Vijandigheid tegenover journalisten neemt toe

Het CPJ schat dat er bij 85 procent van de journalistenmoorden geen vervolging wordt ingesteld. “Straffeloosheid is vandaag de grootste bedreiging voor journalisten”, oordeelt de bekende CNN-correspondent Christiane Amanpour, een bestuurslid van het CPJ. “Moord is de ultieme vorm van censuur.”

2007 was voor journalisten het moorddadigste jaar sinds 1994, zegt het CPJ. Toen kwamen 66 verslaggevers om. Maar het CPJ onderzoekt nog 22 andere sterfgevallen van journalisten uit 2007 om uit te maken of die in verband stonden met hun werk. Tussen de 65 gevallen die zeker zijn voor 2007, zitten 45 moorden. De overige journalisten kwamen om in gevechtssituaties of tijdens gevaarlijke opdrachten.    

Irak was in 2007 net als de vier jaren daarvoor het gevaarlijkste land voor de pers. Er stierven 31 verslaggevers, vooral door gerichte aanslagen. Op één journalist na waren het allemaal Irakezen.

Afrika

In Somalië verloren zeven journalisten het leven. Het geweld in Irak overschaduwt de toenemende moeilijkheden die de media ondervinden in dat Oost-Afrikaanse land, zegt het CPJ. In Eritrea warden nog eens twee journalisten gedood en in Zimbabwe één, waardoor het totaal voor Afrika een sprong maakt van twee in 2006 tot tien in 2007.

Ook in Ethiopië, Gambia en Congo “treden repressieve leiders hard op tegen kritische media”, schrijft het CPJ in haar maandag verschenen jaarrapport. “Ze sluiten kranten en zetten journalisten achter de tralies.”  

Er is ook goed nieuws. In Colombia werden voor het eerst in vijftien jaar geen journalisten vermoord. De Filipijnse redacties bleven voor het eerst sinds 1999 gespaard.

In Pakistan en Sri Lanka kwamen vorig jaar dan weer telkens vijf journalisten om als gevolg van hun beroepsbezigheden. Ook Turkije, Kirgizië, Peru, Nepal, de Palestijnse Gebieden, Haïti, Honduras en Rusland komen voor in de opsomming van het CPJ.

Twee moorden kregen internationaal veel aandacht. Beelden over de aanslag op de Japanse fotograaf Kenji Nagai die in september de betogingen in Myanmar volgde, gingen de wereld rond. Myanmar lijkt nog geen pogingen te hebben ondernomen om de dader voor het gerecht te brengen. Dichter bij huis stuurde de moord op de Turks-Armeense journalist Hrant Dink schokgolven door de Turkse en Europese media. Honderdduizenden mensen woonden zijn begrafenis bij.

Het CPJ klaagt dat de pers zwaar onder druk staat in Rusland en China en in heel wat landen in Centraal-Azië, Latijns-Amerika en de Arabische wereld. Dat vertaalt zich onder meer in een hoog aantal arrestaties. Sinds 2001 werden per jaar telkens ongeveer 130 journalisten achter de tralies gezet.