Morales zet VS-ambassadeur het land uit

“Ik heb van niemand schrik, ook niet van het imperium”, zei Morales woensdagavond toen hij zijn minister van Buitenlandse Zaken David Choquehuanca de opdracht gaf om aan de Amerikaanse diplomaat te laten weten dat hij niet langer gewenst was in Bolivia. “We willen geen separatisten of mensen die samenspannen tegen de eenheid van het land. Ook mensen die schade toebrengen aan de democratie kunnen we missen als kiespijn.”
Morales heeft de Amerikaanse ambassade dit jaar al herhaaldelijk beschuldigd van steun aan de naar autonomie strevende departementen Santa Cruz, Beni, Pando, Tarija en Chuquisaca. Washington kijkt dan weer met argwaan naar de toenadering tussen Bolivia en de linkse leiders van Venezuela en Cuba, en zelfs Iran. De Amerikanen hebben ook ernstige vragen bij de cocateelt die Bolivia toelaat als onderdeel van de traditionele inheemse cultuur.
Op 25 augustus had Goldberg een discreet onderhoud met Rubén Costas, de prefect (gouverneur) van Santa Cruz en aartsvijand van Morales. Een dag later werd de VS-ambassadeur bij Buitenlandse Zaken op het matje geroepen om uitleg te geven. Ondanks de flinke uitbrander die hij toen kreeg, onmoette hij op 4 september de prefect van Chuquisaca, Savina Cuellar, ook een oppositieleider.
Het wantrouwen tegen Goldberg wordt nog gevoed door zijn diplomatieke parcours. Van 2004 tot 2006 was hij posthoofd in Kosovo, toen nog een provincie van Servië, tot de lokale regering er op 17 februari van dit jaar de onafhankelijkheid uitriep. Bij de Boliviaanse regering voedt dat het vermoeden dat Goldberg naar Bolivia werd gestuurd om een afscheuring voor te bereiden van de oostelijke provincies, een rijk landbouwgebied met grote aardgasreserves.
De rechtse oppositie in Bolivia vreest dat de beslissing een negatieve impact zal hebben op de economie. Parlementslid Michiaki Nagatani van de Nationalistische Revolutionaire Beweging vraagt zich af hoe het nu verder moet met de uitbreiding van het handelsakkoord met de Verenigde Staten. Dankzij dat akkoord voert Bolivia elk jaar voor 250 miljoen dollar industriegoederen uit. “De regering zou beter twee keer nadenken voor zo’n beslissing te nemen”, zegt Nagatani.

Sabotage

De Boliviaanse gas- en oliemaatschappij YPFB bevestigde woensdag de ontploffing van een gaspijpleiding in het departement Tarija, waar zich twee derde van de Boliviaanse gasvoorraad bevindt. De schade aan de pijplijn voor de gasexport naar Brazilië loopt in de 100 miljoen dollar, zei de voorzitter van YPFB, Santos Ramírez. Het blussen van de brand en de herstelwerken zullen nog ongeveer twintig dagen duren.
In Santa Cruz de la Sierra, de hoofdstad van het gelijknamige departement, houden boze jongeren sinds twee dagen overheidsgebouwen bezet. Ze hebben ook de politie met geweld verjaagd uit het bus- en treinstation. Woensdag werd ook een aanval gesignaleerd op het populaire commerciële centrum Barrio Lindo. Daar wonen vooral immigranten uit het armere westen van Bolivia, die kleren en voedingswaren verkopen.