In de ban van de Nigeriaanse olie-export

Nigeria is ‘s werelds achtste grootste exporteur van ruwe olie en beschikt over enorme reserves van olie en gas. In de olierijke Nigerdelta was het de laatste weken rustig omdat het land uitkeek naar de presidents- en regeringsverkiezingen. Die verkiezingen werden gewonnen door de Umaru Yar’Adua, maar internationale waarnemers melden dat de verkiezingsuitslag vervalst is door wijdverspreide onregelmatigheden en verkiezingsfraude. Er werden stembussen gestolen, politieke activisten werden vermoord en oppositieleiders werden bedreigd en geïntimideerd.

Stroman of corruptievechter

Umaru Yar’Adua wordt afgeschilderd als een gelovige, nederige en zwijgzame man. De PDP-politicus houdt er een eenvoudige levensstijl op na en behoort tot de weinigen die nooit van corruptie beschuldigd werden.
Yar’Adua wordt op 29 mei, als president van het olierijke Nigeria, een van de machtigste mannen van Afrika. Critici vrezen dat hij een stroman is van Obasanjo. De huidige president staat aan het roer sinds 1999 maar zag zijn derde ambtstermijn afgeblokt worden door de senaat.
De aanvallen op oliemaatschappijen namen recent toe in de Nigerdelta, waar de meeste olie opgepompt wordt. Sinds de vervalste verkiezingen van vorige maand werd de druk door de milities verhoogd op de huidige regering. Tientallen buitenlandse oliearbeiders werden ontvoerd, drie pijpleidingen werden opgeblazen en een aantal transportschepen werden aangevallen. 

Geen kopers

De uittredende regering besliste eind vorige week om, drie weken voor de machtswissel, een veiling te houden van 45 concessies om olie te exploiteren. Deze vorm van veilingen ontstond in 2005 om de transparantie en openheid van de Nigeriaanse oliesector te bevorderen. Vooral Indiase en Chinese firma’s kregen voorkeursposities in de veiling. De Nigeriaanse overheid wilde met de vergunningverkoop de olieopbrengsten en -productie doen toenemen en daarnaast nieuwe investeringen aantrekken.
Slechts de helft van de concessies vond een koper. De meerderheid van de bieders waren vrij onbekende binnenlandse investeerders. Specialisten zeggen dat het gebrek aan buitenlandse interesse te wijten is aan het slecht gekozen tijdstip van de veiling, dat bij mogelijk geïnteresseerde bedrijven onrust wekte. Het is immers niet zeker dat de nieuwe regering de gemaakte deals na 29 mei zal respecteren. De oppositie beschuldigt Obasanjo ervan dat hij de veiling wil gebruiken als laatste mogelijkheid om zijn bondgenoten te belonen voordat Yar’Adua president wordt.