Schuldenkwijtschelding voor Latijns-Amerikaanse landen

“Dit besluit is een historische kans voor Bolivia, Guyana, Haïti, Honduras en Nicaragua om een nieuwe start te maken”, zei IDB-voorzitter Luis Alberto Moreno. Volgens de bank gaat het om leningen die uitstonden sinds 31 december 2004. Het geldt dat vrijkomt, wordt gebruikt voor gezondheidszorg, onderwijs en aanleg van infrastructuur.
Voor Honduras wordt de schuld verlicht met 1,4 miljard dollar. Bolivia kan rekenen op een miljard, Nicaragua op 984 miljoen en Guyana op 467 miljoen.
Van de vijf landen die kwijtschelding krijgen, geldt dat voor Haïti maar deels. Naast een kwijtschelding van 423 miljoen, kreeg dat land de HIPC-status. Dat betekent dat het land een tijdelijke schuldverlichting van 20 miljoen dollar krijgt in de komende twee jaar. Als het land meewerkt aan economische hervormingen, kan het in 2009 of 2010 in aanmerking komen voor volledige kwijtschelding van schulden. In het geval van de IDB zou het dan gaan om 525 miljoen dollar.
De bank zegt dat het programma verbonden is met het Heavily Indebted Poor Countries (HIPC) initiatief van de Wereldbank en het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Het HIPC is bedoeld om de buitenlandse schuld van de armste landen te verminderen door een alomvattende aanpak van de problematiek.
Het besluit van de IDB komt na een kwijtscheldingsinitiatief dat de G8, de club van rijke industrielanden, vorig jaar nam.
De IDB behoort tot een groep banken die door het Westen gefinancierd worden, de zogenoemde multilaterale financiële instituten. Daartoe behoren ook de Wereldbank en de Aziatische Ontwikkelingsbank. Hun rol is geld uit te lenen en tegelijkertijd private investeringen in ontwikkelingslanden te bevorderen.