Cubanen worden steeds religieuzer

Volgens Ana Celia Perera van het Centrum voor Psychologisch en Sociologisch Onderzoek (CIPS), een overheidsinstelling, is er duidelijk sprake van een “heropleving” van de religieuze activiteit in Cuba. Het aantal religieuze groepen neemt toe, hun aanhang groeit.
Volgens Perera begon die heropleving al eind jaren tachtig. Factoren die daarbij een rol hebben gespeeld, zijn de economische problemen, de mislukking van het socialisme in Oost-Europa, de grotere religieuze vrijheid in Cuba en de groeiende dynamiek van religieuze organisaties.
De laatste jaren stijgt vooral de religieuze mobiliteit. Cubanen proberen verschillende religieuze groepen uit, met soms tegengestelde opvattingen, in hun zoektocht naar spiritualiteit, zegt Perera. Ze ziet daarbij een groei van het aantal nieuwe religieuze groepen en varianten van traditionele religies, vooral van het protestantisme. Cubanen zien er geen graten in soms twee of drie verschillende religies tegelijk aan te hangen.
Ook de positie van de santería, de religie van Afrikaanse origine die zich sterk geworteld heeft op het eiland, is de laatste tien jaar nog verstevigd, vooral door de publicatie van de teksten van santería-gelovigen.
Eind jaren tachtig verklaarde meer dan 60 procent van de Cubanen een geloof aan te hangen, slechts 16 procent noemde zichzelf niet-gelovig.