Wereldgezondheidsorganisatie denkt na over “eerlijke verdeling” griepmedicijnen
De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) is begonnen met de verdeling van 2,4 miljoen dosissen van het antigriepmedicijn Tamiflu naar 72 arme landen. Als de griepepidemie massaal toeslaat, dreigen precies die landen achter het net te vissen omdat rijkere regio’s zich al lang hebben bevoorraad. De WGO wil op 15 en 16 mei afspraken maken over de verdeling van de beschikbare voorraden antigriepmiddelen en toekomstige vaccins.
Gustavo Capdevila . 6 mei 2009
De WHO zegt dat ze met de distributie van Tamiflu is begonnen vanuit de Verenigde Arabische Emiraten, de VS en Zwitserland. Tot hiertoe zijn veruit de meeste besmettingen met Mexicaanse griep vastgesteld in Mexico en de Verenigde Staten. Maar de WGO maakt zich zorgen dat de gevaarlijke ziekte naar het zuiden trekt, waar het nu kouder wordt.
Maar welke landen krijgen nu geneesmiddelen van de WHO? China, Brazilië en India staan niet op de lijst. Ze produceren zelf generische antigriepmiddelen aan en staan economisch sterk. Mexico, dat ook een goed ontwikkelde economie heeft, krijgt wel hulp. Het land wordt tot nu toe het hardst getroffen door het virus.
“Als er een dodelijke pandemie uitbreekt, komt er en wanhopig gevecht om de beperkte voorraden antigriepmiddelen en vaccins”, voorspelt Sangeeta Shashikant, een onderzoeker van het Third World Network, een ontwikkelingsdenktank met kantoren in Maleisië en Genève. In die strijd zullen ontwikkelingslanden volgens haar aan het kortste eind trekken – ze hebben immers het geld niet om massaal voorraden van geneesmiddelen aan te leggen.
Transnationale geneesmiddelenproducenten verkopen het antigriepmiddel Oseltamivir, dat door het Zwittserse Roche gepatenteerd werd onder de naam Tamiflu, tegen ongeveer 16 dollar per behandeling. Generische middelen die onder meer in Brazilië, China en India worden, kosten ongeveer 7,5 euro per dosis.
De goedkeuring van een distributiesysteem staat op de agenda van een WGO- vergadering op 15 en 16 mei over “het uitwisselen van griepvirussen en de toegang tot vaccins en andere voordelen”.
Over de internationale uitwisseling van virusstalen werd al in 2003 hevig gediscussieerd, toen Azië getroffen werd door vogelgriep. De Indonesische regering kwam tot de vaststelling dat de stalen die het aan de WGO ter beschikking had gesteld, zonder haar toestemming gebruikt waren om vaccins te produceren. Het land brak de verdere toezending van stalen af tot er een overeenkomst was om een eerlijker systeem op te zetten dat alle landen toegang biedt tot die nieuwe geneesmiddelen.
Nu doet het probleem zich weer voor. Shashikant van het Third World Network vindt dat de WHO het eens moet worden over een systeem dat ontwikkelingslanden vrije toegang biedt tot nieuwe vaccins tegen de Mexicaanse griep van zodra die klaar zijn. De ‘andere voordelen’ waarover op 15 en 16 mei vergaderd wordt, hebben betrekking op de technologie en de know-how die nodig zijn om de geneesmiddelen en vaccines efficiënt in te zetten.
Grote farmaceutische bedrijven zeggen dat ze binnen een drietal maanden een vaccin tegen de Mexicaanse griep op de markt kunnen brengen. De zaaivirussen daarvoor moeten van de WHO komen.
Vechten voor schaarse medicijnen
Maar welke landen krijgen nu geneesmiddelen van de WHO? China, Brazilië en India staan niet op de lijst. Ze produceren zelf generische antigriepmiddelen aan en staan economisch sterk. Mexico, dat ook een goed ontwikkelde economie heeft, krijgt wel hulp. Het land wordt tot nu toe het hardst getroffen door het virus.
“Als er een dodelijke pandemie uitbreekt, komt er en wanhopig gevecht om de beperkte voorraden antigriepmiddelen en vaccins”, voorspelt Sangeeta Shashikant, een onderzoeker van het Third World Network, een ontwikkelingsdenktank met kantoren in Maleisië en Genève. In die strijd zullen ontwikkelingslanden volgens haar aan het kortste eind trekken – ze hebben immers het geld niet om massaal voorraden van geneesmiddelen aan te leggen.
Transnationale geneesmiddelenproducenten verkopen het antigriepmiddel Oseltamivir, dat door het Zwittserse Roche gepatenteerd werd onder de naam Tamiflu, tegen ongeveer 16 dollar per behandeling. Generische middelen die onder meer in Brazilië, China en India worden, kosten ongeveer 7,5 euro per dosis.
Wie heeft recht op nieuwe vaccins?
De goedkeuring van een distributiesysteem staat op de agenda van een WGO- vergadering op 15 en 16 mei over “het uitwisselen van griepvirussen en de toegang tot vaccins en andere voordelen”.
Over de internationale uitwisseling van virusstalen werd al in 2003 hevig gediscussieerd, toen Azië getroffen werd door vogelgriep. De Indonesische regering kwam tot de vaststelling dat de stalen die het aan de WGO ter beschikking had gesteld, zonder haar toestemming gebruikt waren om vaccins te produceren. Het land brak de verdere toezending van stalen af tot er een overeenkomst was om een eerlijker systeem op te zetten dat alle landen toegang biedt tot die nieuwe geneesmiddelen.
Nu doet het probleem zich weer voor. Shashikant van het Third World Network vindt dat de WHO het eens moet worden over een systeem dat ontwikkelingslanden vrije toegang biedt tot nieuwe vaccins tegen de Mexicaanse griep van zodra die klaar zijn. De ‘andere voordelen’ waarover op 15 en 16 mei vergaderd wordt, hebben betrekking op de technologie en de know-how die nodig zijn om de geneesmiddelen en vaccines efficiënt in te zetten.
Grote farmaceutische bedrijven zeggen dat ze binnen een drietal maanden een vaccin tegen de Mexicaanse griep op de markt kunnen brengen. De zaaivirussen daarvoor moeten van de WHO komen.
Maak MO* mee mogelijk.
Word proMO* net als 2798 andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.
Meer verhalen
-
Column
-
Interview
-
Nieuws
-
Nieuws
-
De Ontwikkelaars
-
Analyse