Green New Deal als antwoord

Vanuit Noord en Zuid wordt gepleit om de huidige economische crisis te beantwoorden met een Green New Deal. De kans dat de G20 in Londen die richting kiest , is echter niet groot.
Al een tijdje toonden studies aan dat groene investeringen in hernieuwbare energie, in isolatie van gebouwen of in openbaar vervoer veel banen kunnen scheppen. Maar private ondernemingen wachtten noodgedwongen tot de markt rijp was. Toen Greenpeace tien jaar geleden vroeg wat er nodig was om zonnecellen rendabel te maken, antwoordde studiebureau KPMG: ‘Een reusachtige zonnecellenfabriek waardoor de prijs per stuk kan worden gedrukt’.
Bedrijven wilden zo’n fabriek evenwel niet bouwen tot er voldoende vraag naar zonnecellen was. Bovendien mocht de staat in het neoliberale tijdvak niet tussenkomen in de economie, hoe ernstig de klimaatcrisis ook was.
De crisis gooit dat schema nu overhoop. Want nu mag, ja moet zelfs, de staat voor het eerst in jaren tussenkomen in de economie. Massaal zelfs. Momenteel wordt volgens het VN-Milieuprogramma UNEP tussen de 2000 en 3000 miljard dollar aan overheidsinvestingen voorgesteld of al doorgevoerd.
Dit is dus een unieke kans om –tegen de korte termijnlogica van de markt in– massaal groene investeringen te doen en zo drie vliegen in een klap te slaan: jobcreatie, milieuzorg (vooral strijd tegen de opwarming) en afbouw van de afhankelijkheid van olie en gas die onvermijdelijk schaarser en duurder zullen worden. Geen wonder dat de VN voluit voor de Green New Deal gaan: VN-Secretaris-Generaal Ban Ki Moon en vóór hem al UNEP en de Internationale Arbeidsorganisatie roepen op om de New Deal echt groen te maken.
Ook van onderuit is er stuwing. In de VS bestaat sinds kort de Blue Green Alliance, een samenwerkingsverband tussen vakbonden en milieu-organisaties. Staalarbeiders en groene jongens die elkaar tot voor kort nog rauw lustten, vechten nu samen voor een Green New Deal en groene banen. Daar speelt zeker een toegenomen syndicaal bewustzijn met betrekking tot de milieuproblemen mee, maar minstens even belangrijk zijn de groene banen.
Onderzoek van het Center for American Progress wijst immers uit dat investeringen in spoorwegen, windmolens of een slim elektriciteitsnet meer lokale banen opleveren –slechts negen procent zou nog ingevoerd moeten worden (ter vergelijking: bij de algemene consumptie van gezinnen gaat 22 procent naar importgoederen). ‘Wij vormen een sterke alliantie die heel wat gedaan kan krijgen in het Congres’, zegt Dave Foster van de blauwgroene alliantie.
Dat blijkt ook. 100 miljard van de 800 miljard dollar van de Amerikaanse stimulus gaat naar groene investeringen. Zuid-Korea gaat er ook zwaar tegenaan met een naar verhouding grotere en groenere New Deal. België stelt zich passiever op. Vlaanderen in Actie (waarmee de Vlaamse regering Vlaanderen tegen 2020 naar de top vijf van Europese regio’s wil leiden) legt wel groene accenten maar dat is nog iets anders dan het elan van een Green New Deal.
‘Je moet er hen echt naar slepen. Onze politici hebben koudwatervrees van alles wat groen is,’ zegt Jan Turf van Bond Beter Leefmilieu, die droomt van een Belgische blauwgroene alliantie. ABVV-voorzitter Rudy De Leeuw loopt er niet meteen warm voor. Hij is tevreden met de overlegorganen waar vakbonden en milieu-organisaties gezamenlijke adviezen uitwerken. Turf en De Leeuw stellen wel vast dat meer en meer werkgevers oren hebben naar het groene verhaal. Op die  manier groeit langzaam van onderuit het draagvlak dat zelfs de regeringen in België in een groene richting stuwt.
Hoe dan ook hebben we het hier over de lightversie van de Green New Deal: zware overheidsinvesteringen in groene sectoren als een soort “circuitbreker” om de crisisspiraal te stoppen. Maar vakbonden, internationale organisaties en ngo’s willen een Green New Deal XXL, een extra extra large variant die ervoor zorgt dat de Green New Deal globaal is en gepaard gaat met diepgaander sociale en financiële hervormingen. Ze zullen die eis ook laten horen in de manifestaties naar aanleiding van de G20.

