Weinig ophef over verkrachting Japans schoolmeisje door VS-marinier

Toen dertien jaar geleden in Japan drie VS-mariniers een twaalfjarig schoolmeisje verkrachtten, stond heel het land in rep en roer. De verkrachting van een 14-jarig meisje op 10 februari zorgt voor heel wat minder ophef. Volgens waarnemers zijn de Japanners nu vergevingsgezinder omdat ze zich door de VS beschermd voelen tegen onvoorspelbare buren als Noord-Korea of China.
De 38-jarige Tyrone Luther Hadnott is gearresteerd door de Japanse politie op het zuidelijke eiland Okinawa, waar het gros van de 50.000 Amerikaanse soldaten in Japan gelegerd is. Hadnott ontkent het meisje te hebben aangerand, maar gaf toe dat hij in zijn auto op haar was gekropen en haar had gekust.
De reactie in Japan is opvallend kalm. Eerste minister Yasuo Fukuda zei maandag dat hij de zaak zou aankaarten bij de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Condoleezza Rice, die volgende week op rondreis is in de regio. Het contrast is groot met de verkrachtingszaak van 1995. Toen kwamen in Okinawa 85.000 mensen op straat om het vertrek van de Amerikaanse troepen te eisen.

Onveiligheidsgevoel


Volgens onderzoeker Weston Konishi van de in Tokio gevestigde Council on Foreign Relations heeft de gematigde reactie te maken met de gewijzigde politieke machtsverhoudingen in de regio. “De zaak was vorige keer bijzonder explosief omdat heel wat mensen twijfelden aan de noodzaak van de Amerikaanse militaire aanwezigheid in Japan. De Japanners maakten zich minder zorgen over een potentiële bedreiging uit China of Noord-Korea.
Tegenwoordig schatten de Japanners hun omgeving wat realistischer in en berusten ze in de noodzaak om Amerikaanse troepen in het land te houden.
Bovendien hebben de VS en Japan sinds de verkrachtingszaak van 1995 akkoorden gesloten om de impact van de Amerikaanse basis op het eiland te verminderen. Zo werd Tyrone Hadnott deze keer direct door de Japanse politie opgepakt, in plaats van door Amerikaanse militaire politie. Bij vorige incidenten kwam het tot spanningen omdat de VS weigerden verdachte militairen over te dragen aan het Japanse gerecht.
De VS-ambassadeur in Japan, Thomas Schieffer is naar Okinawa gevlogen en heeft persoonlijk zijn excuses aangeboden aan het slachtoffer: “Elke Amerikaan in Japan, militair of burger, wil het meisje en haar familie laten weten dat we aan haar denken en dat we hopen dat ze zich snel herstelt van deze traumatische ervaring. We bidden voor haar.”

Okinawa blijft boos


Op Okinawa vielen de reacties wat scherper uit dan in de rest van Japan. Gouverneur Hirokazu Nakaima noemde de daad “onvergefelijk” omdat het slachtoffer zo jong was. Het lokale parlement heeft de VS gevraagd een schadevergoeding te betalen aan het meisje en “preventieve stappen te ondernemen die duidelijk zichtbaar zijn voor de mensen van Okinawa.”
In oktober 2007 werd de zoon van een Amerikaanse luchtmachtofficier gearresteerd omdat hij een serveerster zou hebben verkracht. Vorige maand werden twee mariniers opgepakt omdat ze een taxichauffeur hadden geslagen en waren uitgestapt zonder te betalen.
De eilanden die samen de Japanse provincie Okinawa uitmaken, stonden na de slag van Okinawa op het einde van de Tweede Wereldoorlog 27 jaar lang onder Amerikaanse bestuur. In 1972 werd het gebied weer overgedragen aan Japan.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2781   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2781  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.