VS zetten vaart achter vrijhandelszone Midden-Oosten
De Verenigde Staten kunnen een belangrijke doorbraak vieren bij de uitbouw van hun vrijhandelszone met het Midden-Oosten en Noord-Afrika. Egypte kondigde deze week aan dat het wil onderhandelen over een vrijhandelsakkoord met de VS. De Amerikaanse Handelsafgevaardigde Robert Zoellick liet ook weten dat de VS besprekingen plannen met de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) en Oman.
Emad Mekay . 19 november 2004
Vooral het signaal uit Egypte is van belang. Met 73 miljoen inwoners heeft Egypte de grootste bevolking van alle landen in de Arabische wereld. Vorig jaar reageerde Caïro na protesten van Egyptische ondernemers nog negatief op de idee van een vrijhandelsakkoord tussen de VS en de landen van Midden-Oosten. Maar intussen heeft Egypte een nieuwe regering. Die bestaat grotendeels uit jonge zakenlui die sterke banden hebben met westerse bedrijven.
De Egyptische Handelsminister Rashid Rashid, die deze week op bezoek was in Washington, verklaarde dat Egypte naast een vrijhandelsakkoord met de VS ook een erkenning als ‘qualified industrial zone’ (QIZ) wil. Dat zou Egyptische producten waarin Israëlische onderdelen verwerkt zitten, toelaten zonder heffingen de VS binnen te raken. Washington wist in 1998 al een QIZ tussen Jordanië en Israël op te zetten vooraleer in 2000 een vrijhandelsverdrag met Jordanië te sluiten.
Naast Jordanië hebben in het Midden-Oosten en Noord-Afrika ook Israël, Marokko en Bahrein al vrijhandelsakkoorden ondertekend met de VS. Vanuit Irak moet Washington voorlopig ook geen tegenstand verwachten. Nu ook Egypte overstag is gegaan, blijft Saudi-Arabië als enige belangrijke economie de boot afhouden. De VS zijn van plan al hun bilaterale handelsverdragen in de regio tegen 2013 te bundelen in een vrijhandelsakkoord met het Midden-Oosten en Noord-Afrika (MEFTA). De toenemende handel moet meer welvaart brengen in de regio en er de frustraties wegnemen die er nu een voedingsbodem vormen voor het terrorisme.
De vrijhandelsbesprekingen met de landen van het Midden-Oosten gaan sneller dan in andere delen van de wereld omdat er autoritaire regimes aan de macht zijn die weinig inspraak dulden. Niet-gouvernementele groepen die zich zouden kunnen verzetten tegen de plannen, zijn zwak of onbestaande. Actiegroepen en ngo’s uit Europa en Noord-Amerika die het verzet in Latijns-Amerika en Azië ondersteunen, krijgen in het Midden-Oosten nauwelijks voet aan de grond.
Algemene kritiek op de vrijhandelsplannen van de VS is er wel. Het Centre for Economic and Policy Research (CEPR), een denktank in Washington, stelde donderdag dat ontwikkelingslanden minder profijt halen uit handelsliberalisering dan algemeen wordt aangenomen. De mogelijke winst wordt overdreven, terwijl niet alle kosten in rekening worden gebracht, stelt de instelling in een donderdag gepubliceerd rapport. Ontwikkelingslanden stemmen bijvoorbeeld vaak in met bepalingen rond patentrechten die hun later duur te staan komen. (PD)
De Egyptische Handelsminister Rashid Rashid, die deze week op bezoek was in Washington, verklaarde dat Egypte naast een vrijhandelsakkoord met de VS ook een erkenning als ‘qualified industrial zone’ (QIZ) wil. Dat zou Egyptische producten waarin Israëlische onderdelen verwerkt zitten, toelaten zonder heffingen de VS binnen te raken. Washington wist in 1998 al een QIZ tussen Jordanië en Israël op te zetten vooraleer in 2000 een vrijhandelsverdrag met Jordanië te sluiten.
Naast Jordanië hebben in het Midden-Oosten en Noord-Afrika ook Israël, Marokko en Bahrein al vrijhandelsakkoorden ondertekend met de VS. Vanuit Irak moet Washington voorlopig ook geen tegenstand verwachten. Nu ook Egypte overstag is gegaan, blijft Saudi-Arabië als enige belangrijke economie de boot afhouden. De VS zijn van plan al hun bilaterale handelsverdragen in de regio tegen 2013 te bundelen in een vrijhandelsakkoord met het Midden-Oosten en Noord-Afrika (MEFTA). De toenemende handel moet meer welvaart brengen in de regio en er de frustraties wegnemen die er nu een voedingsbodem vormen voor het terrorisme.
De vrijhandelsbesprekingen met de landen van het Midden-Oosten gaan sneller dan in andere delen van de wereld omdat er autoritaire regimes aan de macht zijn die weinig inspraak dulden. Niet-gouvernementele groepen die zich zouden kunnen verzetten tegen de plannen, zijn zwak of onbestaande. Actiegroepen en ngo’s uit Europa en Noord-Amerika die het verzet in Latijns-Amerika en Azië ondersteunen, krijgen in het Midden-Oosten nauwelijks voet aan de grond.
Algemene kritiek op de vrijhandelsplannen van de VS is er wel. Het Centre for Economic and Policy Research (CEPR), een denktank in Washington, stelde donderdag dat ontwikkelingslanden minder profijt halen uit handelsliberalisering dan algemeen wordt aangenomen. De mogelijke winst wordt overdreven, terwijl niet alle kosten in rekening worden gebracht, stelt de instelling in een donderdag gepubliceerd rapport. Ontwikkelingslanden stemmen bijvoorbeeld vaak in met bepalingen rond patentrechten die hun later duur te staan komen. (PD)
Maak MO* mee mogelijk.
Word proMO* net als 2798 andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.
Meer verhalen
-
Nieuws
-
Analyse
-
Column
-
Interview
-
Nieuws
-
Nieuws