Globaal=sociaal


Een Green New Deal vergt geld, en is daarom op nationaal niveau alleen mogelijk in rijke landen die toegang hebben tot krediet of landen met grote spaarreserves zoals China. Heel wat ontwikkelingslanden bevinden zich niet in die positie en hebben heel andere prioriteiten. De gewone ontwikkelingshulp zal door de crisis wellicht dalen. Vraag is dan hoe een groene New Deal in het Zuiden moet. Dat het nodig is, lijdt volgens UNEP geen twijfel. Niet alleen voor het milieu maar ook om de armoede duurzaam te bestrijden.
Een voorbeeld. In Centraal-Afrika kappen mensen woud om houtskool te produceren en verkopen, om zo aan geld te komen. Dat is begrijpelijk maar kortzichtig: de kap van de wouden verandert het klimaat, leidt tot droogte en ondergraaft op die manier de voedselproductie. Olivier Deleuze van UNEP: ‘De oplossing is dat alle ontwikkelingslanden geïntegreerd worden in de klimaatmechanismen, die immers voorzien dat rijke landen emissierechten kunnen verdienen door groene projecten in ontwikkelingslanden te financieren.
Probleem is dat ze dit tot nu toe vooral doen in China, India en Brazilië. Pas nu komt het ook in Afrika op gang. De rijke wereld moet ontwikkelingslanden ook vergoeden als ze wereldecosystemen zoals regenwouden verstandig beheren, want we profiteren daar allemaal van.’
Cruciaal blijft dat er eind dit jaar in Kopenhagen een stevig klimaatakkoord komt. Nu de olieprijzen opnieuw gezakt zijn, is dat nog belangrijker geworden. Alleen een akkoord dat de rijke landen sterke beperkingen inzake uitstoot oplegt, maakt de emissierechten (om broeikasgassen te mogen uitstoten) schaars en dus duur. En maakt zo groene investeringen die de aanschaf van zo’n rechten overbodig maken rendabeler. De opbrengst van de verkoop van die emissierechten zorgt tevens voor het nodige geld om in de ontwikkelingslanden voor een groene ommekeer te zorgen. Met andere woorden: een goed klimaatverdrag is een uitmuntend ontwikkelingsinstrument.

Groen sociaal pact


Doorgaans wordt uit het oog verloren dat de oorspronkelijke New Deal ook echt een deal of  een sociaal pact impliceerde tussen vakbonden, werkgevers, boeren en regeringen over een betere verdeling van de koek. Inderdaad, in de VS en Zweden, en later in België, Frankrijk en Nederland, werd overeengekomen dat de groei in arbeidsproductiviteit zou worden vertaald in loonstijgingen, zodat de arbeiders zelf de producten konden kopen die ze produceerden. In de landbouw zorgde de overheid voor leefbare boereninkomens met behulp van vaste prijzen en subsidies.
Het Internationaal Vakverbond (IVV, met 168 miljoen leden wereldwijd) vindt dat het opnieuw tijd is voor zo’n pact. Het stelt, in navolging van de Internationale Arbeidsorganisatie, vast dat de inkomensongelijkheid in de rijke maar vooral in de arme landen is gegroeid. In de meeste staten daalde het arbeidsdeel –het deel van het nationaal inkomen dat naar lonen gaat.
Het IVV spreekt in dat verband over een crisis van de herverdelingsmecanismen. Het pleit voor een nieuw groeiregime ‘zoals tussen 1945 en 1980 dat een loonstijging in lijn met productiviteit verzekert. Ook fiscaliteit kan daartoe bijdragen: progressieve belastingen voorkomen opstapeling van fortuinen en speculatie en dragen bij tot een stabiele groei op basis meer vraag van de loontrekkenden.’ 
Het Belgische sociale middenveld –van ACV en ABVV over 11.11.11. tot Attac– herkent zich sterk in dit model dat steunt op loongroei in plaats van  schulden. Maar het is ook –en zelfs vooral– relevant in de ontwikkelingslanden. Niet alleen om sociale maar ook om economische redenen. De crisis is immers ook de crisis van vraagcreatie op basis van schulden. Indien Amerikaanse werknemers niet zo’n lage lonen hadden, moesten ze niet zoveel lenen. Indien Chinese, Vietnamese of Indiase arbeiders hogere lonen hadden, konden ze meer de producten kopen die ze zelf produceren. Dat zal uiteindelijk de basis vormen voor een stabieler wereldeconomie waarvan de vruchten beter verdeeld worden.
(Dit nieuwsbericht is een uittreksel uit het dossier dat in MO*63 april 2009 verscheen. Lees het hele dossier hier)

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2781   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2781  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.