Nigeriaanse rebellen geven nieuwe oliewet onvoldoende
De nieuwe wet die de Nigeriaanse participatie in de aardoliesector moet vergroten, “gaat niet ver genoeg”. Dat zegt een woordvoerder van de Beweging voor de Emancipatie van de Nigerdelta (MEND), de belangrijkste rebellenbeweging in het land.
Sam Olukoya . 25 april 2010
De Nigeriaanse president Goodluck Jonathan zette donderdag (22 april) zijn handtekening onder een wet die Nigeriaanse bedrijven een groter aandeel moeten opleveren in de door transnationale bedrijven gedomineerde aardoliesector. Nigeriaanse bedrijven krijgen voorrang bij de toekenning van concessies. Een breed gamma aan diensten en investeringsgoederen die altijd uit het buitenland kwamen, moeten nu in Nigeria worden aangekocht. Bedrijven moeten ook opleidingen plannen zodat ze op termijn meer Nigerianen kunnen inzetten.
Nigeriaanse olievakbonden en investeerders zijn blij met de wet. Maar de gewapende groepen in de Nigerdelta, de regio waar de grote olievoorraden schuilgaan, zijn minder tevreden. “De wet gaat niet in op fundamentele vraagstukken die geleid hebben tot gewelddadig verzet in de regio”, zegt Jomo Gbomo, een woordvoerder van MEND, de grootste rebellengroep. MEND en andere verzetsgroepen in de regio willen dat plaatselijke gemeenschappen zeggenschap krijgen over de olievoorraden in hun gebied.
Buitenlandse bedrijven hebben sinds 1957 voor miljarden aan olie weggehaald uit de Nigerdelta, maar de streek zelf is onderontwikkeld gebleven. De exploitatie van de oliereserves heeft bovendien tot zware milieuschade geleid die vissers en boeren aan de bedelstaf heeft gebracht.
Aanvankelijk waren de protesten tegen die misstanden geweldloos, maar in de jaren negentig veranderde dat door de keiharde militaire repressie tegen het verzet. Verscheidene groepen namen de wapens op en brachten de oliesector met aanslagen en ontvoeringen zware klappen toe.
In oktober vorig jaar raakten de regering en de meeste rebellengroepen het eens over een amnestieregeling. Duizenden strijders legden hun wapens neer, maar de regering liet de uitvoering van het begeleidingsplan aanslepen.
MEND is een van de groepen die de amnestieregeling accepteerden, maar woordvoerder Gbomo zegt dat slagkracht van de beweging nog voldoende groot is. Dat bewees ze in maart met twee autobommen in Warri, de op een na grootste stad in de olieregio.
Onengiya Erekosima, de leider van een geweldloze organisatie uit de Nigerdelta, vreest ook dat het geweld in de regio maar tijdelijk is gaan liggen. Volgens haar is de regering niet oprecht en is het wantrouwen bij de rebellen te groot. Dat bewijzen de ontvoeringen die nog altijd plaatsvinden.
Onvrede
Nigeriaanse olievakbonden en investeerders zijn blij met de wet. Maar de gewapende groepen in de Nigerdelta, de regio waar de grote olievoorraden schuilgaan, zijn minder tevreden. “De wet gaat niet in op fundamentele vraagstukken die geleid hebben tot gewelddadig verzet in de regio”, zegt Jomo Gbomo, een woordvoerder van MEND, de grootste rebellengroep. MEND en andere verzetsgroepen in de regio willen dat plaatselijke gemeenschappen zeggenschap krijgen over de olievoorraden in hun gebied.
Buitenlandse bedrijven hebben sinds 1957 voor miljarden aan olie weggehaald uit de Nigerdelta, maar de streek zelf is onderontwikkeld gebleven. De exploitatie van de oliereserves heeft bovendien tot zware milieuschade geleid die vissers en boeren aan de bedelstaf heeft gebracht.
Aanvankelijk waren de protesten tegen die misstanden geweldloos, maar in de jaren negentig veranderde dat door de keiharde militaire repressie tegen het verzet. Verscheidene groepen namen de wapens op en brachten de oliesector met aanslagen en ontvoeringen zware klappen toe.
Amnestie
In oktober vorig jaar raakten de regering en de meeste rebellengroepen het eens over een amnestieregeling. Duizenden strijders legden hun wapens neer, maar de regering liet de uitvoering van het begeleidingsplan aanslepen.
MEND is een van de groepen die de amnestieregeling accepteerden, maar woordvoerder Gbomo zegt dat slagkracht van de beweging nog voldoende groot is. Dat bewees ze in maart met twee autobommen in Warri, de op een na grootste stad in de olieregio.
Onengiya Erekosima, de leider van een geweldloze organisatie uit de Nigerdelta, vreest ook dat het geweld in de regio maar tijdelijk is gaan liggen. Volgens haar is de regering niet oprecht en is het wantrouwen bij de rebellen te groot. Dat bewijzen de ontvoeringen die nog altijd plaatsvinden.
Maak MO* mee mogelijk.
Word proMO* net als 2790 andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.
Meer verhalen
-
Nieuws
-
Interview
-
Commentaar
-
Nieuws
-
Analyse
-
Nieuws