'Vliegende Tijgers' zaaien onrust in Zuid-Azië

Hoe slaagt een rebellenbeweging in een relatief kleine regio erin een heuse luchtmacht uit te bouwen? Veiligheidsexperts in Zuid-Azië breken zich er nog altijd het hoofd over hoe de separatistische Tamil Tijgers aan de vliegtuigen en munitie kwamen waarmee ze de voorbije twee maanden drie luchtaanvallen uitvoerden.
De Tamileelam Air Force (TAF) zoals de rebellenluchtmacht heet, telt waarschijnlijk niet meer dan vijf toestellen van het type Zlin Z-142, een klein Tsjechisch propellervliegtuig. De toestellen worden verkocht als bouwpakket en werden misschien als auto-onderdelen het land binnengesmokkeld. Maar het blijft een groot vraagteken hoe de rebellen de vliegtuigen ondanks alle recente anti-terrorismemaatregelen ongemerkt konden aankopen, hoe ze de piloten opleidden en waar ze aan vliegtuigbenzine en munitie kwamen.
De speldenprikken van de Vliegende Tijgers hebben hun uitwerking niet gemist. Na de derde luchtaanval op 28 april, waarbij een olieraffinaderij en een gasopslagplaats in de buurt van de hoofdstad Colombo werden gebombardeerd, moesten de nachtvluchten op de internationale luchthaven van Colombo worden opgeschort. Bij hun eerste aanvallen op 26 maart en 24 april nam de TAF een legerbasis op het schiereiland Jaffna en een luchtmachtbasis die met de internationale luchthaven een landingsbaan deelt, onder vuur. De Tamil Tijgers, die al langer dan twintig jaar voor een autonoom gebied in het noorden en oosten van Sri Lanka vechten, hebben met nog meer luchtaanvallen gedreigd.

Straaljagers


Tegen de Srilankaanse luchtmacht, die over straaljagers beschikt, zijn de Vliegende Tijgers niet opgewassen, al vernederden ze hun tegenstanders wel door na elke aanval heelhuids weg te komen. De Srilankaanse regering moet nog maar eens vaststellen dat de Tamilrebelen geduchte tegenstanders zijn.
“Om een luchtmacht van een handvol vliegtuigen operationeel te houden, moeten de Tamil Tijgers een goede onderhoudswerkplaats hebben, de mogelijkheid om piloten te laten oefenen en een fabriek om geïmproviseerde vliegtuigbommen te vervaardigen”, somt C.A.O Direckze op, een voormalige commandant van de Srilankaanse luchtmacht. “Het gebruik van lichte vliegtuigen geeft een nieuwe en heel gevaarlijke dimensie aan de vijandelijkheden”, vindt hij.
Niet alleen de Srilankaanse overheid vindt de zaak onrustwekkend. Ook buurland India, dat ook met rebellenbewegingen te kampen heeft, maakt zich zorgen. De Indiase regering hield vorige week een spoedvergadering over de zaak. India zou van plan zijn de internationale gemeenschap aan te sporen beter toe te kijken op de geldstromen naar de Tamil Tijgers. Op die manier zou India willen vermijden dat de rebellen nog meer vliegtuigonderdelen of kerosine aankopen.

Oorlogskas


Militaire analisten in de regio zijn het erover eens dat de Tamil Tijgers hun luchtmacht zonder hulp uit de Tamil-diaspora nooit hadden kunnen uitbouwen. Sinds het uitbreken van het gewapend conflict op Sri Lanka zijn honderdduizenden Tamils naar Europa en Noord-Amerika geëmigreerd. Sommigen van hen spekken de oorlogskas van de Tamils met grote bedragen.
“Srilankaanse Tamils over heel de wereld waren opgetogen”, verklaarde de Indiase veiligheidsdeskundige B. Raman, een voormalige hoge ambtenaar in de Indiase administratie, na de eerste aanval in de ‘International Terrorism Monitor’. Volgens Raman kwamen alle piloten die de aanval uitvoerden, uit de diaspora. “Elke piloot moet geregeld oefenvluchten maken. Je kan niet zomaar een vliegtuig uit een goed verborgen hangar rollen om ergens bommen te gaan droppen.”
Waar oefenden de piloten? En waarom merkten de inlichtingendiensten van de Srilankaanse en de Indiase luchtmacht niets van de voorbereidingen? Prasun Sengupta, een veiligheidsexpert die zich toelegt op Zuidoost-Azië, heeft een theorie. Misschien kochten de Tijgers hun vliegtuigen via een Zuid-Afrikaanse vliegtuigclub en bleven de betalingen onopgemerkt door het gebruik van onopvallende bankrekeningen in Europa en Zuid-Afrika. De opleiding van de piloten kan ook bij die club gebeurd zijn. En de vliegtuigen kunnen met vervalste vrachtpapieren makkelijk als bouwpaketten naar Sri Lanka verscheept zijn.
Rohan Gunaratna, een Srilankaanse deskundige die in Singapore leeft, ziet dan weer een Australische connectie. Volgens hem onderneemt de Australische overheid niets tegen sympathisanten van de Tamil Tijgers die in Australië geld inzamelen. Daarmee zouden ze Australië zelf vliegtuigen, wapens en explosieven aankopen.
Hoe de rebellen aan de nodige vliegtuigbenzine komen, is nog een ander raadsel. De regering kijkt nauwgezet toe op brandstofleveringen aan de rebellengebieden. De kerosine wordt vanuit het nabij Tamil Nadu naar de Tamil Tijgers gesmokkeld, geloven sommige analisten. De regering van de Zuid-Indiase deelstaat voelt mee met de ontvoogdingsstrijd van de etnisch verwante Tamils. Andere experts denken dat de vliegtuigmotoren omgebouwd zijn zodat ze op diesel draaien - een brandstof die over al op Sri Lanka te krijgen is.
De strijd tussen de Tamil Tijgers en de Srilankaanse regering heeft van 1983 tot 2002 aan ten minste 65.000 mensen het leven gekost. In 2002 kwam er een bestand dat de vijandelijkheden deed afnemen, maar sinds december 2005 is het geweld weer opgelaaid. De voorbije anderhalf jaar zijn er zeker vierduizend doden gevallen.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.