeling van de streek – premier Gowda (1996-1997) beloofde 7 miljard roepie (174 miljoen euro), Gujral (1997-1999) zelfs 10 miljard roepie (250 miljoen euro) Ð kwam er in de praktijk zo goed als niets van de grond in het gebied. Daarnaast is de corruptie in het noordoosten diepgeworteld, niet alleen bij de Indiase politici, maar ook bij de lokale Manipurese overheid. Er is geen of nauwelijks controle of de povere, maar goedbedoelde fondsen van de federale regering ook daadwerkelijk terechtkomen waar ze zouden moeten terechtkomen. Het is een publiek geheim dat de lokale politici het geld meestal in eigen zak steken of het gebruiken om zonen of dochters een degelijke, maar dure opleiding te geven. Met alle gevolgen van dien. De watervoorziening laat te wensen over – inwoners zijn afhankelijk van hun privé-tanks. Er is geen spoorwegnetwerk. Goederen moeten per vrachtwagen uit naburige deelstaten worden aangevoerd. De enige keer dat er openbare investeringen werden aangetrokken was voor een raffinaderij in Guwahati.

Werkloosheid
De huidige federale eerste minister, Atal Bihari Vajpayee van de radicale hindoeostische partij BJP, zei tijdens een van zijn zeldzame bezoeken aan het noordoosten dat economische ontwikkeling de oplossing is voor de problemen in het gebied. Hij beloofde extra inspanningen te leveren voor de industrialisering en een ‘tax holiday’ in te voeren. Maar zes maanden later kondigde de minister van Financiën aan dat die doelstellingen niet haalbaar waren. Kortom, de centrale regering is enkel aanwezig in het gebied onder de vorm van militaire en paramilitaire troepen, hoewel ze zou moeten investeren en zeggen: “We gunnen jullie nog wat tijd, maar daarna moeten jullie op eigen benen staan”. De Indiase regering aarzelt echter om dit te zeggen en dekt zich goed in met de stelling: “Vanaf het ogenblik dat er vrede heerst, zullen we ons inzetten voor de ontwikkeling van het gebied.” Een verkeerde redenering daar de onderontwikkeling en de daaruit voortvloeiende werkloosheid in het gebied precies dé voedingsbodem vormen voor de tientallen opstandige bewegingen. Werkloosheid is het grootste probleem: jongeren treden toe tot de gewapende organisaties omdat ze niets om handen hebben. Ook het verder uitbouwen van de toeristische sector zou veel jobs kunnen creëren. Of aarzelt de federale Indiase regering het gebied te ontwikkelen, omdat ze vreest dat het noordoosten – als het over meer middelen beschikt – zich zou afscheuren van het moederland?

Vertrouwen
De bevolking in het noordoosten heeft in elk geval alle vertrouwen in de centrale Indiase regering verloren. New Delhi blijft immers in gebreke of onderneemt de verkeerde acties. Zoals in de zomer van vorig jaar toen de regering-Vajpayee in samenwerking met een separatistische rebellenbeweging uit de Manipurese buurstaat Nagaland – de NSCN(I-M), de Nationalist Socialist Council of Nagalim (Isak-Muivah) – een akkoord bereikte over de verlenging van een staakt-het-vuren. De 400.000 Naga’s die in Manipur en andere noordoostelijke staten wonen en zich gesteund weten door de NSCN, eisten meteen alle gebieden op waar ze wonen om een rijk te stichten dat ze ‘Groot Nagaland’ noemen. De federale regering wou het oproer in het gebied elimineren, maar dat was buiten de waard gerekend. New Delhi had het akkoord over een verlenging van het staakt-het-vuren getekend zonder de leiders van Manipur en Assam te raadplegen. Ten tweede was de clausule ‘without territorial limits’ toegevoegd. Een uitbreiding dus van het staakt-het-vuren naar alle gebieden waar Naga’s wonen, ook in andere staten zoals Manipur, Assam en Arunachal Pradesh. De federale regering heeft vooral de impact van die clausule zwaar onderschat. Zo besefte ze niet dat dit de NSCN officiële toegang zou verlenen tot kampen buiten Nagaland. De Naga’s – die in de meerderheid zijn in de heuvelachtige districten van Manipur – zouden bijkomende kampen kunnen opzetten in Manipur of overal elders waar zich Naga’s bevinden. Bovendien zouden ze zich overal vrij – ook gewapend – kunnen bewegen.

Kasjmir
De manier waarop de federale regering in deze zaak te werk ging, illustreert nog maar eens hoe weinig tactvol de BJP-regering is inzake politiek gevoelige regio’s. Het is onvoorstelbaar dat zoiets is kunnen gebeuren. Een gevolg was dat de Manipuri’s hun eigen parlement plat brandden en de huizen van Indiase paramilitaire eenheden en Manipuri-regeringsleden aanvielen. De bevolking oordeelde dat ook de lokale politici hadden gefaald in deze zaak. De federale regering stuurde in allerijl paramilitaire troepen, inclusief commando’s, naar de roerige deelstaat. Was iets gelijkaardigs gebeurd in de regio van Kasjmir – een groot zorgenkind van India omdat aartsvijand Pakistan over kernwapens beschikt en een deel van Kasjmir opeist – dan hadden misschien de minister van Binnenlandse Zaken en nog enkele andere leiders moeten aftreden. Nu was het ‘slechts’ het geheime kruitvat van het noordoosten.

Toekomst
Economische ontwikkeling en werkgelegenheid zouden op termijn oproer en de ondergrondse gewapende bewegingen in het noordoosten kunnen uitroeien. Daarom zou de Indiase regering beter onmiddellijk het startsein geven voor de ontwikkeling van een goede infrastructuur en het verder uitbouwen van de bestaande infrastructuur in plaats van te wachten op een toestand van vrede in het gebied. De politici in New Delhi zetten evenwel de noordoostelijke deelstaten liever tegen elkaar op. In het noordoosten zelf lopen de belangen van de verschillende staten min of meer gelijk en zouden de belangengroepen zich moeten verenigen om samen sterk te staan, maar vooraleer het zo ver is, zullen er nog vele slachtoffers vallen.


Dit artikel kwam tot stand met de steun van het Fonds Pascal Decroos voor Bijzondere Jour-nalistiek. Info: www.fondspascaldecroos.com

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.