Dat was duidelijk buiten de agenda van Ehud Olmert en co gerekend. De Israëlische bewindhebbers waren vastbesloten om op de valreep toch nog geschiedenis te schrijven in 2008, al was het maar om hun electorale achterban die straks naar de stembus trekt, te tonen dat de Gazanen toch echt niet moeten sollen met Israël.
De aanvallen sinds zaterdag 27 december –met een dodentol van 380 Palestijnen- waren de ergste sinds 40 jaar. ‘Eigen schuld, dikke bult’, lieten Ehud Olmert en Tzipi Livni met een licht verontschuldigende blik weten, ‘de inwoners van “Hamastan” hadden het aan zichzelf en hun zelf gekozen leiders te danken’.
Hoe de feiten de Palestijnen en de Israëli’s naar 2009 zullen begeleiden, is onduidelijk. Enerzijds liet een Israëlische legerchef weten dat “het werk nog niet gedaan is” en staat een grondoffensief op de agenda. Anderzijds toont Israël zich niet helemaal ongevoelig aan de kritiek van de internationale gemeenschap en beraadt de staat zich over een tweedaagse wapenstilstand.
Wel duidelijk is dat Hamas op de vooravond van 2009 compleet geïsoleerd geraakte. Dat is niet alleen Israëls verdienste. Ook de westerse media hebben het over het Israëlische recht op zelfverdediging en een legitieme “war on terror”. Hamas en zijn achterban worden unaniem afgeschilderd als een niet legitieme, fundamentalistische terreurgroep. Daar valt zeker over te discussiëren, en er moet onderzocht worden hoe de dialoog met de Palestijnen op een gematigder retorischer lijn kan worden gestuurd. Minder discutabel is één fundamenteel feit dat het Westen over het hoofd ziet: namelijk dat Hamas het resultaat is van zestig jaar bezetting.