Minister Magnette vindt de EU te schuchter

Op de 13de VN-conferentie voor Handel en Ontwikkeling (UNCTAD) wordt onderhandeld over het nieuwe mandaat van de organisatie van de komende vier jaar. Opmerkelijk is dat een van de grote discussiepunten de vraag is of deze eigenzinnige dochter uit de grote VN-familie (en een beetje de stem van de ontwikkelingslanden) in de toekomst nog in dezelfde mate haar licht mag laten schijnen over de financiële sector.

Zegt UNCTAD-woordvoerder Taffere Teschafew: ‘De UNCTAD wees in het verleden meermaals op de risico’s van vrij kapitaalverkeer. Dat het kon leiden tot verkeerde wisselkoersen die gevolgen hebben voor de export en die mogelijks tot grote financiële crisissen kunnen leiden. Dat regeringen er geen vat op hebben. Daarmee hebben we eigenlijk de grote crisissen van 1997 in Azië en de huidige crisis in 2008 voorspeld, maar kennelijk ligt dat wat moeilijk, nu ook de ontwikkelde landen hierdoor getroffen worden. Men wil liever niet horen “we hebben u toch gewaarschuwd.”’

Rijke landen wijzen erop dat financiële onderwerpen al aan bod komen in het Internationaal Muntfonds (IMF) en dat er dus geen nood is aan een tweede forum om die kwesties te bespreken.

Amar Sinha, secretaris van het Indiase ministerie voor handel, weerlegt die kijk: ‘We weten welke mening dominant is in het IMF. Wij denken dat een diversiteit van opinies erg zinvol is en daar vervult de UNCTAD een speciale rol. Men is blijkbaar wel voor vrijheid van meningsuiting maar alleen op het individuele niveau, niet op het internationale niveau. Het zijn vooral de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk die kennelijk niet verdragen dat de UNCTAD heel duidelijk wijst op de risico’s van teveel vrijheid in de financiële sector. Spijtig, een intelligent mens leert nochtans van zijn fouten.”

De Belgische minister voor ontwikkelingssamenwerking, Paul Magnette, bekende tegenover MO* dat hij positief staat tegenover de kritische stem die de UNCTAD doorgaans laat horen. “Die stem mag het zwijgen niet worden opgelegd. En ik betreur dat de EU zich in deze nogal schuchter opstelt.”