Slotoffensief tegen islamitische wetten van start

In Pakistan is opnieuw veel beroering ontstaan over de omstreden ‘Hudood-wetten’. Een onafhankelijke commissie heeft onlangs het advies gegeven om de wetten, die vooral armen en vrouwen treffen, af te schaffen. Maar door ervaringen uit het verleden zijn mensenrechtengroepen en ambtenaren niet zo optimistisch dat de regering de wetten snel zal intrekken.


Onder Amerikaanse druk treedt de regering wel op tegen religieuze groepen, maar als het gaat om de rechten van vrouwen durft zij haar nek niet uit te steken, zegt Zohra Yusuf, lid van de Pakistaanse mensenrechtencommissie. De Hudood-wetten zijn islamitische verordeningen die parallel aan het seculiere wettelijke systeem worden opgelegd. De wetten zijn ingevoerd in 1979 tijdens het bewind van voormalig president generaal Zia-ul Haq en hebben betrekking op een aantal misdaden. Zij gelden ook voor niet-islamieten. Een van de meest omstreden Hudood-regels is dat een vrouw vier mannelijke getuigen moet hebben om een verkrachting te bewijzen, anders kan ze zelf van overspel worden beschuldigd. Hoe kan een vrouw die is verkracht ooit vier mannelijke getuigen vinden? vraagt Sheema Kermani, directeur van de vrouwenorganisatie Therik-e-Niswan. Waarom moet zij worden gestraft en gaat de misdadiger vrijuit?

De woede over de Hudood-wetten is sterk toegenomen nadat een regeringscommissie in augustus het advies gaf om de wetten af te schaffen. Toen de Nationale Commissie over de Positie van Vrouwen, een onafhankelijk door de wet ingesteld orgaan, haar conclusies bekend maakte, organiseerden burgergroepen heel wat demonstraties om hun steun te betuigen. Maar er volgde ook luidruchtig protest door enkele vrouwelijke parlementsleden. Het is niet de eerste keer dat wordt voorgesteld om de Hudood-wetten op te heffen, maar de geschiedenis is weinig hoopgevend voor de voorstanders van de afschaffing. Hoewel al ontelbare keren is bewezen dat deze wetten eigenlijk neerkomen op een falen van de justitie en dat zij aanzetten tot misbruiken, houden de wetten ondanks alle campagnes al meer dan twintig jaar stand, weet Zohra Yusuf. Verscheidene Pakistaanse regeringen zijn er niet in geslaagd de wetten ongedaan te maken, omwille van het sterke verzet van machtige conservatieve groepen, die traditioneel sterk aanleunen bij het leger.

Twee recente gevallen illustreren heel duidelijk wat er allemaal kan mislopen met de Hudood-wetten. De eerste zaak is die van Zafran Bibi. Zij werd vorig jaar verkracht en nadien beschuldigd van overspel en veroordeeld tot de dood door steniging. Voor de zoveelste keer kwamen vrouwenrechtengroepen ter hulp. De zaak werd overal bekend gemaakt en door het protest besliste de Pakistaanse Federale shariarechtbank het vonnis te herzien en Bibi in juni 202 vrij te spreken. De tweede zaak is die van de dertigjarige Mukhtaran Mai, die door een stamraad in de zuidelijke Punjab werd ‘veroordeeld’ omdat zij het slachtoffer was van een groepsverkrachting als ‘straf’ omdat haar broer zogezegd een ‘illegale’ relatie had met een vrouw van een andere stam. Opnieuw deden actiegroepen hun best om de uitvoering van het vonnis te voorkomen. Pas toen het incident aandacht kreeg in de media werd er een officieel onderzoek ingesteld door het Pakistaanse hooggerechtshof. De schuldigen werden ter dood veroordeeld, maar gaan ook in beroep.

Naast het vele protest tegen de Hudood-wetten, zijn er ook voorstanders van de strenge regels. Kanez Ayesha Munawwar, lid van het Pakistaanse parlement, is tegen de intrekking van de Hudood-regels. Deze wetten zullen onze samenleving deugdzamer maken. Ik vind dat zij de Pakistaanse vrouwen bescherming bieden. Als deze wetten in alle eerlijkheid worden toegepast, zullen zij de vrouwen meer macht geven. Zij meent dat de wetten doeltreffend kunnen zijn, maar alleen wanneer de wetgevende instanties, de politie en het gerecht vrij zijn van corruptie. Ook Kulsoom Nizamani, lid van de provinciale assemblee van de provincie Sindh, is tegen de afschaffing. Nu het geweld tegen vrouwen zo alarmerend snel toeneemt, moeten deze wetten absoluut blijven bestaan.

Mensenrechtengroepen zijn het daar absoluut niet mee eens. Zij wijzen erop dat de helft van alle vrouwen in de Pakistaanse gevangenissen vals zijn beschuldigd van overspel. Ook de grondslag van de Hudood-wetten staat ter discussie. Deze verordeningen, en vooral de wet met betrekking tot overspel, zijn slechte wetten die zijn afgekondigd zonder enig openbaar of parlementair debat, zegt Nasir Aslam Zahid, voormalig rechter van het Opperste Gerechtshof en auteur van een rapport dat in 1997 al het advies gaf om de Hudood-wetten in te trekken. De wetten zijn wrede wapens in de handen van ordehandhavers die de gevestigde belangen vertegenwoordigen en die ze vooral inzetten tegen de armsten van onze samenleving - vooral jonge meisjes en vrouwen, aldus nog Zahid. Danish Zuberi, een advocate die opkomt voor vrouwenrechten, wijst nog op de impact van de Hudood-wetten. Hoewel naar schatting dertig procent van de beschuldigde vrouwen wordt vrijgesproken, brengen zij voor de vrijspraak wel een paar jaar in de gevangenis door. En tijdens de gevangenschap worden zij meestal ook nog eens misbruikt door de politie.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2781   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2781  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.