Regering in Delhi zit met Tibet in haar maag
De Indiase regering zit met Tibet in haar maag. Officieel steunt India geen Tibetaanse separatisten, maar er is aan de andere kant een grote druk van de westerse lobby om de Tibetanen te steunen in hun protest tegen onderdrukking.
Praful Bidwai . 27 maart 2008
Officieel onderschrijft de regering het Eén China-principe. De Dalai Lama en zijn volgelingen mogen geen “anti-Chinese politieke activiteiten in India” ontplooien.
Sinds er op 14 maart opstanden uitbraken in Lhasa heeft India openlijk de kant van de Chinese regering gekozen. De regering sprak haar zorg uit over de “instabiele situatie en het geweld” in Tibet, en riep de 100.000 man grote Tibetaanse gemeenschap op om zich terughoudend op te stellen. Een mars van Tibetaanse dissidenten door de staat Himachal Pradesh naar de grens met Tibet werd tegengehouden.
Vorige week leek de regering te zijn opgeschoven. India gaf toestemming voor het bezoek van Nanci Pelosi, de Democratische voorzitster van het Amerikaanse Lagerhuis, die de Dalai Lama kwam bezoeken in zijn hoofdkwartier in Dharamsala. Ze gaf bijtende kritiek op China.
Vervolgens lukte het vrijdag niet om een cordon te leggen om de Chinese ambassade in New Delhi, zodat jonge Tibetanen de muren konden beklimmen. Uiteindelijk werden er 33 demonstranten gearresteerd. Peking reageerde woedend en riep de Indiase ambassadeur Nirupama Rao direct op het matje.
“De Indiase regering heeft zich met deze blunders ernstig misrekend”, zegt Anuradha Chenoy, professor aan de School voor Internationale Studies aan de Jawaharlal Nehru Universiteit in Delhi. “Ze zou moeten hebben geweten dat de Amerikaanse delegatie sterke taal zou uiten. Maar de Minister van Buitenlandse Zaken gaat binnenkort naar Amerika voor een nucleaire deal, daarom wilde India de Amerikanen waarschijnlijk een positief signaal geven. Dat was niet erg slim.”
India is – met het oog op de eigen problemen in Kasjmir en het Noordoosten – beducht voor separatistische bewegingen. Toen de protesten in Tibet begonnen vroeg het land aan China om “de oorzaak van de problemen weg te nemen”. Ondanks een grensconflict in Arunachal Pradesh waar Peking af en toe aanspraak op maakt en ondanks de huiver van China voor toenadering tussen India en de Verenigde Staten, probeert India de betrekkingen met China te normaliseren.
“Om het bot te zeggen, de Indiase regering heeft geen morele ruggengraat”, zegt Achin Vanaik, professor internationale betrekkingen aan de universiteit van Delhi. “Het is vooral pragmatisme.” India probeert zowel de VS als China te vriend te houden en is bovendien zelf geen rolmodel als het gaat om mensenrechten en omgang met etnische en religieuze minderheden.
De regering staat bovendien onder druk van rechtse groepen, zoals de nationalistische partij BJP, om weerstand te bieden aan Chinese pressie en de Tibetaanse zaak te steunen.
Sinds er op 14 maart opstanden uitbraken in Lhasa heeft India openlijk de kant van de Chinese regering gekozen. De regering sprak haar zorg uit over de “instabiele situatie en het geweld” in Tibet, en riep de 100.000 man grote Tibetaanse gemeenschap op om zich terughoudend op te stellen. Een mars van Tibetaanse dissidenten door de staat Himachal Pradesh naar de grens met Tibet werd tegengehouden.
Blunders
Vorige week leek de regering te zijn opgeschoven. India gaf toestemming voor het bezoek van Nanci Pelosi, de Democratische voorzitster van het Amerikaanse Lagerhuis, die de Dalai Lama kwam bezoeken in zijn hoofdkwartier in Dharamsala. Ze gaf bijtende kritiek op China.
Vervolgens lukte het vrijdag niet om een cordon te leggen om de Chinese ambassade in New Delhi, zodat jonge Tibetanen de muren konden beklimmen. Uiteindelijk werden er 33 demonstranten gearresteerd. Peking reageerde woedend en riep de Indiase ambassadeur Nirupama Rao direct op het matje.
“De Indiase regering heeft zich met deze blunders ernstig misrekend”, zegt Anuradha Chenoy, professor aan de School voor Internationale Studies aan de Jawaharlal Nehru Universiteit in Delhi. “Ze zou moeten hebben geweten dat de Amerikaanse delegatie sterke taal zou uiten. Maar de Minister van Buitenlandse Zaken gaat binnenkort naar Amerika voor een nucleaire deal, daarom wilde India de Amerikanen waarschijnlijk een positief signaal geven. Dat was niet erg slim.”
India is – met het oog op de eigen problemen in Kasjmir en het Noordoosten – beducht voor separatistische bewegingen. Toen de protesten in Tibet begonnen vroeg het land aan China om “de oorzaak van de problemen weg te nemen”. Ondanks een grensconflict in Arunachal Pradesh waar Peking af en toe aanspraak op maakt en ondanks de huiver van China voor toenadering tussen India en de Verenigde Staten, probeert India de betrekkingen met China te normaliseren.
Pragmatisme
“Om het bot te zeggen, de Indiase regering heeft geen morele ruggengraat”, zegt Achin Vanaik, professor internationale betrekkingen aan de universiteit van Delhi. “Het is vooral pragmatisme.” India probeert zowel de VS als China te vriend te houden en is bovendien zelf geen rolmodel als het gaat om mensenrechten en omgang met etnische en religieuze minderheden.
De regering staat bovendien onder druk van rechtse groepen, zoals de nationalistische partij BJP, om weerstand te bieden aan Chinese pressie en de Tibetaanse zaak te steunen.
Maak MO* mee mogelijk.
Word proMO* net als 2781 andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.
Meer verhalen
-
Interview
-
Nieuws
-
Nieuws
-
Nieuws
-
Opinie
-
Wereldblog